5.1 & 5.2

Thema 5: Waarnemen, gedrag en regeling



Waarnemen van je omgeving
Basisstof 2:
voelen, ruiken proeven

1 / 27
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvmbo t, mavo, havoLeerjaar 1

In deze les zitten 27 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 100 min

Onderdelen in deze les

Thema 5: Waarnemen, gedrag en regeling



Waarnemen van je omgeving
Basisstof 2:
voelen, ruiken proeven

Slide 1 - Tekstslide

Vandaag
- herhaling baisstof 1
Uitleg basisstof 2
- Werktijd
- Afsluiting
- Huiswerk voor volgende week: basisstof  2 af

Slide 2 - Tekstslide

Wat is waarnemen?
(levenskenmerk van thema 1)

Slide 3 - Open vraag

Geef een voorbeeld van een zintuig

Slide 4 - Woordweb

Wat moet je weten van basisstof 1?
 
- Je kunt de werking van zintuigen beschrijven.

- Je kunt de zintuigen noemen met hun ligging en hun prikkel.

Slide 5 - Tekstslide

Waarnemen
Waarnemen is een van de levenskenmerken (thema 1), dit doe je met je zintuigen. Waarnemen kan dus voelen, ruiken, proeven, zien ect. zijn. 
Een zintuig is een orgaan dat reageert op prikkels. De prikkels worden omgezet in een impuls. Een impuls gaat via een zenuw naar de hersenen

Slide 6 - Tekstslide

Waarnemen
Prikkels zijn invloeden uit de omgeving, denk aan geur of geluid bijvoorbeeld. In de zintuigen zitten zintuigcellen, deze zitten vast aan zenuwen en vangen alle prikkels op en sturen deze door naar de hersen met impulsen. Een impuls is een elektrisch signaaltje.

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Tekstslide

Zintuigen
Je hebt verschillende soorten zintuigen, warmtezintuigen reageren op warmte bijvoorbeeld. (zie tabel 1 in je boek)

Zintuigen reageren niet alleen op prikkels maar ook op pijn, dit doen ze met pijnpunten.

Slide 9 - Tekstslide

Wat moet je weten van basisstof 2?
Je kunt de bouw en functies van de huid beschrijven.

Je kunt benoemen hoe je verschillende geuren ruikt.

Je kunt benoemen hoe je verschillende smaken proeft.
tip: maak aantekeningen!!

Slide 10 - Tekstslide

De huid
Je huid is het grootste orgaan dat je hebt. Je huid bestaat uit twee delen, de opperhuid en de lederhuid.
De opperhuid bestaat uit twee lagen, de kiemlaag en de hoornlaag. De hoornlaag zijn dode huidcellen en de kiemlaag zijn nieuwe levende huidcellen.

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Tekstslide

Opperhuid
De opperhuid bestaat uit de hoornlaag en de kiemlaag.

Slide 13 - Tekstslide

Hoornlaag
De hoornlaag bestaat uit dode huidcellen. Deze laag vormt een barrière tegen indringers (bacteriën en schimmels).
En het beschermt ons tegen uitdroging

Slide 14 - Tekstslide

Kiemlaag
De kiemlaag bestaat uit levende cellen.
In de kiemlaag wordt pigment gemaakt.
Pigment beschermt de huid tegen UV-straling van de zon.

Slide 15 - Tekstslide

Lederhuid
In de lederhuid liggen de warmte- koud- druk- en tastzintuigen. Dit zijn de adequate prikkels van de huid.  

Slide 16 - Tekstslide

De lederhuid
Ook liggen in de lederhuid de zweetklieren, die zweet produceren, talgklieren die talg produceren en haarzakjes waaruit je haar groeit. 
Onder de huid ligt het onderhuidse bindweefsel. Hierin ligt vet opgeslagen dat dient als reservevoedsel.

Slide 17 - Tekstslide

brandwonden

Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Video

Ruiken
Boven in de neusholte bevindt zich het reukzintuig. De reukzintuigcellen liggen in het neusslijmvlies. Ze worden geprikkeld als er geurende gassen bij komen en sturen dan impulsen naar de hersenen. Je hebt verschillende reukzintuigcellen die allemaal op andere geurstoffen reageren. Geurstoffen zijn adequate prikkels voor de reukzintuigcellen

Slide 20 - Tekstslide

Proeven
In het oppervlak van de tong bevindt zich het smaakzintuig. Over je tong lopen veel fijne groefjes. Aan de zijkanten van die groefjes liggen smaakknopjes. In de smaakknopjes liggen smaakzintuigcellen.
De smaakzintuigcellen in de tong kunnen vijf verschillende smaken onderscheiden: zoet, zout, zuur, bitter en hartig (umami). Dit zijn de adequate prikkels.

Slide 21 - Tekstslide

Drempelwaarde
Pas als de adequate prikkel groot genoeg is, dan wordt de prikkel omgezet naar impuls en kun je iets waarnemen.

Met een te lage drempelwaarde, neem je de prikkel niet waar.

Slide 22 - Tekstslide

Slide 23 - Link

Slide 24 - Video

Je smaak en ruikzintuigcellen reageren op alle geurstoffen en alle smaakstoffen. Waar of niet waar, leg je antwoord uit.

Slide 25 - Open vraag

Werktijd
lezen  blz. 94-96
-  basisstof 2 (opdracht 1, 2,4,6,7,8,9)


timer
10:00

Slide 26 - Tekstslide

Werktijd mavo
- Afmaken basisstof 1 (opdracht 1 t/m +8)
-  basisstof 2 (opdracht 1 t/m +10) = blz. 92 t/m 96

timer
10:00

Slide 27 - Tekstslide