Kern les 6

• Nederlands
• Middelbare school
• vmbo t
• Leerjaar 2

Kern les 6

Hoe schrijf je de persoonsvorm in de tegenwoordige tijd?

Doel: Je leert de persoonsvorm van regelmatige en onregelmatige werkwoorden in de tegenwoordige tijd schrijven

Einde van de les:

Schrijven van de pv

• Ik-vorm: ik-vorm
• Jij/hij/zij/het/u : ik-vorm + t
• Wij/zij/jullie : hele werkwoord

Welk rijtje klopt?

1. Ik ren Jij rent Wij rennen
2. Ik rennen Jij rent Wij rendten
3. Ik ren Jij rendt Wij rendten
4. Ik ren Jij rendt Wij renden

Verder oefenen

- Schrijf de juiste rijtjes op van Branden, lezen en kopen

LET OP!

- Als jij achter de pv staat, schrijf je de ik-vorm

• Jij vindt, vind jij?

- Als de ik-vorm eindigt op een d ==> jij/hij/zij/het/u ==> +t

• Ik brand, jij brandt

- Als de ik-vorm al eindigt op een t ==> bij jij/hij/zij/het/u ==> GEEN t

• Ik praat , Jij praat

Deze regels horen alleen bij regelmatige werkwoorden!!

Onregelmatige werkwoorden

- Houden zich niet aan de regels van de regelmatige ww

- Deze woorden moet je uit je hoofd leren en hebben dus geen regels.

Hebben

• Ik heb
• Jij hebt
• Hij/zij/het heeft
• Wij hebben

Mogen

• Ik mag
• jij mag
• Hij/zij/het mag
• Wij mogen

Kunnen

• Ik kan
• Jij kan
• Hij/zij/het kan 
• Wij kunnen 

Willen

• Ik wil 
• Jij wilt
• Hij/zij/het wil
• Wij willen

Zijn

• Ik ben
• Jij bent
• Hij/zij/het is
• Wij zijn

Zullen

• Ik zal
• Jij zult
• Hij/zij/het zal
• Wij zullen

Aan de slag

• Kern les 6
• Maken opdracht 1t/m 8

Reflectie