week 40/2: oog

• Mens & Natuur
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 1

WELKOM TERUG!

Mens & Natuur - Mevr. Zwijns ([e-mail])

Wat gaan we deze les doen?

Wat gaan we deze les doen:

1. Terugblik vorige les & Bespreken huiswerk
   (theoriekaart 8 & 9)
2. Werkstuk stap 2
   
3. afsluiting les

TERUGBLIK vorige les:

oog

Harde oogvlies

Netvlies

Vaatvlies

Vangt lichtprikkels op

beschermt alles wat binnenin het oog zit

Hierin zitten de bloedvaatjes die stoffen vervoeren die het oog nodig heeft

hoe heten de volgende onderdelen van het oog?

Netvlies

Pupil

Lens

Zorgt voor een scherp beeld op het netvlies

Gel waarmee je oog is opgevuld.

Hier ontstaat het beeld wat je ziet.

Verstuurd lichtprikkels door naar de hersenen.

Netvlies

Ooglens

Oogzenuw

Glasachtig lichaam

Op de gele vlek...

1. Zijn geen zintuigcellen
2. Zijn de meeste prikkels
3. Zijn de meeste zintuigcellen
4. Zijn de meeste zenuwen

Op de blinde vlek...

1. Zijn geen zintuigcellen
2. Zijn de meeste prikkels
3. Zijn de meeste zintuigcellen
4. Zijn de meeste zenuwen

Een lichtstraal valt op het oog.

Zet de onderstaande onderdelen van het oog, waar deze lichtstraal achtereenvolgens doorheen gaat, in de juiste volgorde: je kunt ze naar de juiste plaats slepen.

Lens

Hoornvlies

Glasachtig lichaam

Netvlies

Pupil

Pietertje loopt in de schemering. Welke zintuigcellen werken?

1. Kegeltjes en staafjes
2. alleen de kegeltjes
3. alleen de staafjes
4. geen kegeltjes en geen staafjes

Staafjes en kegeltjes

Kegeltjes

• Werken bij veel licht
• Zien kleur (rood, groen en blauw)

Staafjes

• Werken bij weinig licht
• Zien zwart/wit en grijstinten

Is het een directe of indirecte lichtbron?

Directe lichtbron

Indirecte lichtbron

Een voorwerp weerkaatst alleen de kleur of kleuren die je ziet.

1. waar
2. niet waar

Het spectrum van zonlicht bestaat ook uit kleuren die we niet zien.. welke zijn dit?

1. Indigo, infrarood, ultraviolet (UV)
2. Indigo, infrarood
3. Infrarood, ultraviolet (UV)
4. Violet, indigo en Infrarood

Leerdoelen behaald?

• Je kunt alle onderdelen van de binnen- en buitenkant van het oog benoemen en daarbij de functie uitleggen.
  
• Je kunt beschrijven door welke onderdelen van je oog het licht gaat en wat er daarna met de lichtprikkels gebeurt.
  
• Je kunt beschrijven wat er gebeurt bij een pupilreflex.
  
• Je kunt het verschil tussen de staafjes/kegeltjes en de blinde/gele vlek op het netvlies beschrijven.
  
• Je weet het verschil tussen een directe en een indirecte lichtbron + absorberen en terugkaatsen bij verschillende kleuren licht.

WERKSTUK

De ontwerpopdracht

Jij maakt met jouw groepje een model van een oog of van een oor, waarin de verschillende onderdelen van het oog of oor duidelijk worden.

Het model moet aan de volgende eisen voldoen:

1. Alle onderdelen van het oog of oor moeten met naam zichtbaar zijn in het model.
   
2. De materialen die worden gebruikt, zijn gerecycled/hergebruikt.
   
3. Het model moet er aantrekkelijk uitzien voor de klanten die in de winkel komen.
   
4. Het model moet als functie hebben dat de mensen in de winkel snappen hoe het oog of het oor werkt.

Werkstuk planning

Werkstuk stap 2: verkennen

Verzin verschillende ideeën voor jullie model

alles is mogelijk, het model hoeft er niet precies uit te zien als een oogbal/ oor, als het maar duidelijk is hoe het oog/ oor werkt

Werkstuk Stap 2: verkennen

Ga naar de Google classroom

Maak het document van Stap 2

Werkstuk Stap 2: logboek

Ga naar de Google classroom

Vul het logboek in

Huiswerk 

voor dinsdag 11 oktober

Werkstuk stap 2 inleveren

Formatieve toets: dinsdag 11 oktober

                                  over week 35 t/m week 40 op de MN website