Tl - 2 - Drugs en Samenvatten
1 / 43
Lesduur is: 30 minOnderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Slide 2 - Tekstslide
timer
1:00
ALCOHOL
Slide 3 - Woordweb
Ik heb weleens alcohol gedronken.
A
ja
B
nee
Slide 4 - Quizvraag
timer
1:00
Bingedrinking
Slide 5 - Woordweb
Slide 6 - Video
Slide 7 - Tekstslide
Slide 8 - Video
Heb je thuis weleens gepraat over drank en drugs?
A
Ja, over beide
B
Ja, maar alleen over alcohol
C
Nee
Slide 9 - Quizvraag
Slide 10 - Tekstslide
Zonder alcohol is een feest ook gezellig
A
eens
B
oneens
Slide 11 - Quizvraag
Ik wil niet drinken omdat mijn hersencellen anders afsterven
A
eens
B
oneens
Slide 12 - Quizvraag
Volwassen in mijn omgeving drinken regelmatig
A
eens
B
oneens
Slide 13 - Quizvraag
Als je drinkt, dan hoor je erbij
A
eens
B
oneens
Slide 14 - Quizvraag
Drugs is een stapje verder dan alcohol drinken
A
eens
B
oneens
Slide 15 - Quizvraag
Drugs hoort bij sommige feesten
A
eens
B
oneens
Slide 16 - Quizvraag
Ik vind dat er afspraken met mijn ouders moeten zijn over drank en drugsgebruik
A
eens
B
oneens
Slide 17 - Quizvraag
Slide 18 - Tekstslide
Als je vaak veel drinkt, kun je steeds beter tegen alcohol
A
juist
B
onjuist
Slide 19 - Quizvraag
Het is riskant om alcohol te combineren met drugs of medicijnen
A
juist
B
onjuist
Slide 20 - Quizvraag
Zwak alcoholhoudende drank heeft een promillage van maximaal 25 procent alcohol
A
juist
B
onjuist
Slide 21 - Quizvraag
Mannen zijn gemiddeld sneller onder invloed dan vrouwen
A
juist
B
onjuist
Slide 22 - Quizvraag
Na een avondje stevig drinken kun je 's ochtends nog steeds alcohol in je bloed hebben
A
juist
B
onjuist
Slide 23 - Quizvraag
Binge drinken is riskant
A
juist
B
onjuist
Slide 24 - Quizvraag
Alcohol is een verdovend middel
A
juist
B
onjuist
Slide 25 - Quizvraag
Rijden met 2 glazen alcohol op kan strafbaar zijn
A
juist
B
onjuist
Slide 26 - Quizvraag
Men kan niet lichamelijk afhankelijk worden van alcohol
A
juist
B
onjuist
Slide 27 - Quizvraag
Door het drinken van koffie wordt de alcohol in het lichaam sneller afgebroken
A
juist
B
onjuist
Slide 28 - Quizvraag
Iedereen die meer dan 3 standaardglazen alcoholhoudende drank drinkt, reageert langzamer in het verkeer
A
juist
B
onjuist
Slide 29 - Quizvraag
Bier is een goede dorstlesser
A
juist
B
onjuist
Slide 30 - Quizvraag
Alcohol zorgt voor uitgaansgeweld
A
juist
B
onjuist
Slide 31 - Quizvraag
Alcohol breekt je hersencellen af
A
juist
B
onjuist
Slide 32 - Quizvraag
5 eenheden alcohol kunnen tot een coma leiden
A
juist
B
onjuist
Slide 33 - Quizvraag
De meeste jongeren drinken omdat ze groepsdruk voelen
A
juist
B
onjuist
Slide 34 - Quizvraag
timer
1:00
DRUGS
Slide 35 - Woordweb
Wanneer is iets drugs?
Slide 36 - Woordweb
Slide 37 - Video
Slide 38 - Video
Slide 39 - Video
Ik heb weleens drugs gebruikt. (lachgas is ook drugs)
A
ja
B
nee
Slide 40 - Quizvraag
Ik heb weleens een sigaret gerookt.
A
ja
B
nee
Slide 41 - Quizvraag
Wat is blowen?
A
Blowen is het roken van sigaretten
B
Blowen is het roken van shag
C
Blowen is het snuiven van softdrugs
D
Blowen is het roken van softdrugs afkomstig van de hennepplant
