Tekstbegrip les 3

Tekstbegrip deel 3
- onderwerp van de tekst;
- je kunt de kernzin van een alinea bepalen;
- je leert signaalwoorden te herkennen.
1 / 12
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

In deze les zitten 12 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Tekstbegrip deel 3
- onderwerp van de tekst;
- je kunt de kernzin van een alinea bepalen;
- je leert signaalwoorden te herkennen.

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat moet je doen om het onderwerp van de tekst te bepalen?

Slide 2 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Samen bekijken we tekst 2 van test 2 oriënterend. 
In de vraag staat:

Wat is het onderwerp van de tekst?
O criminaliteitscijfer
O onveiligheidsgevoel
O slachtofferervaring

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat is het onderwerp van de tekst?
A
criminaliteitscijfer
B
onveiligheidsgevoel
C
slachtofferervaring

Slide 4 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Kernzinnen

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Opbouw van een alinea
kernzin
toelichting
voorbeelden

Tip: Streep de toelichting en de voorbeelden in gedachten weg. Je houdt de kernzin over.

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Kernzin?

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

signaalwoorden

Slide 8 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

signaalwoorden
Signaalwoorden helpen jou het verband te zien tussen zinnen en tussen alinea's. 
Er zijn verschillende signaalwoorden, die bij verschillende verbanden horen. 

Bekijk het overzicht nog eens. 

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Signaalwoorden?
(6) Een andere verklaring voor onze vreemde veiligheidsbeleving is dat we de laatste jaren gevoeliger zijn geworden voor normovertredend gedrag. Boutellier: ‘Onze tolerantie voor geweld is bijvoorbeeld flink afgenomen.’ We interpreteren iets dus eerder als bedreigend of als gewelddadig. Als je vroeger een steentje naar iemands hoofd wierp, kreeg je hooguit op je kop of een flink pak slaag. Boutellier: ‘Tegenwoordig moet je voor dat soort dingen naar een Halt-bureau.’

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Signaalwoorden
(6) Een andere verklaring voor onze vreemde veiligheidsbeleving is dat we de laatste jaren gevoeliger zijn geworden voor normovertredend gedrag. Boutellier: ‘Onze tolerantie voor geweld is bijvoorbeeld flink afgenomen.’ We interpreteren iets dus eerder als bedreigend of als gewelddadig. Als je vroeger een steentje naar iemands hoofd wierp, kreeg je hooguit op je kop of een flink pak slaag. Boutellier: ‘Tegenwoordig moet je voor dat soort dingen naar een Halt-bureau.’

Slide 11 - Tekstslide

Bijvoorbeeld hoort bij een toelichtend verband.
Dus hoort bij een concluderend verband. (Kan ook reden- of oorzakelijk verband zijn)
Als hoort bij een oorzakelijk verband. 
Nu jij...
- Maak morgenvroeg (het 2e uur) van H4 - Lezen - Test 4. 
Je mag dit ook eerder/later doen. 
De volgende les moet het af zijn. 

Je hoeft het 2e uur niet in de les te komen. 

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies