H3.3

H3.3
Geld lenen kost geld
1 / 17
volgende
Slide 1: Tekstslide
EconomieMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

In deze les zitten 17 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

H3.3
Geld lenen kost geld

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Planning
- Huiswerk 3.2 check
- Terugblik 3.2
- leerdoelen 3.3
- Theorie 3.3
- Quiz 
- Afsluiting

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Huiswerk check
3.2 Checken

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Terugblik 3.2
1. Welke 3 spaarmotieven hebben we?
2. Wat is het verschil tussen een vaste en een variabele rente?
3. Wat is het verschil tussen een normale spaarrekening en een spaardeposito?
4. Hoe noemen we de berekening waarbij we rente op rente sparen?

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Leerdoelen
Aan het eind van de les:
- kan jij redenen opnoemen waarom mensen lenen
- kan jij de kredietkosten berekenen
- weet jij welke leningen er zijn

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 7 - Tekstslide

- Persoonlijke lening
(aflossen in vooraf afgesproken termijnen)​
- Doorlopend krediet
(betaal je ook in maandtermijnen terug,
maar het afgeloste bedrag kun je weer opnemen)
- Salariskrediet
(tot een bepaald bedrag in het rood → hangt van je salaris af)

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Is een telefoon kopen op afbetaling een lening?
A
Ja
B
Nee

Slide 11 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat zijn kredietkosten?
A
Rente
B
Afsluitkosten
C
Rente + Afsluitkosten

Slide 12 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

We hebben te maken met een consumptief krediet als...
A
je geld leent voor een aankoop van een duurzame consumptie
B
je geld leent voor het kopen van een woning
C
je geld leent om een onverwachte gebeurtenis op te vangen
D
je geld leent om een consumptie te doen

Slide 13 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Persoonlijke lening
Doorlopend krediet
Salariskrediet
Je betaalt deze lening terug in een vast aantal maandtermijnen en een vast maandbedrag.
Je mag lenen tot een bepaald bedrag. Daarna moet je terugbetalen en mag je terugbetaald geld weer opnieuw opnemen. 
Je mag op de betaalrekening  rood staan.

Slide 14 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Vraag 11: Hoe noem je een consumptief krediet waarbij je met de bank een looptijd afspreekt en betaalt in vaste termijnen voor rente en aflossing? (1p)
A
Doorlopend krediet
B
Hypothecaire lening
C
Persoonlijke lening
D
Salariskrediet

Slide 15 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Leerdoelen
Aan het eind van de les:
- kan jij redenen opnoemen waarom mensen lenen
- kan jij de kredietkosten berekenen
- Kan jij verschillende leningen opnoemen

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Huiswerk volgende les
Maken 3.3 en 3.4

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies