8.4 Eenheden van snelheid

Hoofdstuk 8: Getallen
1 / 14
volgende
Slide 1: Tekstslide
WiskundeMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 3

In deze les zitten 14 slides, met interactieve quiz en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Hoofdstuk 8: Getallen

Slide 1 - Tekstslide

Planning
- Bespreken: 43 t/m 46
- Theorie F: Snelheid omrekenen
- Aan de slag!

Slide 2 - Tekstslide

Afronden 8.3 

Slide 3 - Tekstslide

Afronden 8.3 

Slide 4 - Tekstslide

Afronden 8.3 

Slide 5 - Tekstslide

Afronden 8.3 

Slide 6 - Tekstslide

Leerdoelen voor vandaag
Je weet hoe je...
- Van m/s naar km/uur kan rekenen
- Van km/uur naar m/s kan rekenen

Slide 7 - Tekstslide

8.5 Eenheden voor snelheid
M/s wat betekent dat?
km/uur wat betekent dat?


Slide 8 - Tekstslide

8.5 Eenheden voor snelheid
Van m/s naar km/uur = : 1000 (naar meter) x 3600 (naar uur)
Van km/uur naar m/s = x 1000 (naar meter) : 3600 (naar seconde)

1 m/s : 1000 = 0,001 km/s x 3600 seconde = 3,6


Slide 9 - Tekstslide

8.5 Eenheden voor snelheid
Van m/s naar km/uur = : 1000 (naar meter) x 3600 (naar uur)
Van km/uur naar m/s = x 1000 (naar meter) : 3600 (naar seconde)


m/s
km/uur
x 3,6
: 3,6

Slide 10 - Tekstslide

Je fietst 12,6 km/uur, hoeveel m/s is dat?

Slide 11 - Open vraag

m/s berekenen
Soms moet je eerst m/s of km/u berekenen voor je het ezelsbruggetje kunt gebruiken. 

Bijvoorbeeld: Sven schaatst 1500 meter in 131,2 seconden. 
1. Bereken de snelheid in m/s
2. Bereken de snelheid in km/u

Slide 12 - Tekstslide

Stopwatch
01:01:01 
één uur, één minuut, één seconden

03:12:35
drie uren, 12 minuten en 35 seconden 

Slide 13 - Tekstslide

Aan de slag
Paragraaf 8.4 blz. 118 

Maken: 52, 53, 55, 57 t/m 59
timer
15:00

Slide 14 - Tekstslide