7. Ik kan uitleggen waarom de economische wereldcrisis (die met de Beurskrach begon) in Duitsland voor politieke instabiliteit zorgde.
8. Ik kan de kenmerken van het fascisme benoemen en uitleggen in hoeverre de NSDAP een fascistische partij was.
9. Ik kan de populariteit van de NSDAP verklaren en Ik kan uitleggen hoe Hitler in 1933 de volledige macht in Duitsland in handen kreeg.
10. Ik kan uitleggen waarom Hitlers buitenlandse politiek gericht was op het vergroten van Duitsland.
11. Ik kan beschrijven hoe de discriminatie van de Joden en de genocide op de Joden plaatsvond.