2 vmbo bk Blok 3 antwoorden spelletje voor so

Hallo allemaal.

Vandaag gaan we beginnen met vragen stellen over de so van morgen.
De so gaat over Spelling, Over taal en Woordenlijsten van Blok 3
1 / 35
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo k, tLeerjaar 2

In deze les zitten 35 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Hallo allemaal.

Vandaag gaan we beginnen met vragen stellen over de so van morgen.
De so gaat over Spelling, Over taal en Woordenlijsten van Blok 3

Slide 1 - Tekstslide

VRAGEN

Slide 2 - Tekstslide

SPELLING

Slide 3 - Tekstslide

1 Welke vorm heeft de pv bij: 
jij, u / hij / zij / het?

Slide 4 - Tekstslide

1 Welke vorm heeft de pv bij: 
jij, u / hij / zij / het?
1 ik-vorm + t

Slide 5 - Tekstslide

2 Als je of jij achter de pv staat, schrijf je .......

Slide 6 - Tekstslide

2 Als je of jij achter de pv staat, schrijf je .......
2 de ik-vorm
 (loop je?)

Slide 7 - Tekstslide

3 Op welke klank eindigt het voltooid deelwoord vaak 
van een klankvast ww? 
(bijv. verven)

Slide 8 - Tekstslide

3 Op welke klank eindigt het voltooid deelwoord vaak 
van een klankvast ww? 
(bijv. verven)
3 Op een 
    t-klank

Slide 9 - Tekstslide

4 Soms kun je niet horen of je het vdw met een t of een d moet schrijven. Dan gebruik je de regel van ...... .

Slide 10 - Tekstslide

4 Soms kun je niet horen of je het vdw met een t of een d moet schrijven. Dan gebruik je de regel van 'T eXKoFSCHiP .

Slide 11 - Tekstslide

5 Het hele ww = juichen
   stap 1: stam = ......

Slide 12 - Tekstslide

5 Het hele ww = juichen
   stap 1: stam = juich

Slide 13 - Tekstslide

6 Het hele ww = juichen
   stap 1: stam = juich
   stap 2: de laatste letter van de 
                 stam = ......

Slide 14 - Tekstslide

6 Het hele ww = juichen
   stap 1: stam = juich
   stap 2: de laatste letter van de 
                 stam = h

Slide 15 - Tekstslide

7 Het hele ww = juichen
   stap 1: stam = juich
   stap 2: de laatste letter van de 
                 stam = h
   stap 3: De h staat in 
                'T eXKoFSCHiP >>> 
                 Je krijgt een .... bij vdw

Slide 16 - Tekstslide

7 Het hele ww = juichen
   stap 1: stam = juich
   stap 2: de laatste letter van de 
                 stam = h
   stap 3: De h staat in 
                'T eXKoFSCHiP >>> 
                 Je krijgt een t bij vdw

Slide 17 - Tekstslide

8 Het meervoud van:
    1 ski
    2 ree
    3 fotograaf

Slide 18 - Tekstslide

8 Het meervoud van:
    1 ski                  1 ski's
    2 ree                2 reeën
    3 fotograaf     3 fotografen

Slide 19 - Tekstslide

Over taal

Slide 20 - Tekstslide

9 ondrinkbaar 
    ondenkbaar
    onbruikbaar
on = een .....
}

Slide 21 - Tekstslide

9 ondrinkbaar 
    ondenkbaar
    onbruikbaar
on = een .....
voorvoegsel
}

Slide 22 - Tekstslide

10 Het voorvoegsel on-
     betekent .... .

Slide 23 - Tekstslide

10 Het voorvoegsel on-
     betekent niet .

Slide 24 - Tekstslide

11 Wat betekent het                               achtervoegsel -baar?

Slide 25 - Tekstslide

11 Wat betekent het                               achtervoegsel -baar?
11 je kunt het of
    het is te

Slide 26 - Tekstslide

12 Ze hebben een fiets.
     Hun fiets staat op slot.

     Een woord als hun is een 
     .....-woord .

Slide 27 - Tekstslide

12 Ze hebben een fiets.
     Hun fiets staat op slot.

     Een woord als hun is een 
     verwijswoord .

Slide 28 - Tekstslide

13 Verwijswoorden verwijzen naar iets wat al in de tekst is genoemd. Dat kan zijn:
* .......
* een woordgroep
* een zin

Slide 29 - Tekstslide

13 Verwijswoorden verwijzen naar iets wat al in de tekst is genoemd. Dat kan zijn:
* een woord
* een woordgroep
* een zin

Slide 30 - Tekstslide

Woordenlijsten

Slide 31 - Tekstslide

14 De                                          
van kikkerdril naar kikker is een bijzonder proces.
Geef het synoniem van de dikgedrukte woorden.
(geleidelijke) verandering

Slide 32 - Tekstslide

14 De                                          
van kikkerdril naar kikker is een bijzonder proces.
Geef het synoniem van de dikgedrukte woorden.
(geleidelijke) verandering
ontwikkeling

Slide 33 - Tekstslide

Geef het synoniem van de dikgedrukte woorden.
15 Je kunt vooraf niet berekenen 
of beoordelen hoelang de oorlog in Oekraïne gaat duren.

Slide 34 - Tekstslide

Geef het synoniem van de dikgedrukte woorden.
15 Je kunt vooraf niet berekenen 
of beoordelen hoelang de oorlog in Oekraïne gaat duren.
inschatten

Slide 35 - Tekstslide