H5 BEWEGING Les 4

5.4 Afstand-tijd diagram
1 / 22
volgende
Slide 1: Tekstslide
NatuurkundeMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 3

In deze les zitten 22 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

5.4 Afstand-tijd diagram

Slide 1 - Tekstslide

Wat gaan we doen?
  • herhaling §5.3 Soorten bewegingen
  • uitleg §5.4
  • aan het werk

Slide 2 - Tekstslide

Een vogel legt in iedere seconde steeds een grotere afstand af.
Welke soort beweging hoort bij deze beschrijving?
A
een beweging met constante snelheid
B
een versnelde beweging
C
een vertraagde beweging
D
stilstaan

Slide 3 - Quizvraag

Een ligfietser legt in iedere seconde steeds dezelfde afstand af.
Welke soort beweging hoort bij deze beschrijving?
A
een beweging met constante snelheid
B
een versnelde beweging
C
een vertraagde beweging
D
stilstaan

Slide 4 - Quizvraag


Welke soort beweging zie je in de tekening?
A
een beweging met constante snelheid
B
een versnelde beweging
C
een vertraagde beweging
D
stilstaan

Slide 5 - Quizvraag


Welke soort beweging zie je in de tekening?
A
een beweging met constante snelheid
B
een versnelde beweging
C
een vertraagde beweging
D
stilstaan

Slide 6 - Quizvraag

tijd
Gemiddelde snelheid
Afstand

Slide 7 - Sleepvraag

Onthoud
De gemiddelde snelheid is de afstand die je aflegt in een bepaalde tijd, waarbij je rekening houdt met versnellen, vertragen en stilstaan tijdens de rit.
De gemiddelde snelheid bereken je met de formule:
gemiddelde snelheid = afstand : tijd
De afstand die iemand aflegt, bereken je met de formule:
afstand = gemiddelde snelheid × tijd
De tijd die iemand onderweg is, bereken je met de formule:
tijd = afstand : gemiddelde snelheid

Slide 8 - Tekstslide

Leerdoelen H5.4
5.4.1 Je kunt een afstand-tijddiagram van een beweging maken.
5.4.2 Je kunt een afstand-tijddiagram aflezen.
5.4.3 Je kunt aan de vorm van een grafiek een versnelde beweging, een beweging met constante snelheid en een vertraagde beweging herkennen.

Slide 9 - Tekstslide

Iedere beweging kun je vastleggen in een grafiek. Je moet hiervoor de tijd en de afstand op verschillende momenten weten.

Slide 10 - Tekstslide

Iedere beweging kun je vastleggen in een grafiek. Je moet hiervoor de tijd en de afstand op verschillende momenten weten.

Slide 11 - Tekstslide

afstand,tijd-diagram
t (s)
s (cm)
A
0
0
B
0,5
3
C
1,0
10
D
1,5
21
E
2,0
36
F
2,5
56

Slide 12 - Tekstslide

Afstand-tijd diagram
In een afstand-tijddiagram heb je twee assen.
• De horizontale as noem je de tijd-as. Op de tijd-as staat de tijd in seconden.
• De verticale as noem je de afstand-as. Op de afstand-as staat de afstand in meter

Stap 1: maak tabel 
Stap 2: lees de afstand af in de afbeelding en noteer in de tabel
Stap 3: zet de punten in de grafiek.

Slide 13 - Tekstslide

constante snelheid
vertraagde beweging

Slide 14 - Tekstslide

Samenvatting

Slide 15 - Tekstslide

Wat staat op een afstand-tijddiagram op de horizontale as?
A
de afstand in meters
B
de tijd in seconden

Slide 16 - Quizvraag

Je ziet het afstand-tijddiagram van een auto die een helling afrolt. De auto rolt van stilstand naar beneden.
Bepaal op welke afstand de auto na 2,0 s is.
A
35 cm
B
37 cm
C
D
40 cm

Slide 17 - Quizvraag

Je ziet het afstand-tijddiagram van een auto die een helling afrolt. De auto rolt van stilstand naar beneden.
Bepaal na hoeveel tijd de auto op 30 cm is.
A
1,4 s
B
1,6 s
C
1,8 s
D
2,0 s

Slide 18 - Quizvraag

Je ziet vier afstand-tijddiagrammen van verschillende bewegingen van een voorwerp.

Welk diagram hoort bij een versnelde beweging van het voorwerp?
A
grafiek a
B
grafiek b
C
grafiek c
D
grafiek d

Slide 19 - Quizvraag

Je ziet vier afstand-tijddiagrammen van verschillende bewegingen van een voorwerp.

Welk diagram hoort bij een stilstaand voorwerp?
A
grafiek a
B
grafiek b
C
grafiek c
D
grafiek d

Slide 20 - Quizvraag

opdrachten maken


1 t/m 10
BLZ 108-121




timer
10:00

Slide 21 - Tekstslide

Onthoud
Een beweging waarvan de snelheid steeds groter wordt, noem je een versnelde beweging.
Je kunt een versnelde beweging op een tekening herkennen doordat de tussenruimten steeds groter worden.
Een beweging waarvan de snelheid gelijk blijft, noem je een beweging met constante snelheid.
Je kunt een beweging met constante snelheid op een tekening herkennen doordat de tussenruimten even groot blijven.
Een beweging waarvan de snelheid steeds kleiner wordt, noem je een vertraagde beweging.
Je kunt een vertraagde beweging op een tekening herkennen doordat de tussenruimten steeds kleiner worden.


Slide 22 - Tekstslide