KD Int H3 -F/G/M Cultuur

 Wat is cultuur?
Keuzedeel Internationaal 1:
overbruggen (interculturele) diversiteit
1 / 23
volgende
Slide 1: Tekstslide
Keuzedeel INTMBOStudiejaar 2

In deze les zitten 23 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

 Wat is cultuur?
Keuzedeel Internationaal 1:
overbruggen (interculturele) diversiteit

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

About last week ...
lesagenda



Slide 2 - Tekstslide

Licentiecode J8DW-HQP6
Lesweek 12

  • Fragment ik vertrek (opdr 3)   Culturele diversiteit
  • Cultuurshock
  • Start hfst Cultuurverschillen 

Slide 3 - Tekstslide

Referentiekader > Doel van de opdracht hierbij is om studenten bewust te maken van wat het begrip ‘referentiekader’ inhoudt en hoe bepalend je eigen achtergrond is voor het kijken naar en beoordelen van cultuurverschillen.
Cultuur
verschillen
overeenkomsten

Heb jij een specifieke herinnering aan een ontmoeting met een persoon uit een voor jou vreemde cultuur? (1.C)

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Theorie 
F-, G- en M-cultuur

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

03 Cultuurverschillen 
Veel verschillen tussen mensen zijn volgens David Pinto te verklaren als je kijkt naar de manier waarop ze omgaan met regels. 

Schaal:
Beginschaal:   F-cultuur 
Midden:  M- cultuur 
Eindschaal:  G-cultuur

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

F-cultuur
  • fijnmazig
  • veel, strakke en gedetailleerde (gedrag)regels
  • centraal: groep 
  • kenmerken: veel respect en aanzien voor  ouderen, samen eten is belangrijk, afspraken zijn flexibel en de eer van de familie is heel belangrijk.

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wij cultuur
  • groepsgebonden
  • jouw prestatie of actie heeft invloed op de hele groep
  • Niet westerse landen 
  • Dorpen/platteland

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

G-cultuur 
  • grofmazig
  • weinig, losse en globale regels
  • centraal: individu
  • kenmerken: leven vanuit de eigen innerlijke normen en waarden, afspraak is afspraak en onverwachte gasten zijn vaak minder welkom
  • Er gelden algeneme regel maar iedereen interpreteert op eigen manier.
  • Eigen mening is belangrijk
  • Ik-cultuur

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Ik cultuur
  • - politieke overtuiging
  • -relatievorm
  • - Godsdienst
  • - soort werk
  • -vrijetijdsbesteding

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

M-cultuur 
Dit is een mixvorm tussen de F- en G-cultuur.
Voorbeeld: 
  • Een strenge vader en een wat minder strenge.
  • Onder de tweede generatie van migranten waar ook ter
    wereld.



Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Factoren
  • Economische factor
  • Religieuze factor
  • Sociale factor
  • Individuele factor 

(Pinto)

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Onder welke cultuur valt Nederland en onder welke cultuur vind jij jezelf vallen?

Slide 13 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Marokko, turkije, China, Somalië en Vietnam zijn voorbeelden van een...
A
G-cultuur
B
F-cultuur
C
M-cultuur

Slide 14 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

F-cultuur
M-cultuur
G-cultuur
Modern
opvoeding - vrienden
jeugd
weinig tradities
Losser stelsel
veel regels
Veel afspraken

Slide 16 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Machtsafstand
Individualisme - collectivisme
Femininiteit
Onzekerheidsvermijding
Lange termijn
dictator
Docent-student
ouder - kind
vrijheid
Hechte groep
Hét mannetje
Taken lopen door elkaar
veel regels
Sparen
traditie
meer geduld

Slide 17 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Factoren voor cultuur
  • economische factoren een arm land is het groepsgevoel sterker omdat je de groep nodig hebt om te overleven.
  • religieuze factor Een religie heeft vaak strakke regels. Ben je religieus dan moet je je ook aan deze regels houden.
  • sociale factor De sociale omgeving waar je woont en werkt bepaalt voor een deel de regels waar je je aan moet houden.
  • individuele factor Ieder mens is anders: houd je van structuur of meer van chaos en verrassingen?










Slide 18 - Tekstslide

Referentiekader > Doel van de opdracht hierbij is om studenten bewust te maken van wat het begrip ‘referentiekader’ inhoudt en hoe bepalend je eigen achtergrond is voor het kijken naar en beoordelen van cultuurverschillen.
Opdracht 6. Interview [BP]
  • Gebruiken voor eindpresentatie








Slide 19 - Tekstslide

Referentiekader > Doel van de opdracht hierbij is om studenten bewust te maken van wat het begrip ‘referentiekader’ inhoudt en hoe bepalend je eigen achtergrond is voor het kijken naar en beoordelen van cultuurverschillen.
Begrippen !!
  • Culturele diversiteit
  • Wanneer er sprake is van veel verschillende culturen.
Cultuurshock
Wanneer je in een cultuur terecht komt die heel erg verschilt van je eigen cultuur dan kun je last krijgen van een cultuurshock.
F-cultuur
Een fijnmazige cultuur met veel, strakke en gedetailleerde regels.
G-cultuur
Een grofmazige cultuur met weinig, losse en globale regels.
M-cultuur
Een mixvorm tussen een F- en G-cultuur.











Slide 20 - Tekstslide

Referentiekader > Doel van de opdracht hierbij is om studenten bewust te maken van wat het begrip ‘referentiekader’ inhoudt en hoe bepalend je eigen achtergrond is voor het kijken naar en beoordelen van cultuurverschillen.
Eindpresentatie
Examen Prove2Move
Examenopdracht > presentatie
Info over uitwerking/ uitvoering bij bestanden in Teams

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Aan de slag!
Doornemen:
Theoriebronnen:
- Pinto F/G/M cultuur
Maken:
Opdrachten:
- 11 t/m 13 (Cultuur)
- 1 + 2 (Cultuurverschillen)


Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies