zakelijke mail 1

Email schrijven
Herhaling voor eindexamen
1 / 17
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 4

In deze les zitten 17 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

Email schrijven
Herhaling voor eindexamen

Slide 1 - Tekstslide

Lesdoel
Deze les leer je de regels voor een zakelijke email. Zie ook blz. 144 van je boek
Je oefent ook alvast een email.
Waarom?
Dit is een onderdeel van je examen.

Slide 2 - Tekstslide

Hoe gaan we het doen?
1- bespreken van de theorie, 
2- oefenen met een quiz, 


Slide 3 - Tekstslide

Ga naar classroom
Log in
timer
2:30

Slide 4 - Tekstslide

Waar denk je aan bij een
zakelijke email?

Slide 5 - Woordweb

Slide 6 - Video

Wat zijn de verschillen tussen een zakelijke email en een persoonlijke email?

Slide 7 - Open vraag

Opmaak zakelijke email
aan: mailadres geadresseerde
onderwerp: waar gaat de email over?

Aanhef: Geachte heer,mevrouw, 
Inleiding: Wie ben je? Waarom schrijf je?
Kern: Belangrijke informatie, vragen etc. ( 2 alinea's)
Afsluiting: een bedankje en wat verwacht je?

Met vriendelijke groet,

Naam + achternaam

Slide 8 - Tekstslide

Wie is de geadresseerde?
A
Degene aan wie je de mail schrijft.
B
Degene die de mail schrijft.

Slide 9 - Quizvraag

Kies de juiste schrijfwijze voor de plaats en de datum in een zakelijke email
A
Amsterdam 2 november 2018
B
Amsterdam, 2 November 2018
C
Amsterdam, 2 november 2018
D
Het is niet nodig om dit op te schrijven.

Slide 10 - Quizvraag

Kies de juiste aanhef als je de geadresseerde niet kent
A
Geachte heer mevrouw,
B
Geachte heren en mevrouwen
C
Geachte heer, mevrouw,
D
Geachte heer/mevrouw,

Slide 11 - Quizvraag

De eerste zin van de brief begint met een hoofdletter.
A
Niet waar, de aanhef eindigt met een komma en daarna krijg je nooit een hoofdletter.
B
Waar. In de zakelijke brief begint de eerste zin toch met een hoofdletter.

Slide 12 - Quizvraag

In de tekst van een zakelijke brief gebruik je geen alinea’s.
A
Waar: je schrijft alles achter elkaar zonder witregels.
B
Niet waar: je gebruikt minimaal 3 alinea’s: inleiding , middenstuk en een slot.

Slide 13 - Quizvraag

Kies de juiste schrijfwijze voor de slotformule
A
m.v.g.,
B
Met vriendelijke groet,
C
Groeten,
D
Met vriendelijke groeten,

Slide 14 - Quizvraag

In een zakelijke email gebruik je formele taal.
A
Waar.
B
Niet waar.

Slide 15 - Quizvraag

geadresseerde 
Aanhef + inleiding
kern
slot
afzender: voorbeeld@hotmail.com
ontvanger: info@bedrijf.nl
onderwerp: sollicitatie parttime medewerker 
Geachte heer of mevrouw, 


Mijn naam is Sabine en ik ben zestien jaar oud. In de winkel zag ik dat jullie opzoek zijn naar parttime verkoopmedewerkers. Ik ben erg geïnteresseerd in deze baan.
Het werken in de winkel spreekt mij erg aan omdat ik het contact met anderen erg leuk vind. Daarnaast spreekt het mij aan om mensen te voorzien van advies.

Ik heb al ervaring als verkoopmedewerkster. Ik heb een jaar bij de Sting gewerkt.
Bedankt voor uw tijd voor het lezen van mijn sollicitatie-e-mail. Ik hoop snel van u te horen.


Met vriendelijke groet,

Slide 16 - Sleepvraag

Aan de slag!
Maak de eindexamenopdracht bij de zakelijke e-mail 

Slide 17 - Tekstslide