Les 2: e - ee

e - ee
1 / 38
volgende
Slide 1: Tekstslide
NT2ANT2+Middelbare schoolvmbo lwooLeerjaar 1

In deze les zitten 38 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 6 videos.

Onderdelen in deze les

e - ee

Slide 1 - Tekstslide

Welke woorden ken je al?

Slide 2 - Open vraag

Slide 3 - Video

e

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Video

Luister en zeg na.

Slide 6 - Tekstslide

net

Slide 7 - Tekstslide

kerk

Slide 8 - Tekstslide

geld

Slide 9 - Tekstslide

bedden

Slide 10 - Tekstslide

helpen

Slide 11 - Tekstslide

bed
bek
bel
ben
bes
dek
den
gek
gen
heb
hef
heg
hek
hel
hem
hen
her
hes
het
ken
lef
leg
lek
lel
les
let
men
mep
mes
met
nek
nep
net
pek
pel
pen
per
pet
red
rek
rel
rem
ren
rep
tem
tel
vel
ven
ver
vet
web
wed
weg
wek
wel
wen
zeg
zes
zet
timer
2:00

Slide 12 - Tekstslide


A
net
B
kerk
C
geld
D
bedden

Slide 13 - Quizvraag


A
kerk
B
bedden
C
helpen
D
net

Slide 14 - Quizvraag


A
bedden
B
kerk
C
helpen
D
geld

Slide 15 - Quizvraag


A
net
B
kerk
C
geld
D
helpen

Slide 16 - Quizvraag

bed
bek
bel
ben
bes
dek
den
gek
gen
heb
hef
heg
hek
hel
hem
hen
her
hes
het
ken
lef
leg
lek
lel
les
let
men
mep
mes
met
nek
nep
net
pek
pel
pen
per
pet
red
rek
rel
rem
ren
rep
tem
tel
vel
ven
ver
vet
web
wed
weg
wek
wel
wen
zeg
zes
zet
timer
5:00

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Video

woorden met e

Slide 20 - Woordweb

VOORZETSELS
?

Slide 21 - Tekstslide

ee

Slide 22 - Tekstslide

Slide 23 - Video

Luister en zeg na 

Slide 24 - Tekstslide

zeep

Slide 25 - Tekstslide

weeg

Slide 26 - Tekstslide

speel

Slide 27 - Tekstslide

eten

Slide 28 - Tekstslide

smeer

Slide 29 - Tekstslide

beef
beek
been
beet
deeg
deen
geef
geen
heen
hees
heet
keet
leed
leef
leeg
leek
leem
leen
lees
meen
mees
meet
neef
neem
peen
pees
reep
reet
teef
teek
teen
veeg
veen
weef
weeg
week
ween
wees
weet
zeef
zeem
zeep
timer
2:00

Slide 30 - Tekstslide

woorden met ee

Slide 31 - Woordweb

Slide 32 - Video

Slide 33 - Video

woorden met e
woorden met ee

Slide 34 - Sleepvraag

- Ik lees de zinnen voor.
- Vul in: e of ee.
- We kijken samen na.

(Blad op J-schijf in bestand
auditieve discriminatie.)

Slide 35 - Tekstslide

- Ik zeg een woord.
- Hoor je e of ee?
- Omcirkel het goede antwoord.


Voorbeeld 1: pen
Voorbeeld 2: peen

(Daarna het digibord uitzetten/bevriezen!)


(Blad op J-schijf in bestand
auditieve discriminatie.)

Slide 36 - Tekstslide

Slide 37 - Tekstslide

Kies 9 woorden uit.
Schrijf ze op de bingo-kaart (J-schijf).
In elk vakje 1 woord.
tak
pan
trap
park
plant
aap
kaal
laars
traan
paard
net
kerk
geld
bedden
helpen
zeep
weeg
speel
eten
smeer

Slide 38 - Tekstslide