5.2 Wie steun krijgt, heeft macht

Het Romeinse Rijk


2. Wie steun krijgt, heeft macht
1 / 25
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

In deze les zitten 25 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 35 min

Onderdelen in deze les

Het Romeinse Rijk


2. Wie steun krijgt, heeft macht

Slide 1 - Tekstslide

Wie is jouw Valentijn?

Slide 2 - Woordweb

Rome
  • Ontstaan in de 8e eeuw v.C.
  • Gunstige ligging vlakbij zee en in het midden van Italie.
  • 250 jaar lang bestuurd door koningen.
  • In 509 v.C. werd de koning door de bevolking verjaagd.

Slide 3 - Tekstslide


De Romeinse Republiek
(509 v. Chr. - 27 v. Chr.)


  • De laatste koning wordt verdreven
  • De Romeinen besluiten om Rome zélf te gaan besturen.
  • Res publica = gemeenschappelijke zaak

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

De Romeinse Republiek 

  • De republiek wordt bestuurd door de senaat ('raad van ouderen'). Dit waren rijke Romeinen.

  • Het volk kiest elk jaar 2 leiders: consuls

  • Zij voerden de besluiten van de senaat uit

Slide 7 - Tekstslide

Senaat
  • Senaat: vergadering waar een paar honderd mannen uit belangrijke families stemden over wetsvoorstellen.
  • kozen één keer per jaar twee consuls.

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

Consuls
  • leidden de vergaderingen van de senaat.
  • mochten wetsvoorstellen doen.
  • hadden het vetorecht: hiermee konden ze een maatregel van de senaat/ andere consul tegenhouden.
  • oorlog voeren tegen vijanden.

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

De Romeinse Republiek

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Tekstslide

Op de afbeelding zag je de bijeenkomst van:
A
De senaat
B
De consuls
C
De volksvergadering
D
Het volk

Slide 14 - Quizvraag

Welke bestuursvorm kregen de Romeinen na het verdrijven van de Etruskische koning?
A
Democratie
B
Keizertijd
C
Dictator
D
Republiek

Slide 15 - Quizvraag

Wat is geen taak van de consuls in Rome?
timer
0:20
A
Wetsvoorstellen doen
B
Vergaderingen van de senaat leidden
C
Oorlog voeren tegen vijanden van Rome
D
Stemmen over wetsvoorstellen

Slide 16 - Quizvraag

Wie heeft het vetorecht?
timer
0:20
A
Senaat
B
Consuls

Slide 17 - Quizvraag

Tijd voor Geschiedenis

5.2 Wie steun krijgt, heeft macht


Slide 18 - Tekstslide

Romeinse Rijk
  • Vanaf de 4e eeuw v.C. veroverden de Romeinen gebieden.
  • In 272 v.C. hadden ze het grootste deel van Italie veroverd.
  • Nu wilden de Romeinen de Middellandse Zee in handen krijgen, dit was gunstig voor de handel.

Slide 19 - Tekstslide

Onverslaanbaar leger
Hoe komt het dat het Romeinse leger zo succesvol was?
  • Goed bewapend & getraind.
  • Goed georganiseerd.
  • Gemotiveerd: eer om te vechten voor Rome.
  • Verdeling van de oorlogsbuit onder de soldaten.
  • Overwonnen volken vochten erin mee.

Slide 20 - Tekstslide

Romeins soldaat

Slide 21 - Tekstslide

Slide 22 - Tekstslide

Slide 23 - Tekstslide

Oorlog met Carthago
  • Tussen 264 en 146 v.C. voerden de Romeinen drie keer oorlog met Carthago,
  • een machtige stad in Noord-Afrika die met zijn sterke vloot een groot deel van de handel op de Middellandse Zee beheerste. 

Slide 24 - Tekstslide

Tijd voor Geschiedenis

5.2 Wie steun krijgt, heeft macht
B1f: vraag 1 t/m 10
B1h: vraag 1 t/m 9

Nakijken: 5.1

Slide 25 - Tekstslide