Ster in Schrijven. De toekomst. Wat is mijn beroep?

Ster in Schrijven. De toekomst. Wat is mijn beroep?
Ster in schrijven bladzijde 99
1 / 27
volgende
Slide 1: Tekstslide
NT2Middelbare schoolvmbo bLeerjaar 3

In deze les zitten 27 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Ster in Schrijven. De toekomst. Wat is mijn beroep?
Ster in schrijven bladzijde 99

Slide 1 - Tekstslide

Les doel:
Je gaat zinnen schrijven over werk.
Je gaat schrijven over wat je doet.
Мета уроку:
Ви будете писати речення про роботу.
Ти будеш писати про те, що ти робиш.

Slide 2 - Tekstslide

Wat doet de kapper?

Slide 3 - Tekstslide

De kapper knipt haren.
De kapper praat met klanten.
De kapper veegt de vloer.
Перукар стриже волосся.
Перукар розмовляє з клієнтами.
Перукар підмітає підлогу.

Slide 4 - Tekstslide

We lezen bladzijde 99
Stageverslag
Als je een woord niet weet kan je naar het digibord kijken.
Читаємо 99 сторінку
Звіт про проходження практики
Якщо ви не знаєте жодного слова, можете подивитися на цифрову дошку.

Slide 5 - Tekstslide

het stageverslag
de stage
de winkel
ik praat
de klanten
ik vul de vakken
ik veeg
de vloer
звіт про проходження практики
Стажування
магазин
я говорю
клієнтів
Я наповнюю ящики
Я проводжу
поверх

Slide 6 - Tekstslide

Bladzijde 99 vraag 4

Wie schrijft de tekst?
Voor wie is de tekst?
Waarover gaat de tekst?
Сторінка 99 питання 4

Хто пише текст?
Для кого текст?
Про що текст?

Slide 7 - Tekstslide

praten
A
ik praat
B
ik maak
C
ik kook

Slide 8 - Quizvraag

koken
A
ik praat
B
ik maak
C
ik kook

Slide 9 - Quizvraag

maken
A
ik praat
B
ik maak
C
ik kook

Slide 10 - Quizvraag

eten
A
ik eet
B
ik veeg
C
ik loop

Slide 11 - Quizvraag

vegen
A
ik eet
B
ik veeg
C
ik loop

Slide 12 - Quizvraag

lopen
A
ik eet
B
ik veeg
C
ik loop

Slide 13 - Quizvraag

Welke zin is goed?
A
ik ben Milka
B
Ik ben Milka.

Slide 14 - Quizvraag

Welke zin is goed?
A
Ik woon in Goes.
B
ik woon in Goes

Slide 15 - Quizvraag

Welke zin is goed?
A
ik eet graag koek
B
Ik eet graag koek.

Slide 16 - Quizvraag

Welke zin is goed?
A
ik zit op de ISK
B
Ik zit op de ISK.

Slide 17 - Quizvraag

Welke zin is goed?
A
ik hou niet van kaas
B
Ik hou niet van kaas.

Slide 18 - Quizvraag

in een winkel Ik werk
A
werk in een winkel ik.
B
Ik werk in een winkel.
C
een winkel Ik in werk.

Slide 19 - Quizvraag

sta op een ladder ik
A
Ik sta op een ladder.
B
een ladder op Ik sta.
C
sta op een ladder Ik.

Slide 20 - Quizvraag

Ik de auto was
A
was de auto Ik
B
Ik was de auto
C
de auto Ik was

Slide 21 - Quizvraag

over het weer Semra praat
A
Semra praat over het weer.
B
het weer Semra praat over.
C
praat over het weer Semra.

Slide 22 - Quizvraag

rijdt in een auto Ziba.
A
in een auto Ziba rijdt.
B
Ziba rijdt in een auto.
C
rijdt in een auto Ziba.

Slide 23 - Quizvraag

groot is de auto.
A
is groot De auto.
B
De auto is groot.
C
De auto groot is.

Slide 24 - Quizvraag

We maken Ster in schrijven bladzijde 100 en 101.

Slide 25 - Tekstslide

Blooket!

Slide 26 - Tekstslide

Wat hebben we deze les geleerd?
Hoe vond je de les gaan?
Що ми дізналися з цього уроку?
Як, на вашу думку, пройшов урок?

Slide 27 - Tekstslide