H1; Made in the Netherlands

1 / 36
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 2

In deze les zitten 36 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat zijn de belangrijkste activiteiten waarmee Nederlanders hun geld verdienen?

Slide 3 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

1

Slide 5 - Video

Deze slide heeft geen instructies

01:31
Hoeveel miljard euro exporteert Nederland?
A
70
B
80
C
90
D
100

Slide 6 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Video
- Noteer drie producten uit de landbouw die Nederland veel exporteert.
- Boer Claudia heeft alleen koeien. Welk begrip hoort daar bij?
- Veel werk op de landbouwbedrijven gaat met machines. Welk begrip hoort daar bij?
- Je ziet steeds grotere landbouwbedrijven. Welk begrip hoort daar bij?
- Waarom is een boer het belangrijkste beroep in de wereld volgens boer Harm?

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

ASML
1. Waar in Nederland staat de fabriek van ASML? 
2. De reden dat die fabriek daar staat, heeft te maken met het begrip industriële inertie. Wat betekent dat? 
3. Wat zal dan een belangrijke vestigingsplaatsfactor zijn om toch daar in Nederland te blijven? 
4. Waarom zullen de machines en de chips die ze maken vaker met het vliegtuig gaan dan met een schip? 
5. Zou je bij ASML willen werken? Waarom?

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

1. Met welk product is Unilever ooit begonnen?
2. En in welke stad? 
3. Waar zit het Nederlandse hoofdkantoor van Unilever nu? 
4. Waarom is het bedrijf verhuisd? 
5. Een andere vestigingsplaatsfactor is ‘lage belastingen over de winst’. Waarom is dat belangrijk voor het Unilever van vandaag? 
6. Unilever heeft vestigingen in meerdere landen. Welk begrip hoort hier bij?

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 24 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Slide 25 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 26 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 27 - Tekstslide

Gemeentehuis
Kroeg
Kledingwinkel
Pannenkoekenschip
School

Slide 28 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 29 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 30 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 31 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 32 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 33 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 34 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 35 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 36 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies