krantenproject week 12 column

week 12
Een column (mag in de krant)
1 / 11
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

In deze les zitten 11 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

week 12
Een column (mag in de krant)

Slide 1 - Tekstslide

Wat gaan we doen?
- Theorie + opdrachten paragraaf 4.6 Les 1

- Derde redactievergadering: Les 2 + 3
         * herschrijven nieuwsbericht
  * start schrijven recensie/betoog
- Eind van de week: definitieve versie nieuwsbericht af + 1e versie recensie/betoog af Hoofd groepje zet dit in It’s Learning, docent geeft feedback op recencie/betoog a.d.h.v. het beoordelingsmodel


Slide 2 - Tekstslide

Paragraaf 4.6
Een column

Slide 3 - Tekstslide

Spelregels voor een column
1. Schrijf over iets actueels!

Dit kan iets groots of iets kleins zijn.

Slide 4 - Tekstslide

Spelregels voor een column

2. bedenk voor wie je een column schrijft en kijk tijdens het schrijven even door hun bril.

Slide 5 - Tekstslide

Spelregels voor een column

3. Zorg dat je weet welke boodschap je wilt uitdragen en houd het daarbij.

Slide 6 - Tekstslide

Spelregels voor een column

4. Trigger jouw doelgroep met een goede opening. Zorg dat ze willen verder lezen, maar geef niet alles weg in de eerste zin.

Zorg voor een slot waar je de lezer met een vraag achterlaat waar ze over na kunnen denken. Maar pas op voor een afgezaagd 'open einde'.

Slide 7 - Tekstslide

Spelregels voor een column

5. gebruik niet teveel woorden (250-400).
Liever kort en krachtig dan langdradig en saai.

Slide 8 - Tekstslide

Spelregels voor een column

Blijf persoonlijk en gebruik je eigen taal, maar houd wel rekening met je lezers.....

Slide 9 - Tekstslide

Spelregels voor een column

7. Kies een pakkende titel; ruig, grappig of alarmerend. Schud de lezers maar gelijk wakker!

Slide 10 - Tekstslide

Spelregels voor een column

8. Verdeel je stuk in duidelijke, korte alinea's dat prettig leest.

9. Kijk kritisch of je niet vaak hetzelfde zegt, verveel de lezer niet met herhalen

Slide 11 - Tekstslide