4.1 - Van alles verzekerd

Hoofdstuk 4
Paragraaf 1 - Van alles verzekerd!
3TL
1 / 22
volgende
Slide 1: Tekstslide
EconomieMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

In deze les zitten 22 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

Onderdelen in deze les

Hoofdstuk 4
Paragraaf 1 - Van alles verzekerd!
3TL

Slide 1 - Tekstslide

Wat moet je kennen/ kunnen?
  • Waar verzeker jij je voor?
  • Wat is een AVP verzekering?
  • Hoe bereken je de kosten van een verzekering?

Slide 2 - Tekstslide

timer
1:00
Verzekeren?

Slide 3 - Woordweb

Slide 4 - Video

Verzekerde
Degene die zich verzekert bij een verzekeringsmaatschappij.

Slide 5 - Tekstslide

Premie
De prijs van de verzekering; het bedrag dat een verzekerde betaalt aan de verzekeringsmaatschappij om verzekerd te zijn.

De hoogte van de premie hangt af van het risico en hoogte van het verzekerd bedrag.

Slide 6 - Tekstslide

Eigen risico
Het deel van de schade dat je als verzekerde zelf betaalt.

Slide 7 - Tekstslide

Waarom betaal je minder premie bij een hoger eigen risico?

Slide 8 - Open vraag

Polis
Een bewijs van verzekering.

Slide 9 - Tekstslide

Verzekerings-voorwaarden

Hierin staan de rechten en de plichten van de verzekerde en de verzekeraar.

Slide 10 - Tekstslide

Verzekeringkosten
Een verzekering kost geld. Je moet premie betalen. Daarnaast betaal je eenmalig poliskosten (voor het opmaken van de polis). Over de premie en de poliskosten moet je assurantiebelasting betalen.

Slide 11 - Tekstslide

Berekening verzekeringskosten

Premie                               €           

Poliskosten                      €                 + 

Totaal                                  €

Assurantiekosten          €                 +    (deze neem je van totaal)    

Verzekeringskosten     €

Slide 12 - Tekstslide

voorbeeldsom

berekening totale verzekeringskosten

  • Jaap heeft een AVP verzekering. De premie bedraagt € 40,00 per maand.

De poliskosten zijn € 5,00. De assurantiebelasting is 21%.

Bereken de totale verzekeringskosten.

  • Premie               € 40
  • Poliskosten     €   5        +
  •                               € 45
  • Ass. bel              €   9,45  +     ( €45 : 100 x 21%)
  • totale kosten   € 54,45



Slide 13 - Tekstslide

Thea sluit een doorlopende reisverzekering af. De jaarpremie is € 37, de poliskosten zijn € 5,25. De assurantiebelasting is 21%.
Bereken de verzekeringskosten.
timer
2:00

Slide 14 - Open vraag

verzekerde waarde
De premiekosten zijn afhankelijk van het bedrag wat je verzekert. Hiernaast zie je een voorbeeld van een fietsverzekering. In de eerste kolom vind je de verzekerde waarde. Hoe hoger deze wordt, hoe hoger de premie.
bron: www.allianz-assistance.nl

Slide 15 - Tekstslide

regio
Bij een fietsverzekering is de regio waar je woont ook van invloed. In de randstad is het risico van diefstal groter dan in het noorden van het land.
bron: www.allianz-assistance.nl

Slide 16 - Tekstslide

Jay koop een fiets van € 780. Hij wil hem verzekeren tegen diefstal voor 5 jaar. Hij woont in regio 3.
Wat betaalt hij aan premie?
timer
2:00

Slide 17 - Open vraag

Waar hangt de hoogte van de premie van af bij een verzekering?

Slide 18 - Open vraag

Verschillende verzekeringen
Soorten verzekeringen:
  • AVP (Par.4.1)
  • Inboedelverzekering (Par.4.2)
  • Opstalverzekering (Par.4.2)
  • WA-verzekering (Par.4.3)
  • Cascoverzekering (Par.4.3)
  • Zorgverzekering (Par.4.4)

Slide 19 - Tekstslide

AVP verzekering
AVP = Aansprakelijkheidsverzekering Voor Particulieren
  • Doel = Dekt schade die je aan anderen toebrengt buiten je eigen schuld. Ook de schade van je kinderen en huisdieren.
  •  Voorwaarden:
  1. De schade mag niet opzettelijk zijn veroorzaakt.
  2. De schade moet van een ander zijn

 
 

Slide 20 - Tekstslide

Slide 21 - Video

Wat heb je geleerd?

Slide 22 - Tekstslide