In deze les zitten 19 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Onderdelen in deze les
Natuurrampen: Bedenk een oplossing!
Slide 1 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Leerdoel
Aan het einde van de les kunnen leerlingen 4 verschillende natuurrampen noemen en hebben zij oplossingen bedacht met creatieve werkvormen.
Slide 2 - Tekstslide
Dit is het leerdoel van de les.
Wat weet jij al over verschillende natuurrampen?
Slide 3 - Woordweb
Deze slide heeft geen instructies
Wat zijn natuurrampen?
Natuurrampen zijn heftige gebeurtenissen die worden veroorzaakt door natuurkrachten, zoals aardbevingen, overstromingen, orkanen en bosbranden.
Slide 4 - Tekstslide
Leg kort uit wat natuurrampen zijn.
Aardbevingen
Een aardbeving is een trilling in de aardkorst. Deze kan veel schade veroorzaken aan gebouwen en wegen.
Slide 5 - Tekstslide
Beschrijf kort wat aardbevingen zijn en welke schade zij kunnen veroorzaken.
Oplossingen voor aardbevingen
Brainstorm in groepjes van 4-5 leerlingen over oplossingen voor aardbevingen, bijvoorbeeld het versterken van gebouwen of het aanleggen van speciale wegen.
Slide 6 - Tekstslide
Laat de leerlingen in groepjes brainstormen over mogelijke oplossingen voor aardbevingen.
Overstromingen
Een overstroming ontstaat als er te veel water is voor de rivieren, dijken en kanalen. Hierdoor kan er veel schade ontstaan aan huizen en andere gebouwen.
Slide 7 - Tekstslide
Beschrijf kort wat overstromingen zijn en welke schade zij kunnen veroorzaken.
Oplossingen voor overstromingen
Maak een tekening van een oplossing voor overstromingen, bijvoorbeeld het aanleggen van extra dijken of het creëren van meer groen in de buurt van rivieren.
Slide 8 - Tekstslide
Laat de leerlingen individueel een tekening maken van een oplossing voor overstromingen.
Orkanen
Een orkaan is een storm met zeer hoge windsnelheden. Hierdoor kunnen gebouwen en bomen omwaaien en kan er veel schade ontstaan.
Slide 9 - Tekstslide
Beschrijf kort wat orkanen zijn en welke schade zij kunnen veroorzaken.
Oplossingen voor orkanen
Maak in groepjes van 4-5 leerlingen een poster met daarop oplossingen voor orkanen, bijvoorbeeld het bouwen van huizen die bestand zijn tegen hoge windsnelheden of het aanleggen van meer groen om de windsnelheden te verminderen.
Slide 10 - Tekstslide
Laat de leerlingen in groepjes een poster maken met daarop oplossingen voor orkanen.
Bosbranden
Een bosbrand ontstaat wanneer er in een bos of natuurgebied brand ontstaat. Hierdoor kan er veel schade ontstaan aan de natuur en kan het gevaarlijk zijn voor mensen en dieren.
Slide 11 - Tekstslide
Beschrijf kort wat bosbranden zijn en welke schade zij kunnen veroorzaken.
Oplossingen voor bosbranden
Maak in groepjes van 4-5 leerlingen een toneelstukje waarin jullie laten zien hoe je een bosbrand kunt voorkomen of bestrijden, bijvoorbeeld door snel te handelen of door het aanleggen van speciale brandgangen.
Slide 12 - Tekstslide
Laat de leerlingen in groepjes een toneelstukje maken waarin zij laten zien hoe je een bosbrand kunt voorkomen of bestrijden.
Presenteren
Presenteer in groepjes jullie oplossingen aan de rest van de klas.
Slide 13 - Tekstslide
Laat de leerlingen in groepjes hun oplossingen presenteren aan de rest van de klas.
Terugblik
Wat hebben jullie geleerd over natuurrampen? Noem 4 verschillende natuurrampen.
Slide 14 - Tekstslide
Stel de leerlingen de vraag wat zij hebben geleerd over natuurrampen en laat hen 4 verschillende natuurrampen noemen.
Reflectie
Hoe vond je het om oplossingen te bedenken voor natuurrampen? Wat heb je geleerd?
Slide 15 - Tekstslide
Laat de leerlingen reflecteren op de les en hun eigen leerproces.
Afsluiting
Bedankt voor jullie inzet vandaag! Tot de volgende les!
Slide 16 - Tekstslide
Sluit de les op een positieve manier af.
Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd.
Slide 17 - Open vraag
De leerlingen voeren hier drie dingen in die ze in deze les hebben geleerd. Hiermee geven ze aan wat hun eigen leerrendement van deze les is.
Schrijf 2 dingen op waarover je meer wilt weten.
Slide 18 - Open vraag
De leerlingen voeren hier twee dingen in waarover ze meer zouden willen weten. Hiermee vergroot je niet alleen betrokkenheid, maar geef je hen ook meer eigenaarschap.
Stel 1 vraag over iets dat je nog niet zo goed hebt begrepen.
Slide 19 - Open vraag
De leerlingen geven hier (in vraagvorm) aan met welk onderdeel van de stof ze nog moeite. Voor de docent biedt dit niet alleen inzicht in de mate waarin de stof de leerlingen begrijpen/beheersen, maar ook een goed startpunt voor een volgende les.