WO: thema 7 mijn lichaam

WO: thema 7 mijn lichaam
1 / 164
volgende
Slide 1: Tekstslide
WoLager onderwijs

In deze les zitten 164 slides, met tekstslides en 3 videos.

Onderdelen in deze les

WO: thema 7 mijn lichaam

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

LES 1 

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

doelen
1) enkele beenderen en gewrichten aanduiden
2) functies van het skelet verwoorden 
3) nut van gewrichten verwoorden 

4) werking van de spieren uitleggen 
5) verwoorden hoe je spierletsels kan vermijden

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

SKELET

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

inleiding
Heb je al eens iets gebroken? 

Wat moest je toen doen? 

Wie heeft thuis foto's? Vraag maar eens aan de mama's. Stuur maar door. 

Slide 5 - Tekstslide

- naar de dokter
- naar spoed
- foto's = röntgenfoto's laten maken
Röntgenfoto's
Wat zie je op de foto? 
Waar is dat in ons lichaam? 


Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat is de functie van het skelet?
- skelet = ? 
- Wat zijn alle beenderen of botten samen? 
- Wat als we geen skelet hebben? 


- Wat zijn de belangrijkste functies van het skelet? 

Slide 7 - Tekstslide

1) stevigheid geven aan het lichaam 
2) onze organen beschermen 
opdracht 1 en 2 

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Doel 3 
  1. De volgende types wonden verzorgen: brandwonde, blaar, schaafwonde, snijwonden
dfds

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Ons hand
  • Deel van het skelet 
  • --> Teken je hand 
  • --> Voel goed! 
  • Hoeveel stukjes heeft elke vinger?  En de duim?
  • Waarom?
  • Hoe noemen de stukjes? 



Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Skelet
  • juiste namen beenderen en gewrichten --> wb p 3

  • uit hoeveel delen arm? 
  • Waarom? 
  • Wat zit er tussen de delen? 

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Rug
Ga staan --> rug bol 
Hoe komt dat we kunnen plooien? 

Ruggengraat = 33  wervels

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Doel 1 : beenderen en gewrichten aanduiden
studeren!!

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Doel 2: functies van het skelet

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Doel 2: functies van het skelet
1) Stevigheid geven aan het lichaam 
2) organen beschermen 

--> botten zijn licht maar sterk 

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Doel 3: nut van gewrichten? 

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Doel 3: nut van gewrichten? 
Zorgt ervoor dat je je ledematen kan bewegen

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

opdracht 3 en 4 

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Spieren

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

opdracht 5 en 6

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

functie spieren 
zorgt ervoor dat we kunnen bewegen

- je kan dit zien 
- je kan dit voelen  

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Werking van de spieren 
--> buiger 
biceps --> wordt korter en dikker 
doordat ze samentrekt, buigt onze arm 
(triceps wordt langer en slapper) 
--> strekker
triceps --> wordt korter en steviger 
doordat ze samentrekt, strekt onze arm 
(biceps wordt dan langer en dunner)

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Doel 4: wat is de functie van spieren? 

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Doel 4: wat is de functie van spieren? 
Onze botten laten bewegen 

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Doel 4: Hoe werken spieren? 

Slide 25 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Doel 4: Hoe werken spieren? 
Je hebt naast elkaar buigers en strekkers. 
- de ene wordt dikker en sterker en korter 
- de andere gelijktijdig langer slapper dunner 

Wanneer de buiger dikker wordt, buigt ons ledemaat
Wanneer de strekker dikker wordt, strekt ons ledemaat

Slide 26 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Blessures
  • Wat? scheur of ontsteking
  • Vermijden? 

Slide 27 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

linkerhand
  • 2 middenhandsbeentjes gebroken
(verkleuring tussen de pinnen)
  • 2 dunne stalen pinnen worden door de vingerbotten gestoken en vastgemaakt 
  • nadien --> gips 

Slide 28 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

opdracht 7

Slide 29 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Doel 5: Blessures vermijden 

Slide 30 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Doel 5: Blessures vermijden 
  • opwarmen 
  • geen bruuske bewegingen maken 
  • spieren niet overbelasten 

Slide 31 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

LES 2 

Slide 32 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

hersenen 

Slide 33 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Doelen 
  1. functie hersenen en zenuwen verwoorden 
  2. hersenen en ruggenmerg aanduiden 
  3. gevolgen van beschadigd ruggenmerg verwoorden 
  4. verwoorden hoe we hersenen kunnen beschermen  

Slide 34 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Functie van hersenen 
Onze spieren aansturen 

Door een signaal te sturen 
- signaal van de hersenen naar de spieren 
- via zenuwen 

Slide 35 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Doel 1: 
wat is de functie van de hersenen en de zenuwen? 

Slide 36 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Doel 1: 
Wat is de functie van de hersenen en de zenuwen? 

Onze spieren aansturen 

Slide 37 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

proefje 1 + 2 

Slide 38 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

reactiesnelheid 
signaal 
- je ziet iets, de prikkel gaat via de oogzenuw naar de hersenen
- de hersenen sturen via de zenuwen dat signaal naar de spieren in de arm/hand
= razendsnel, 
= toch enkele tienden v/e seconde.
= Dat is de reactiesnelheid. 

Slide 39 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

proefje 3

Slide 40 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Zenuwen 
Wat kan je met je huid voelen? 
- temperatuur 
- druk 
- aanraking 
- pijn 
Hoe komt dat? 

Slide 41 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Zenuwen 
Wat kan je met je huid voelen? 
- temperatuur 
- druk 
- aanraking 
- pijn 
Hoe komt dat? Via de zenuwen/zenuwuiteinden

Slide 42 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

wb. p6

Slide 43 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

proefje 4

Slide 44 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

WB. P. 7 

Slide 45 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

bescherming hersenen 
hersenen = computer = besturen hele lichaam 
heel belangrijk 
veel bescherming nodig 


Proefje 5

Slide 46 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 47 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Ruggenmerg 
  • zenuwen komen hier samen 
  • vormen een bundel 
  • zo dik als pink 
  • zenuwbundel gaat door een kanaal in de rugwervels 
  • gaat tot aan de hersenen 

  • beschadigd? --> verlamd  

Slide 48 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

hersenzones
  • verschillende zones = verschillende functies 
  • deel om te zien
  • deel om te horen
  • deel om te spreken 
  • .... 

Slide 49 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

werkboek p. 7-8-9

Slide 50 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Doel 2
hersenen en ruggenmerg aanduiden  

Slide 51 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Doel 3
wat zijn de gevolgen van een beschadigd ruggenmerg?

Slide 52 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Doel 4
hoe kunnen we hersenen beschermen  

Slide 53 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

LES 3 
https://schooltv.nl/video-item/je-huid-van-dichtbij-een-dermatoloog-weet-veel-over-de-huid-en-huidziekten

Slide 54 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

4 doelen 
  1. de eigenschappen van de huid verwoorden
  2. de functie van zweten verwoorden
  3. de functie van pigment verwoorden 
  4. enkele tips geven voor een goed onderhoud van de huid. 

Slide 55 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De huidcellen 
  • onze huid bestaat uit cellen 
  • je verliest cellen en je maakt cellen bij

Slide 56 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

zweten 
waarom zweten we? 

Slide 57 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

zweten 
waarom zweten we? 

--> We zweten om af te koelen. 
Zweet komt door onze poriën naar buiten. 
Poriën zijn gaatjes in de huid. 
Water op je huid verdampt. 

Slide 58 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Doel 1 
  1. de functie van zweten verwoorden

Slide 59 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Doel 1 
  1. de functie van zweten verwoorden
--> De huid afkoelen 

Slide 60 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

vingerafdrukken 
Vingerafdrukken = uniek
Niemand heeft dezelfde
3 soorten vormen 
waarvoor gebruiken? 

wb. p 10-11 

Slide 61 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

doel 2 
  1. de eigenschappen van de huid verwoorden

Slide 62 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

eigenschappen van de huid
  • behaard
(behalve handpalm en voet)
  • rekbaar, veerkrachtig
  • waterafstotend, waterdicht
  • vet
  • verandert van kleur: pigment neemt toe of af 
  • dikker op sommige plaatsen 
  • kan zichzelf herstellen 

Slide 63 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Doel 3
  1. de functie van pigment verwoorden

Slide 64 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

bescherming/verzorging
Belangrijk om te beschermen
  • tegen zon: zonnecrème + pet 
  • tegen vuil en zweet: wassen met water en zeep
  • tegen zeep: niet overdrijven, niet te vaak
  • tegen bacteriën: wondjes niet openkrabben.
                                          Korstje = herstellen van de huid

Slide 65 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Doel 4
  1. enkele tips geven voor een goed onderhoud van de huid. 

Slide 66 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Les 4 deel 1
spijsvertering

https://schooltv.nl/video-item/de-spijsvertering-de-weg-die-het-voedsel-in-het-lichaam-aflegt-van-mond-tot-einddarm

Slide 67 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

huiswerk: Lees de minisite

Slide 68 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

doelen 
  1. de weg die het eten aflegt verwoorden
  2.  gebruik maken v/e schematische voorstelling + v/d passende begrippen
  3. de organen van het spijsverteringsstelsel situeren op het eigen lichaam
  4. de functie van het spijsverteringsstelsel verwoorden
  5. tips geven voor gezond gedrag m.b.t.  het spijsverteringsstelsel

Slide 69 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

de weg van het voedsel 
Mond 
keel 
slokdarm
maag
dunne darm 
dikke darm
endeldarm
anus 

Slide 70 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

doel 1 
  1. de weg die het eten aflegt verwoorden 

Slide 71 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

doel 2 en 3
gebruik maken van een schematische voorstelling en van de passende begrippen

de organen van het spijsverteringsstelsel aanduiden op een prent 

Slide 72 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Functie van het spijsverteringsstelsel 
  1. voedsel in piepkleine stukjes afbreken via mond/tanden
  2. voedingsstoffen uit het eten halen 

Slide 73 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Functie van de tong
om te slikken
om het eten in de slokdarm naar beneden te duwen 

wb. p. 15 opdracht 1

Slide 74 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Weetjes darm
dunne darm = 6  meter 
alle darmen samen = 8 meter 


niet: opdracht 2,3,4 
wel aanduiden

Slide 75 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Functie van delen spijsverteringsstelsel 
opdracht 5 +7 

mond = voedsel fijn malen 
slokdarm = voedsel vooruit duwen 
maag = voedsel kneden 
dunne darm = voedingsstoffen opnemen in het bloed 
dikke darm = vocht en zout opnemen in het bloed 
slijm (speeksel, maagslijm, slijm slokdarm....) = voedsel beter laten glijden  

Slide 76 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

doel 4 
de functie van het spijsverteringsstelsel verwoorden
- algemeen (2) 
- mond
- slokdarm
- maag
- dunne darm 
- dikke darm 
- slijm 

Slide 77 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Gezond gedrag m.b.t. spijsverteringsstelsel 
goede brandstof voor het lichaam 
vs 
slechte brandstof voor het lichaam 

Slide 78 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Doel 5 
Tips geven voor gezond gedrag m.b.t. het spijsverteringsstelsel.

Slide 79 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Les 4 deel 2
ademhalingsstelsel 

Slide 80 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Huiswerk: Lees de minisite

Slide 81 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

  • https://schooltv.nl/video-item/ademhaling-de-hele-dag-haal-je-adem-maar-wat-gebeurt-er-dan-eigenlijk-in-je-lichaam
  • https://schooltv.nl/video-item/ademen-ademhalen-is-belangrijk-maar-waarom-eigenlijk
  • https://www.youtube.com/watch?v=OYqYEmcfi7I

Slide 82 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

doelen 
  1. De weg die de lucht aflegt bij de ademhaling verwoorden + gebruik maken van de passende begrippen.
  2. De organen van het ademhalingsstelsel situeren op het eigen lichaam.
  3. De functie van de ademhaling verwoorden.
  4. Verwoorden welk voordeel ademen door de neus heeft + het verband leggen met de eigenschappen van de neus.
  5. Tips geven voor gezond gedrag met betrekking tot de luchtwegen.

Slide 83 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Weg + Delen van het ademhalingsstelsel
neus
mond
luchtpijp
luchtpijptakken       == longen
longblaasjes 
 

Slide 84 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

wb. p. 17-18-19

Slide 85 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hoe werkt de ademhaling
ademhaling verloopt automatisch dankzij middenrif 
= tussen buik en borstkast   = grote spier 
middenrif trekt samen: 
  • wordt platter, gaat naar onder 
  • longen worden volgezogen met lucht = inademen 
middenrif ontspant: 
  • wordt boller 
  • lucht wordt naar buiten geduwd = uitademen
    https://schooltv.nl/video-item/ademhalingsproef-een-proef

Slide 86 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Doel 1 
De weg die de lucht aflegt bij de ademhaling verwoorden 

Gebruik maken van de passende begrippen

Hoe werkt ademhaling? 

Slide 87 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Doel 2
De organen van het ademhalingsstelsel situeren op het eigen lichaam

Slide 88 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Functie van het ademhalingsstelsel 
1. zuurstof uit de lucht halen 
2. zuurstof afgeven aan het bloed 

waarom? 
-->zodat onze spieren en organen goed kunnen werken 

bij inspanning --> sneller ademhalen 
reden? spieren hebben meer lucht nodig 

Slide 89 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Doel 3 
De functie van de ademhaling verwoorden

Slide 90 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Neus: voordeel ademhalen
  • Neus = filter 
  • op de juiste vochtigheid brengen
  • op de juiste temperatuur brengen
  • reinigen van kleine stofdeeltjes  

Slide 91 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Doel 4
Verwoorden welk voordeel ademen door de neus heeft + 
het verband leggen met de eigenschappen van de neus

Slide 92 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Onderhoudstip
hoe kan je zorgen dat je voldoende frisse lucht inademt?

Slide 93 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Onderhoudstip
zorgen dat je voldoende frisse lucht inademt
  • sporten in groene omgeving 
  • niet spelen in drukke straat/stad  
  • vensters regelmatig open = verluchten 

Slide 94 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Doel 5  
Tips geven voor gezond gedrag met betrekking tot de luchtwegen

Slide 95 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Les 4 Deel 3 
De bloedsomloop 

Slide 96 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 97 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 98 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Slide 99 - Video

Deze slide heeft geen instructies

huiswerk: ministite lezen 

Slide 100 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

doelen 
  1. De functie van de bloedsomloop verwoorden.
  2. De weg van het bloed verwoorden. 
  3. De werking van de bloedsomloop op eenvoudige manier verwoorden, gebruik makend van de passende begrippen.
  4. Uitleggen waarom onze hartslag hoger is bij een inspanning.
  5. Het hart situeren op het eigen lichaam.
  6. Tips geven voor gezond gedrag met betrekking tot het hart en de bloedvaten.

Slide 101 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De functie van de bloedsomloop
Het bloed (en dus zo zuurstof en voedingsstoffen) naar de spieren en organen brengen.

Waarom hebben spieren en organen zuurstof en voedingsstoffen nodig? 
--> zodat ze kunnen werken 

Slide 102 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Doel 1
de functie van de bloedsomloop verwoorden.


Slide 103 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De weg van het bloed.
ader : 
-> blauw 
-> zuurstofARM bloed wegvoeren
slagader: 
-> rood 
-> zuurstofRIJK bloed aanvoeren

hart: bloed rondpompen 
haarvaten: kleine vertakkingen 

Slide 104 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hoe werkt de bloedsomloop

Het hart is een pomp. 
Pompt = duwt bloed rond
               --> zo vervoert het bloed allerlei stoffen 
kleine bloedsomloop: via hart komt zuurtstofarm bloed in de longen 
                                               zuurstofrijk bloed verlaat de longen en gaat naar het hart
grote bloedsomloop: zuurstofrijk bloed verlaat het hart en gaat naar de organen 
                                             zuurstofarm bloed komt toe in de organen 
Dan begint de kleine bloedsomloop opnieuw 

Slide 105 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 106 - Video

Deze slide heeft geen instructies

wb p20

Slide 107 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

doel 2
De weg van het bloed uitleggen 

Slide 108 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

doel 2
de werking van de bloedsomloop op eenvoudige manier verwoorden, gebruik makend van de passende begrippen.

Slide 109 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hartslag
= geeft weer hoe snel het bloed door de aders slaagt
= geeft weer hoe snel het hart pompt 

--> wb. p. 21 
proefje 

Slide 110 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Doel 3
Uitleggen waarom onze hartslag hoger is bij een inspanning.

Slide 111 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Waar ligt het hart?

Slide 112 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

doel 4 
het hart situeren op het eigen lichaam.

Slide 113 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hoe houd je je hart gezond?
- gezond eten
- veel sporten/bewegen 

Slide 114 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

doel 5
tips geven voor gezond gedrag met betrekking tot het hart en de bloedvaten.

Slide 115 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

LES 5 
EHBO

Slide 116 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Doelen
  1. De volgende types wonden herkennen: brandwonde, blaar, schaafwonde, snijwonde.
  2. Bij verschillende verwondingen beoordelen welke hulpverlening aangewezen is en of ze de hulp van een volwassene/hulpverlener moeten inroepen.  
  3. De volgende types wonden verzorgen: brandwonde, blaar, schaafwonde, snijwonde.
  4. Passende hulp geven bij een verstuiking.
  5. Inschatten of een verstikking licht of ernstig is en daarbij gepast handelen door de techniek ‘op de rug slaan’ correct toe te passen.
  6. Een spiraalverband en een drukverband aanleggen.
  7. Het pictogram van een AED (defibrilatietoestel) herkennen.
  8. De functie van een AED verwoorden.
  9. De geschreven instructies van het AED begrijpen.
  10. De kenmerken van volgende letsels kennen: verstuiking, ontwrichting en breuk.

Slide 117 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Verschillende type wonden herkennen

Slide 118 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 119 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 120 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 121 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 122 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Doel 1 
De volgende types wonden herkennen: brandwonde, blaar, schaafwonde, snijwonde.

Slide 123 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Welke hulp is nodig?

Slide 124 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

EHBO
brandwonden
blaar 
schaafwonde 
ernstige wonde die veel bloed
verslikken --> ademnood 
voet verstuiken 
ontwrichting/breuk
hartstilstand 
ernstig verkeersongeval

Slide 125 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat doe ik? 
ik doe het zelf
ik ga naar de dokter
ik bel 112 
brandwonde
ernstige wonde die bloed
ernstig auto ongeval 
blaar 
Te ernstig? Onzeker? Dokter
hartstilstand
schaafwonde
verslikt + ademnood
? verslikt + ademnood
verstuikt

Slide 126 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat doe ik? 
ik doe het zelf
ik ga naar de dokter
ik bel 112 
brandwonde
ernstige wonde die bloed
ernstig auto ongeval 
blaar 
Te ernstig? Onzeker? Dokter
hartstilstand
schaafwonde
verslikt + ademnood
? verslikt + ademnood
verstuikt

Slide 127 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Doel 2 
Bij verschillende verwondingen beoordelen welke hulpverlening aangewezen is 

beoordelen of ze de hulp van een volwassene/hulpverlener moeten inroepen.



Slide 128 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Brandwonden
EERST WATER, DE REST KOMT LATER 

was handen
1) 10 tot 20 min. water 
2) brandwondezalf en steriel gaasje
3) pleister 

Slide 129 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Brandwonden
EERST WATER, DE REST KOMT LATER 

was handen
1) 10 tot 20 min. water 
2) brandwondezalf en steriel gaasje
3) pleister 

Slide 130 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Blaar
was handen
1) was met water en zeep 
2)  prik de blaar door met steriel  naald 
3) druk het vocht uit de blaar met schoon doekje 
4) ontsmet 
5) pleister 




wat is steriel? 

Slide 131 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Blaar
was handen
1) was met water en zeep 
2)  prik de blaar door met steriel  naald 
3) druk het vocht uit de blaar met schoon doekje 
4) ontsmet 
5) pleister 




wat is steriel? 

Slide 132 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Schaafwonde
1) was handen 
2) spoel wonde met stromend water 
3) dep de huid droog rond de wonde
4) steriel kompres op de wonde en kleef vast   

Slide 133 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Schaafwonde
1) was handen 
2) spoel wonde met stromend water 
3) dep de huid droog rond de wonde
4) steriel kompres op de wonde en kleef vast   

Slide 134 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Ernstige wonde die veel bloed
1) wegwerphandschoenen 
2) stelp de bloeding  door 10 minuten met een steriel verband te drukken op de wonde
3) kompres op de wonde 
4) drukverband op een dik pak kompressen 

Slide 135 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Ernstige wonde die veel bloed
1) wegwerphandschoenen 
2) stelp de bloeding  door 10 minuten met een steriel verband te drukken op de wonde
3) kompres op de wonde 
4) drukverband op een dik pak kompressen 

Slide 136 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Doel 3 
De volgende types wonden verzorgen: brandwonde, blaar, schaafwonde, snijwonde


Slide 137 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Verslikken 
1) Moedig aan om te hoesten 

2) Je staat schuin achter de persoon
5 slagen op de rug met de hiel van de hand terwijl je de borstkast ondersteunt
   

1) sla armen om de persoon
2) haak handen in elkaar 
3) tussen navel en borstbeen 
4) krachtige buikstoot: naar achter en tegelijk omhoog 

Slide 138 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Verslikken 
1) Moedig aan om te hoesten 

2) Je staat schuin achter de persoon
5 slagen op de rug met de hiel van de hand terwijl je de borstkast ondersteunt
   

1) sla armen om de persoon
2) haak handen in elkaar 
3) tussen navel en borstbeen 
4) krachtige buikstoot: naar achter en tegelijk omhoog 

Slide 139 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Doel 4
Inschatten of een verstikking licht of ernstig is 

daarbij gepast handelen door de techniek ‘op de rug slaan’ correct toe te passen.

Slide 140 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Verstuiken
1) laat zitten
2) been iets hoger leggen 
3) koelen
 

Slide 141 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Verstuiken
1) laat zitten
2) been iets hoger leggen 
3) koelen
 

Slide 142 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Verschil 
verstuiken - breken - ontwrichten
verstuiking
breuk 
ontwrichting
- zwelling 
-lichaamsdeel in ongewone stand 
- bot gebarsten/gebroken
- zwelling

- lichaamsdeel in ongewone stand 
- zwelling
- gewricht verschoven 
- gewrichtsbanden uitgerekt/gescheurd
- koelen 
- foto's nemen 
- lichaamsdeel niet bewegen
- steunen in draagdoek
- operatie + gips

- koelen 
- ondersteunen met draagverband

Slide 143 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Verschil 
verstuiken - breken - ontwrichten
verstuiking
breuk 
ontwrichting
- zwelling 
-lichaamsdeel in ongewone stand 
- bot gebarsten/gebroken
- zwelling

- lichaamsdeel in ongewone stand 
- zwelling
- gewricht verschoven 
- gewrichtsbanden uitgerekt/gescheurd
- koelen 
- foto's nemen 
- lichaamsdeel niet bewegen
- steunen in draagdoek
- operatie + gips

- koelen 
- ondersteunen met draagverband

Slide 144 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Doel 5
Passende hulp geven bij een verstuiking.
De kenmerken van volgende letsels kennen: verstuiking, ontwrichting en breuk.


Slide 145 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Je ziet een ernstig ongeval
1) zorg voor veiligheid 
2) controleer slachtoffer: bewust?  ademhaling? 
3) verwittig hulpdienst
4)  wat heeft eerst aandacht nodig? Verleen die hulp 

Slide 146 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Je ziet een ernstig ongeval
1) zorg voor veiligheid 
2) controleer slachtoffer: bewust?  ademhaling? 
3) verwittig hulpdienst
4)  wat heeft eerst aandacht nodig? Verleen die hulp 

Slide 147 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

verbanden aanleggen

Slide 148 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

spiraalverband

= om een steriel kompres op zijn plaats te houden 

1) leg het begin een beetje schuin + eerste winding
2) tweede winding +  vouw het tipje een beetje schuin 
3) windingen die telkens overlappen 
4) maak vast met haakjes of pleister 
drukverband 

= om bloedingen te stelpen 

1) kompres op wonde 
2) houd kortste einde vast 
3) draai enkele malen stevig rond 
4) breng bovenop de plaats van de wonde een prop en draai de zwachtel verder rond 
5) knoop stevig vast 

Slide 149 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

spiraalverband



drukverband

Slide 150 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Doel 6
Een spiraalverband en een drukverband aanleggen.


Slide 151 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

hulp zoeken

Slide 152 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

112
WAAR : adres 
WAT : gebeurt
WIE : slachtoffer

Slide 153 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

reanimatie + AED 

Slide 154 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

AED 
Automatische 
Externe 
Defibrillator
  
= machine die jouw 
vertelt wat je moet doen 
= machine die 
elektrische schokken toedienen 

Slide 155 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

WAAR AED? 
- openbare plekken en in publieke gebouwen
- kijk eens rond 

Slide 156 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

JIJ??
Moet jij de AED gebruiken? 

NEEN --> als er volwassen zijn 
JA --> als je alleen bent met bv een volwassenen die een hartstilstand krijgt en je weet de AED liggen

Slide 157 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Doel 7

Het pictogram van een AED (defibrilatietoestel) herkennen.


Slide 158 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Doel 8

De functie van een AED verwoorden.

Slide 159 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Doel 9
De geschreven instructies van het AED begrijpen.

Slide 160 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hartstilstand --> CPR
CPR  
reanimatie of cardiopulmonale resuscitatie
= kunstmatig de ademhaling overnemen 
= beademing 

-> kan met of zonder AED 

Slide 161 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

LES 6: grote herstellingen 
reserve-onderdelen 

Slide 162 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

lichamelijke beperking
= niet zelfde als een verstandelijke beperking 

hulpmiddelen die het leven makkelijker maken 
- prothese
- robothand
- blade 
- steeds nieuwe technieken en wetenschappelijke vooruitgang

Slide 163 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

voordelen aan vooruitgang

kan leven vergemakkelijken 
nadelen aan vooruitgang 

Slide 164 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies