LES 1 - VOORAF

1 / 29
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsPraktijkonderwijsLeerjaar 2

In deze les zitten 29 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 90 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Startklaar 
       
       Pak je Chromebook/ laptop voor je
       Start je Chromebook/ laptop op
       Log in op www.lessonup.app 
       Stop je telefoon in je tas of in je jas
      
timer
2:30

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Inleiding
Het thema 'ik buiten school' gaat over jouw vrijetijdsbesteding. 
Dit gaat over vrije tijd na school, in het weekend maar zeker ook in de vakanties.

Jullie zijn in de vakantie vast wel eens in een zwembad geweest. Maar weet je ook hoe alles werkt in zo'n zwembad?
Tijdens deze lessen kom je erachter!

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Leerdoelen
Aan het einde van de les ...
  • ken je het antwoord op 9 vragen over zwemmen en zwembaden.
  • kun je uitleggen wat de tekst met het thema 'ik en mijn vrijetijdsbesteding' te maken heeft.

Slide 4 - Tekstslide

Leerdoelgericht werken: 
Voor iedere leerling is duidelijk waar er aan gewerkt gaat worden. Docenten geven vanuit deze leerdoelen vorm aan
de inhoud van hun lessen. Om dit voor leerlingen behapbaar te houden wordt alleen het hoognodige aangeboden. Iedere les worden de beoogde leerdoelen kenbaar gemaakt en
worden onderwijsactiviteiten ingezet die moeten leiden tot het beoogde leerdoel. Hierbij wordt gericht ingezet op succeservaringen. Leerdoelen worden vanuit hoge positieve verwachtingen van alle leerlingen geformuleerd en zetten in op succeservaringen. 
Waar denk je aan
bij 'het zwembad'?

Slide 5 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Plaats een foto van een zwembad waar jij wel eens bent geweest
(mag in de vakantie).

Slide 6 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat weet je over
zwemmen?

Slide 7 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Aan de slag!
Jullie krijgen zo verschillende stellingen te zien, waarop het antwoord steeds 'waar' of 'niet waar' is.
Je laat op de volgende manier zien wat je denkt:

  • STAAN: waar
  • ZITTEN: niet waar

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Stelling

Het dragen van een wijde zwemshort vervuilt water meer dan een gewone strakke zwembroek.
STAAN
ZITTEN

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Stelling

Hoe sterker een zwembad naar chloor ruikt, des te groter de verontreiniging daar is. 
STAAN
ZITTEN

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Stelling


Zwemmen zorgt ervoor dat je minder stress hebt.
STAAN
ZITTEN

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Stelling


De helft van de mensen plast wel eens in het zwembad.
STAAN
ZITTEN

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Stelling


Met zwemmen verbrand je meer calorieën dan met fietsen of wandelen.
STAAN
ZITTEN

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Stelling


Zwemmen is een Olympische sport sinds 1853.
STAAN
ZITTEN

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Stelling


Hoe korter je haar is, des te sneller je zwemt.
STAAN
ZITTEN

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Stelling


Zwemmen is een van de meest beoefende sporten in Nederland en België.
STAAN
ZITTEN

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Stelling


Nederland en België hebben ongeveer evenveel zwembaden.
STAAN
ZITTEN

Slide 25 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 26 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Aan de slag!
Zoek het zelf uit! (in tweetallen)

  1. Er zijn verschillende soorten zwembaden. 
    Noteer er twee.
  2. Waar kun je nog meer zwemmen dan in een zwembad? Noteer vier plekken.
timer
10:00

Slide 27 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies


Slide 28 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat vond je van de afgelopen les?
😒🙁😐🙂😃

Slide 29 - Poll

Deze slide heeft geen instructies