In deze les zitten 14 slides, met interactieve quizzen en tekstslide.
Lesduur is: 30 min
Onderdelen in deze les
Quiz hoofdstuk 2
Deze keer een bijzondere prijs!!!!
Op naar de lente :-)
Slide 1 - Tekstslide
Munten en bankbiljetten zijn
A
Giraal geld
B
Chartaal geld
Slide 2 - Quizvraag
Creditcard betalingen
A
Worden direct bijgeschreven op de rekening van de winkelier
B
Worden NIET direct bijgeschreven op de rekening van de winkelier
Slide 3 - Quizvraag
Bij iDEAL betalingen
A
Beschikt de webwinkel direct over zijn geld
B
Beschikt de webwinkel NIET direct over zijn geld
Slide 4 - Quizvraag
Kruisposten of geld onderweg zijn
A
Balansrekeningen
B
HEV / V&W rekeningen
Slide 5 - Quizvraag
A
Er is geld van de bank opgenomen
B
Er is een storting van de kas bijgeschreven op de bank
Slide 6 - Quizvraag
Een scontrovorm wordt gebruik om een balans in horizontale vorm op te stellen. De balans bestaat vervolgens uit een activa en passiva gedeelte. Het is van belang dat beide kanten met elkaar in evenwicht zijn.
A
Waar
B
Niet waar
Slide 7 - Quizvraag
Bij pinbetalingen staat het geld direct op de rekening van de winkelier
A
Waar
B
Niet waar
Slide 8 - Quizvraag
A
De opbrengst verkopen is 22.400
B
Er is 22.400 chartaal geld ontvangen
C
Er is voor 15.000 betaald met PIN
Slide 9 - Quizvraag
iDeal: De Payment Service Provider maakt in 1 x het bedrag over op de bankrekening van de webwinkel, exclusief transactiekosten
A
Waar
B
Niet waar
Slide 10 - Quizvraag
Voorfacturering
A
Gebeurd in flow creditcard, er wordt eerst betaald voordat de goederen gegeven worden
B
Gebeurd in flow iDeal, de factuur wordt eerst gestuurd, dan de voorraad
Slide 11 - Quizvraag
De te ontvangen BTW op brandstof kan worden afgetrokken als er met contact geld betaald wordt
A
Waar
B
Niet waar
Slide 12 - Quizvraag
Brandstofkosten betaald met een tankpas worden direct van de rekening van de onderneming afgeschreven