Als je iemands woorden letterlijk opschrijft, heet dat een ‘citaat’. Met een dubbele punt kun je een citaat aankondigen.
Je zet het citaat tussen aanhalingstekens. Bijvoorbeeld: Jasper zei: ‘Overmorgen ben ik jarig.’
Als het citaat vooropstaat, gebruik je geen dubbele punt. Voorbeeld: ‘Overmorgen ben ik jarig’, zei Jasper.
Slide 7 - Tekstslide
GEEN citaat
Als je niet letterlijk opschrijft wat iemand zegt, maar in een zin omschrijft wat iemand heeft gezegd, gebruik je geen aanhalingstekens en geen dubbele punt.
Jasper zei dat hij overmorgen jarig is.
Slide 8 - Tekstslide
Huiswerk 29 september
H1 Taalverzorging spelling, pag. 32 en 33. Maak opdracht 1, 2 en 4 in je schrift.
Lees van Latino King hoofdstuk 8 t/m 12 (pag. 35 t/m 56). Maak een samenvatting van ieder hoofdstuk en zet die in de verhaallijn van je leesdossier.
15 min., zelfstandig in stilte.
timer
1:00
Slide 9 - Tekstslide
Stem op de beste e-mail (op inhoud en alle conventies) aan de leerlingenraad
1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
Slide 10 - Poll
Stem op de beste e-mail (op inhoud en alle conventies) aan de rector
1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
Slide 11 - Poll
Stem op de beste e-mail (op inhoud en alle conventies) aan de rector