Theorie 5 - Berderving, ADH, Concentratie en Dosis

Voeding
Website Week 5





IJburg College
2 THV

1 / 21
volgende
Slide 1: Tekstslide
Mens & NatuurMiddelbare schoolvmbo t, havo, vwoLeerjaar 2

In deze les zitten 21 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Voeding
Website Week 5





IJburg College
2 THV

Slide 1 - Tekstslide

Wat weet je nog van vorige week?

Slide 2 - Woordweb

Wat is de functie van dit orgaan in de spijsvertering?
A
Gal verwijderen
B
Gal maken
C
Gal opslaan
D
Gal verteren

Slide 3 - Quizvraag

Leerdoelen
- Je kunt de gevaren van voedselbederf noemen.

- Je kunt benoemen hoe voedselbederf wordt voorkomen.

-Je kunt benoemen hoe voedselbederf wordt voorkomen in de productie van voedsel.

H/V: Je kunt rekenen met concentratie en dosis.


Slide 4 - Tekstslide

Bedorven producten
Sommige producten raken snel bedorven. Hiervan kun je erg ziek worden.
Hoe herken je dit?


Groenten krijgen snel een andere kleur.

Vlees gaat vies ruiken.

Zuivel krijgt een vies velletje.

Slide 5 - Tekstslide

Micro-organismen
Micro-organismen zijn kleine bacterien en schimmels die niet goed voor je zijn.

Die kunnen ervoor zorgen dat je ziek wordt.

Slide 6 - Tekstslide

Bedorven voedsel zorgt ervoor dat je...
A
Dik kan worden
B
Ziek kan worden
C
Gezond kan worden
D
Superkrachten krijgt

Slide 7 - Quizvraag

Conserveringsmiddelen
 Water, koolhydraten, eiwitten en vetten in jouw eten zijn goede plekken voor bacteriën en schimmels om te groeien. 

Conserveringsmiddelen remmen de groei van micro-organismen. 

Slide 8 - Tekstslide

Conserveringsmiddelen vindt je vaak terug op de verpakking van een product als een...
A
E-nummer
B
B-nummer
C
C-nummer
D
A-nummer

Slide 9 - Quizvraag

ADH
Staat voor Aanbevolen Dagelijkse Hoeveelheid.

Is per persoon anders. Zo hebben mannen meer calorieën nodig dan vrouwen, en pubers meer bouwstoffen.

Slide 10 - Tekstslide

Elke stof is giftig.
A
Ja
B
Nee

Slide 11 - Quizvraag

Concentratie
De hoeveelheid van een stof die in een voedingsmiddel zit. 

Hoeveel limonadesiroop zit er in de flesjes links?

Slide 12 - Tekstslide

Dosis
De hoeveelheid van een stof die je binnenkrijgt wanneer je een bepaald voedingsmiddel eet.

Slide 13 - Tekstslide

Rekenen met de dosis
Als voorbeeld nemen we Kwik in drinkwater. Stel dat je twee liter water drinkt op een dag, hoeveel kwik krijg je dan binnen?


2 Liter x 1,0 mg = 2,0 mg kwik.


Dus:
aantal liter * waarde van de stof  = dosis

Slide 14 - Tekstslide

Je drinkt 1,5 L water. Hoeveel mg nitraat krijg je binnen?
A
50
B
0,15
C
75
D
0,1

Slide 15 - Quizvraag

Iedereen heeft evenveel calorieën nodig.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 16 - Quizvraag

De concentratie van een stof is de hoeveelheid die je binnenkrijgt wanneer je een bepaald voedingsmiddel eet.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 17 - Quizvraag

Wat is GEEN nadeel van voedselbederf?
A
Je belast het milieu ermee
B
De conserveringsmiddelen werken niet meer.
C
Je kunt ziek worden van het eten ervan
D
Ze kunnen andere producten aantasten

Slide 18 - Quizvraag

Welk reageerbuisje heeft de hoogste concentratie water?
A
In het midden
B
Helemaal rechts
C
Helemaal links
D
De vierde van rechts

Slide 19 - Quizvraag

Je drinkt een halve liter kraanwater uit een spa-flesje.
Hoeveel lood krijg je binnen?
A
0,01 mg
B
0,005 mg
C
0,05 mg
D
0,5 mg

Slide 20 - Quizvraag

Huiswerk en de rest van de les.
Je kunt nu beginnen met de opdrachten van Theorie 5

Deze opdrachten heb je af volgende week bij de volgende theorieles.

Volgende week doen we de proeftoets!

Slide 21 - Tekstslide