Versterking werkwoordspelling voltooid deelwoord

Werkwoordplacemat
Je gaat werken met een werkwoordplacemat.
De placemat heeft vier zijden. Deze zijden ga je zometeen allemaal invullen.
Maar eerst een kleine oefening!
Meld jezelf aan.
1 / 12
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

In deze les zitten 12 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Werkwoordplacemat
Je gaat werken met een werkwoordplacemat.
De placemat heeft vier zijden. Deze zijden ga je zometeen allemaal invullen.
Maar eerst een kleine oefening!
Meld jezelf aan.

Slide 1 - Tekstslide

Vul in (VOLTOOID DEELWOORD):
Jij hebt gisteren (werken).
A
gewerkt
B
gewerkd

Slide 2 - Quizvraag

Bernice heeft zich naar de rechtbank (haasten).
A
gehaasd
B
gehaast

Slide 3 - Quizvraag

Johan was later piloot (worden).
A
geworden
B
gewordden

Slide 4 - Quizvraag

Voltooid deelwoord.
Vaak:
Ge-
Be-
Ver-
Met d of t?
- Langer maken?
- Kofschipregel

Slide 5 - Tekstslide

Schrijf het voltooid deelwoord op.
1. lopen > 
2. werken >
3. worden >
4. melden > 
5. juichen > 
6. knielen > 
7. zeilen > 
8. mixen > 

Slide 6 - Tekstslide

Schrijf het voltooid deelwoord op.
1. lopen > gelopen
2. werken > gewerkt
3. worden > geworden
4. melden > gemeld
5. juichen > gejuicht
6. knielen > geknield
7. zeilen > gezeild
8. mixen > gemixt

Slide 7 - Tekstslide

Vul in:
Jij hebt (juichen).
A
gejuicht
B
gejuichd

Slide 8 - Quizvraag

Vul in:
Joris heeft op de Waddenzee (zeilen).
A
gezeild
B
gezeilt

Slide 9 - Quizvraag

Bedenk zelf twee werkwoorden. Vul deze in, samen met het nummer dat je krijgt.

Slide 10 - Open vraag

Bedenk zelf twee werkwoorden. Vul deze in, samen met het nummer dat je krijgt.

Slide 11 - Open vraag

Bedenk zelf twee werkwoorden. Vul deze in, samen met het nummer dat je krijgt.

Slide 12 - Open vraag