"Verband tussen sociaaleconomische status en criminaliteit bestaat, maar is ingewikkelder dan voorheen gedacht. Het is namelijk mogelijk dat het verband eruitziet als een U-curve:
arm én rijk plegen meer criminaliteitEr is enig empirisch bewijs voor dit U-curvig verband. In dit Amerikaanse onderzoek uit 1999 komt naar voren dat zowel lage als hoge sociaaleconomische status samenhangt met delinquentie, maar via andere mechanismen. Interessant is ook dat de verhoogde criminaliteit bij arm en rijk niet zichtbaar is als je naar de totale daderpopulatie kijkt: ze worden tegen elkaar weggestreept waardoor het lijkt dat er geen verband is tussen sociaaleconomische status en criminaliteit. “Causation but not correlation”, schrijven de auteurs dan ook.
Zulke inzichten kunnen ertoe leiden dat we traditionele criminologische theorieën moeten bijstellen. Bijvoorbeeld de ‘straintheorie’, bedacht door socioloog Robert Merton in 1938, die ervan uitgaat dat als mensen geen beschikking hebben over legitieme middelen – opleiding, geld, werk – om doelen zoals welvaart, aanzien en welzijn te behalen, ze hun heil kunnen zoeken in illegitieme middelen: criminaliteit. Als je geen bankdirecteur kunt worden, dan maar banken beroven. Maar ook die bankdirecteuren zouden weleens meer geneigd kunnen zijn tot criminaliteit, aldus criminoloog Robert Agnew, omdat ook zij zich gefrustreerd kunnen voelen in het bereiken van hun doelen. Zij hebben bovendien de macht en middelen om organisatiecriminaliteit te plegen."