Wat is LessonUp
Zoeken
Kanalen
Inloggen
Registreren
‹
Terug naar zoeken
À/de + bepaald lidwoord
Bonjour tout le monde!
Qu'est-ce qu'on va faire?
1. Aan het eind van de les kan ik het à + een bepaald lidwoord en 'de' + een bepaald lidwoord begrijpen en toepassen.
2. Kan ik zeggen wat ik in mijn vrije tijd doe of heb gedaan
.
1 / 14
volgende
Slide 1:
Tekstslide
Frans
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 2,3
In deze les zitten
14 slides
, met
interactieve quizzen
en
tekstslides
.
Lesduur is:
40 min
Start les
Bewaar
Deel
Printen
Onderdelen in deze les
Bonjour tout le monde!
Qu'est-ce qu'on va faire?
1. Aan het eind van de les kan ik het à + een bepaald lidwoord en 'de' + een bepaald lidwoord begrijpen en toepassen.
2. Kan ik zeggen wat ik in mijn vrije tijd doe of heb gedaan
.
Slide 1 - Tekstslide
à + bepaald lidwoord
à = in, naar, op, bij, etc.
le/la/l'/les = de/het
à + le >
au
Je vais
au
restaurant. (M. EV)
à + la Je suis
à la
boulangerie. (V. EV)
à + l' Tu vas
à l'
hôtel. (EV met KL)
à + les >
aux
On va
aux
matchs. (MEERVOUD)
Slide 2 - Tekstslide
Ik ga naar het hotel.
A
Je vais à hôtel.
B
Je vais au hôtel.
C
Je vais à la hôtel.
D
Je vais à l'hôtel.
Slide 3 - Quizvraag
Wij gaan naar de docent.
A
Nous allons au prof.
B
Nous allons aux prof.
C
Nous allons à prof.
Slide 4 - Quizvraag
Ik ben bij de voetbalclub.
(le club de foot)
A
Je suis à le club de foot.
B
Je suis aux club de foot.
C
Je suis à la club de foot.
D
Je suis au club de foot.
Slide 5 - Quizvraag
J'ai mal à = ik heb pijn aan
à = voorzetsel (in, naar, van, op, aan)
à + bepaald lidwoord ( le-la-l'-les):
à + le --> au
à + la
à + l'
à + les --> aux
Ik heb hoofdpijn.
J'ai mal à la tête.
Ik heb rugpijn.
J'ai mal au dos
Slide 6 - Tekstslide
Ik heb kniepijn
knie = le genou
A
J'ai mal au genou.
B
J'ai mal à la genou.
C
J'ai mal aux genou.
D
J'ai mal à l'genou.
Slide 7 - Quizvraag
Ik heb tandpijn.
de tanden = les dents
A
J'ai mal à la bouche.
B
J'ai mal au bouche.
C
J'ai mal au dents.
D
J'ai mal aux dents.
Slide 8 - Quizvraag
Welke uitspraak hoort hier bij?
De buik = le ventre
A
J'ai mal à le ventre
B
J'ai mal au ventre
C
J'ai mal aux ventres
Slide 9 - Quizvraag
Ik heb pijn aan mijn voeten.
De voeten = les pieds
A
J'ai mal au pieds
B
J'ai mal à pieds
C
J'ai mal aux pieds
D
J'ai mal à l'pied
Slide 10 - Quizvraag
J'ai mal ... yeux
A
au
B
à la
C
à
D
aux
Slide 11 - Quizvraag
j'ai mal ... gorge (v.ev)
A
à l'
B
aux
C
au
D
à la
Slide 12 - Quizvraag
J'ai mal ... oeil (m.ev)
A
au
B
à la
C
à l'
D
aux
Slide 13 - Quizvraag
Wat moet je hier invullen:
J'ai mal ... jambe. (v.ev)
A
au
B
à la
C
à l'
D
aux
Slide 14 - Quizvraag
Meer lessen zoals deze
À/de + bepaald lidwoord
September 2023
- Les met
15 slides
Frans
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 2,3
À/de + bepaald lidwoord
December 2022
- Les met
16 slides
Frans
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 2,3
Chapitre 2 - À/de + bepaald lidwoord
November 2022
- Les met
22 slides
Frans
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 2,3
À/de + bepaald lidwoord
Oktober 2022
- Les met
19 slides
Frans
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 2,3
À/de + bepaald lidwoord
Januari 2023
- Les met
27 slides
Frans
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 2,3
Chapitre 2 - À/de + bepaald lidwoord
December 2023
- Les met
20 slides
Frans
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 2,3
Chapitre 2 - À/de + bepaald lidwoord
December 2022
- Les met
17 slides
Frans
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 2,3
Chapitre 2 - À/de + bepaald lidwoord
Oktober 2022
- Les met
22 slides
Frans
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 2,3