De cultuur van het Romeinse rijk (4.3)

Amfitheater in Nimes (Frankrijk)
1 / 33
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

In deze les zitten 33 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Amfitheater in Nimes (Frankrijk)

Slide 1 - Tekstslide


753 v. Chr
509 v. Chr.
44 v. Chr.
27 v. Chr.
Romulus en Remus stichten een stad
De laatste koning wordt verdreven en Rome wordt een republiek
Caesar wordt gedood door een groep senatoren
Octavianus schakelde al zijn tegenstanders uit en werd alleenheerser

Slide 2 - Sleepvraag

Autoriteiten
Weinig of geen bezittingen
Grootgrond-bezitters
Villa Rustica
Insula (Flatgebouw)
Patriciërs
Rijke Romeinen
Arme Romeinen
Proletariërs
Brood en spelen
Gladiatoren
Kleine bovenlaag van de samenleving
Grootste gedeelte van de samenleving

Slide 3 - Sleepvraag

Leerdoel
  • Je kunt uitleggen hoe de Romeinen met hun eigen godsdienst en met andere godsdiensten omgingen
  • Je kan uitleggen hoe de Grieks-Romeinse cultuur ontstond

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

De Romeinse Cultuur
  • Het Romeinse rijk was een multiculturele samenleving.
  • De Romeinen hadden een polytheïstische godsdienst
  • Er was sprake van verdraagzaamheid: andere culturen werden ook toegestaan
  • ... mits je ook de staatsgoden en de keizer vereerde
  • De Romeinen namen ook goden van andere culturen over

Slide 6 - Tekstslide

Welke Romeinse goden ken je al?

Slide 7 - Open vraag

De Grieks-Romeinse cultuur
  • De Romeinen bewonderden de Griekse cultuur
  • Na de verovering van Griekenland (146 v. Chr.) namen de Romeinen veel van de Grieken over: een aantal goden, de bouwkunst en de wetenschap.
  • Er ontstaat een gemengde cultuur: de Grieks-Romeinse cultuur
  • De Romeinen verspreiden hun cultuur over het hele rijk = romanisering

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

Pantheon (Romeinse tempel)

Slide 10 - Tekstslide

Pont du Gard (Romeins Aquaduct)

Slide 11 - Tekstslide

Is de Romeinse godsdienst een polytheïstische of monotheïstische godsdienst?
A
Monotheïstisch
B
Polytheïstisch
C
Beide
D
Geen van beide

Slide 12 - Quizvraag

Wat betekent Klassiek?
A
Grieks-Romeinse cultuur
B
Griekse cultuur
C
Romeinse cultuur
D
Egyptische cultuur

Slide 13 - Quizvraag

Wat betekent romanisering?
A
Toestaan van andere culturen en meningen
B
De veroveringen van de Romeinen
C
Verspreiding van de Grieks-Romeinse cultuur
D
Een samenleving met meerdere culturen

Slide 14 - Quizvraag

Romeinse burgers
  • Inwoners van het Romeinse Rijk konden het burgerrecht krijgen:

  • Voor de vrouwen: trouwen met een Romeinse burger.
  • Voor de mannen: meevechten in het Romeinse leger.
  • Burgers hadden bepaalde voorrechten:
    - Minder belasting betalen
    - Deelnemen aan bestuur
    - Meer rechten bij een rechtszaak

Alle Romeinse wetten golden in het hele Romeinse rijk en vormen samen het Romeinse recht

Slide 15 - Tekstslide

Nederland in de Romeinse tijd
  • In Nederland leefden in de de tijd van de Romeinen een Germaans volk: De bataven
  • De Bataven vochten vrijwillig mee in het leger van de Romeinen
  • en werden zo Romeins burger
  • Er is veel contact tussen de Romeinen en de Bataven
  • Romeinse tijd (58 v. Chr. - ±400 n. Chr)

Slide 16 - Tekstslide


De Limes in Nederland


  • Langs de rivier de Rijn bouwen de Romeinen forten en wachttorens.
  • Door handel en huwelijken worden Romeinse gebruiken (taal, kleding, cultuur) overgenomen

Slide 17 - Tekstslide


Bataafse Opstand


  • In 69 n. Chr. komen de Bataven onder leiding van Julius Civilis in opstand tegen de Romeinen. 
  • Tijdens deze opstand werd het Traiectum in Utrecht volledig verwoest door brand


De samenzwering van Julius Civilis, geschilderd door Rembrandt van Rijn

Slide 18 - Tekstslide

"Romeinen namen de goden over van de Grieken." Dit past bij..
timer
0:20
A
Grieks-Romeinse cultuur
B
Pax Romana
C
Romanisering
D
Volksverhuizingen

Slide 19 - Quizvraag

Galliërs gingen latijn spreken.
Dit is een voorbeeld van?
A
Pax Romana.
B
Romantisering.
C
Romanisering.
D
Kolonisatie.

Slide 20 - Quizvraag

Welke groep mag niet zonder proces worden veroordeeld volgens het Romeinse recht?
timer
0:20
A
Slaven
B
Romeinse burgers
C
Inwoners van het Romeinse Rijk
D
Vrouwen

Slide 21 - Quizvraag

Alle mannen in het Romeinse rijk bezaten het burgerrecht
A
Waar
B
Niet Waar

Slide 22 - Quizvraag

In het Romeinse rijk moesten alle onderdanen de keizer vereren
A
Waar
B
Niet Waar

Slide 23 - Quizvraag

De Grieken namen veel van de Romeinse cultuur over
A
Waar
B
Niet Waar

Slide 24 - Quizvraag

De Romeinen namen de Egyptische godin Isis over
A
Waar
B
Niet waar

Slide 25 - Quizvraag

De Romeinen hadden een monotheïstische godsdienst
A
Waar
B
Niet Waar

Slide 26 - Quizvraag

Schrijf twee dingen op die je vandaag geleerd hebt

Slide 27 - Open vraag

Wat vind je nog lastig of begrijp je nog niet helemaal?

Slide 28 - Open vraag

Werkvorm: Welk woord weg?
Opdracht: Bedenk welk woord niet in het rijtje thuis hoort.
Leg uit waarom het woord niet in het rijtje thuis hoort.

Voorbeeld:
Monarchie - Tirannie - Aristocratie
Aristocratie, want dat is een bestuursvorm waarbij een groep mensen de macht in handen hebben.

Slide 29 - Tekstslide

Welk woord weg?
Keizer - dictator - Republiek

Slide 30 - Open vraag

Welk woord weg?
Elite - Proletariaat - Autoriteiten

Slide 31 - Open vraag

Welk woord weg?
Staatsgodsdienst - Verdraagzaamheid - Multiculturele samenleving

Slide 32 - Open vraag

Verzin zelf een Welk Woord Weg!
Gebruik personen, begrippen of gebeurtenissen uit par 4.1 t/m 4.4.

Slide 33 - Open vraag