1.2 De winkelier wil winst

Blz 16.
Hoofdstuk VE1
C1.2
1 / 24
volgende
Slide 1: Tekstslide
Mens & MaatschappijMiddelbare schoolvmbo g, tLeerjaar 2

In deze les zitten 24 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Blz 16.
Hoofdstuk VE1
C1.2

Slide 1 - Tekstslide

Wat zie je op de afbeelding?
A
Afzet
B
Bedrijfskolom
C
Productiefactoren
D
Kapitaalgoederen

Slide 2 - Quizvraag

Door elke bewerking krijgt een product meer waarde.
Hoe noem je dit?

Slide 3 - Open vraag

Wat zijn de drie productiefactoren?

Slide 4 - Open vraag

Een ondernemer doet dit om meer, beter of goedkoper te kunnen produceren.
A
Samenwerken
B
Verbouwen
C
Investeren
D
Bemoeien

Slide 5 - Quizvraag

De jaarlijkse waardevermindering van kapitaalgoederen noem je...

Slide 6 - Open vraag

Leerdoelen
Aan het einde van deze cursus
  • weet je wat het verschil is tussen afzet en omzet en hoe je de omzet berekent.
  • kun je de brutowinst berekenen.
  • weet je wat bedrijfskosten zijn en kun je er voorbeelden van geven.
  • kun je de nettowinst berekenen.



Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Video

Slide 9 - Tekstslide


Je verkoopt 340 broden voor €2,80 per stuk.
Vul in: Afzet, verkoopprijs, omzet

Slide 10 - Open vraag

Slide 11 - Tekstslide

Het is koud en je verkoopt warme chocolademelk. Aan het einde van de dag heb je 34 bekertjes verkocht voor €1,50 per stuk.

Slide 12 - Open vraag

De omzet van de chocolademelk is dus €51.
De inkoopwaarde was €18.
Bereken de brutowinst.

Slide 13 - Open vraag

 4. Schrijf een bedrijfsplan met ChatGPT
Werktijd
 1. Lees blz. 16 t/m 18
timer
10:00
 2. Maak 2 tot en met 7
 3. Opdrachten nakijken
Extra
HW

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Video

Blz 18.
Hoofdstuk VE1
C1.2

Slide 17 - Tekstslide

Wat voor kosten heb je 
nog meer?

Slide 18 - Tekstslide

Bedrijfskosten

Kosten om je winkel te laten functioneren zoals:
- Huur
- Loon 
- Stroom 
- Reclame

Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Tekstslide

Een nieuwe auto kost €33.000. Je hebt als bedrijf 15 auto's verkocht. Wat is de omzet?

Slide 21 - Open vraag

De omzet is dus €495.000. De inkoopprijs van de auto's was €6.000 per auto (15 stuks).
Wat is de brutowinst? Bereken eerst de inkoopwaarde.

Slide 22 - Open vraag

Je hebt dus €405.000 brutowinst. Je hebt ook nog bedrijfskosten (Huur, loon, machines, stroom, etc.) Die zijn €200.000. Wat is de nettowinst of nettoverlies?

Slide 23 - Open vraag

 4. Kom een extra oefening halen.
Werktijd
 1. Lees blz. 16 t/m 18
timer
10:00
 2. Maak 8 tot en met 15
 3. Opdrachten nakijken
Extra
HW

Slide 24 - Tekstslide