Eerst kies je het onderwerp waarover jij wilt schrijven.
Daarna volgen een aantal stappen.
Slide 3 - Tekstslide
schrijfstappen voor een goede tekst
1. Maak een woordveld
2. Orden deelonderwerpen
3. Schrijf de tekst
4. Controleer en verbeter je tekst
Slide 4 - Tekstslide
1. Maak een woordveld
Slide 5 - Tekstslide
1. Maak een woordveld
Noteer je onderwerp in het midden van het blad.
Schrijf zoveel mogelijk woorden op die met jouw onderwerp te maken hebben.
Slide 6 - Tekstslide
2. ordenen deelonderwerpen
Slide 7 - Tekstslide
2. ordenen deelonderwerpen
Slide 8 - Tekstslide
2. ordenen deelonderwerpen
Maak groepjes van de woorden uit jouw woordveld die met elkaar te maken hebben.
Elk groepje woorden wordt een deelonderwerp in je tekst.
Zet de deelonderwerpen in een logische volgorde voor jouw schrijfopdracht.
Slide 9 - Tekstslide
4. schrijven van de tekst
Slide 10 - Tekstslide
4. schrijven van de tekst
Schrijf nu je tekst.
Gebruik voor de inleiding en voor het slot een apart alinea.
Gebruik in het middenstuk voor elk deelonderwerp tenminste 1 alinea. Scheid de alinea's met een witte regel.
Zet boven je tekst een passende titel.
Slide 11 - Tekstslide
4. Controleer en verbeter je tekst
Controleer je tekst: Klopt de volgorde van de tekst? Kloppen de zinnen grammaticaal? Zijn de woorden goed gespeld? Is de tekst duidelijk/begrijpelijk voor de lezer?