8. Hoofdstuk 7 Gezag over minderjarige kinderen (deel 1)

1 / 16
volgende
Slide 1: Tekstslide
JuridischMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 16 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

Wie heeft het gezag als een zestienjarige vrouw moeder wordt?
A
de ouder(s) van de minderjarige moeder art. 1: 245 BW
B
de zestienjarige na een meerderjarigheids-verklaring art. 1:253ha BW
C
De bijzonder curator art. 1: 250 BW

Slide 4 - Quizvraag

Wat houdt ouderlijk gezag in?

Slide 5 - Woordweb

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Video

Slide 8 - Tekstslide

Wat is een voorbeeld van het optreden van de ouders, namens de kinderen, in het juridisch verkeer?
A
Dat de ouders bepalen naar welke school het kind gaat
B
Dat de ouders de spaarrekening van het kind beheren.
C
Dat de ouders hun handtekening zetten als het kind lid wordt van een vereniging

Slide 9 - Quizvraag

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

Wie heeft het gezag?
Wouter en Kathy gaan scheiden. Ze hebben drie kleine kinderen
A
Wouter en Kathy
B
Wouter
C
Kathy
D
een voogd

Slide 12 - Quizvraag

Pieter overlijdt. Hij was getrouwd met Els. Ze hebben samen twee minderjarige kinderen. Wie heeft het gezag?
A
Els
B
Er moet een voogd benoemd worden

Slide 13 - Quizvraag

Anke trouwt met Aard. Twee jaar later krijgen ze een dochter.
Wie heeft het gezag?


A
Anke
B
Aard
C
Anke en Aard

Slide 14 - Quizvraag

Inez woont samen met Björn. Ze krijgt een zoon. Hoe kunnen beide ouders het gezag krijgen?


A
Dat kan niet, Inez heeft alleen gezag
B
Björn moet het kind erkennen en daarna kan gezamenlijk gezag ingeschreven worden in het Centraal Gezagsregister
C
Björn en Inez hebben automatisch gezamenlijk gezag

Slide 15 - Quizvraag

Huiswerk
Bestuderen § 7.1 t/m § 7.4
Maken:  Opdracht  in Teams

Slide 16 - Tekstslide