Thema 2: basisstof 3 en 4: cellen en de celkern

• Biologie
• Middelbare school
• vmbo k, g, t
• Leerjaar 1

Welkom!

Planning

- Herhaling vorige week

- Uitleg basisstof 3 en 4

- Aan de slag

- Vooruitblik volgende week

Noem één van de drie functies van de wortel van een plant.

Uit welke drie onderdelen bestaat het wortelstelsel?

Welke functie heeft een stengel nog meer náást het vervoeren van voedingsstoffen?

Wat is de functie van bladeren?

Hoe noem je een groepje vaten die in een plant bij elkaar liggen?

Leerdoelen

- Je weet dat een organisme bestaat uit cellen.

 - Je kunt de delen van dierlijke cellen benoemen met hun kenmerken.

- Je kunt de delen van plantaardige cellen benoemen met hun kenmerken.

- Je kunt de kenmerken van chromosomen noemen.

Cellen

Cellen zijn de bouwstenen van een organisme

Er zijn verschillende soorten cellen

Verschillende cellen

Verschillende vormen

voor verschillende taken

Dierlijke cel

Celplasma:

Dikke vloeistof

Daarin zitten opgeloste stoffen

Dierlijke cel

Celmembraan:

- Dun vliesje om de cel

- Licht doorlaatbaar, zo kunnen bepaalde stoffen erdoorheen

- Hierdoor kan de cel stoffen opnemen en afgeven

Dierlijke cel

Celkern:

Regelt alles wat er in een cel moet gebeuren

Weer even 5 minuutjes voor jezelf, dan weer door.

Plantaardige cel

extra onderdelen:

- Vacuole

- Bladgroenkorrels

- Celwand

Plantaardige cel

Bladgroenkorrels: hier vindt fotosynthese plaats

Vacuole: blaasje gevuld met vocht

Celwand: stevig laagje om de cel

De celkern

In de celkern liggen chromosomen

Dit zijn lange dunne draden

Mensen hebben 46 chromosomen

Chromosomen zie je normaal niet, behalve wanneer de cel gaat delen

Chromosomen

- Erfelijke eigenschappen worden doorgegeven via DNA

- Chromosomen bestaan uit DNA

- De helft van je moeder, de helft van je vader

- Elke cel bevat informatie over je erfelijke eigenschappen

- Je leefomgeving heeft invloed op je eigenschappen

Aan de slag

Huiswerk:

Basisstof 3 (2.3): Opdracht  1 t/m 7, Dikgedrukte woordjes + betekenis

Basisstof 4 (2.4): Opdracht 1 t/m 8, Dikgedrukte woordjes + betekenis