11.1 Man en vrouw [les 3]

Welkom
Telefoon in telefoontas
Tas van tafel
Boek + notitiespullen pakken

1 / 25
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 2

In deze les zitten 25 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Welkom
Telefoon in telefoontas
Tas van tafel
Boek + notitiespullen pakken

Slide 1 - Tekstslide

Chocolademomentje
Eens per maand een chocolademomentje

Leerdoel:
Je kent de menstruatiecyclus en weet hoe het baarmoederslijmvlies en de eicelrijping veranderen gedurende de cyclus

Slide 2 - Tekstslide

Bedenk in 15 seconden. Wat weet je al over de menstruatiecyclus?

Slide 3 - Open vraag

Slide 4 - Video

Cyclus in dagen
Een cyclus duurt gemiddeld 28 dagen..
Menstruatie dus ook om de 28 dagen

Gebeurtenissen tijdens menstruatiecyclus:
1. menstruatie
2. eicel rijpt
3. baarmoederslijmvlies groeit
4. eisprong


Tijdens de menstruatie wordt het verdikte deel van het baarmoederslijmvlies afgestoten.

Slide 5 - Tekstslide

Puberteit
  • In de eierstokken liggen (onrijpe) eicellen
  • De eileider vervoert eicellen naar de baarmoeder
  • Een eicel rijpt in een follikel in een eierstok. Na ongeveer 2 weken is die rijp, barst deze uit de follikel en komt in de eileider.                  = ovulatie         
  • * een meisje is vruchtbaar als haar eicellen gaan rijpen

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Tekstslide

Een cyclus duurt ongeveer 28 dagen..
Menstruatie dus ook om de 28 dagen

Gebeurtenissen tijdens menstruatiecyclus:
1. eicel rijpt
2. baarmoederslijmvlies groeit
3. eisprong
4. menstruatie

Tijdens de menstruatie wordt het verdikte deel van het baarmoederslijmvlies afgestoten.

Slide 9 - Tekstslide

Bij de geboorte van een meisje zijn alle eicellen in principe al aanwezig in de eierstokken
A
waar
B
niet waar

Slide 10 - Quizvraag

Sperma bestaat uit:
A
zaadcellen
B
zaadcellen en een beetje urine
C
zaadcellen en vocht
D
zaadcellen en slijm

Slide 11 - Quizvraag

Op welke dag vindt meestal de eisprong plaats tijdens de menstruatiecyclus
A
13
B
14
C
15
D
16

Slide 12 - Quizvraag

Menstruatiecyclus: Hoe lang blijft een eicel bevruchtbaar?
A
14 dagen
B
28 dagen
C
12 - 24 uur
D
0 - 12 uur

Slide 13 - Quizvraag

1. Op dag 1 van de menstruatie cyclus begint de menstruatie
2. Op dag 1 van de menstruatie begint een eicel te rijpen
A
1 is waar
B
2 is waar
C
1 en 2 zijn waar
D
1 en 2 zijn niet waar

Slide 14 - Quizvraag

Welke functie heeft het baarmoederslijmvlies ?
A
Zorgt ervoor dat een meisje ongesteld wordt
B
Heeft geen functie
C
Zorgt ervoor dat een bevruchte eicel kan innestelen
D
Zorgt ervoor dat de hypofyse geslachtshormonen gaat afgeven

Slide 15 - Quizvraag

Hormonen en menstruatiecyclus
Menstruatiecyclus wordt geregeld door hormonen uit de hypofyse 
en de hormonen progesteron en oestrogeen.

  • Hypofysehormoon     -> zorgen dat de follikel gaat groeien

  • Oestrogeen                -> wordt gemaakt door follikel vooral vóór ovulatie
(baarmoederslijmvlies wordt daardoor dikker en ovulatie vindt plaats en er rijpt geen nieuw follikel)
  • Progesteron               -> wordt gemaakt door lege follikel na de ovulatie. 
Zorgt ervoor dat baarmoederslijmvlies dik en goed doorbloed blijft. Zorgt er ook voor dat er geen follikel rijpt

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Tekstslide

Aan de slag (
Wat? Opg 16 t/m 25 van 11.1 (vraag 21 niet)

Hoe? Individueel en in stilte

Wie? Iedereen 

Vragen? Sla eerst de vraag over. 

Klaar?
Ga naar biologiepagina.nl -> vwo 2 -> nectar je verandert -> oefenen
-> Maak daar alle oefeningen en oefentoetsen



Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Tekstslide

timer
10:00
Herhaling. Neem het schema over en vul per bolletje in of er een + of een - komt te staan. (overleggen mag) 

Slide 20 - Tekstslide

Slide 21 - Tekstslide

Leg aan de hand van je interactieschema uit, waarom het slikken van de pil (met oestrogenen) lijdt tot onvruchtbaarheid.

Slide 22 - Open vraag

Leg aan de hand van je interactieschema uit, waarom als het gele lichaam verdwijnt er weer een nieuwe follikel ontwikkelt.

Slide 23 - Open vraag

Bij een eventuele zwangerschap gaat het embryo een nieuw hormoon aanmaken: HCG. Dit hormoon zorgt ervoor dat het gele lichaam in stand wordt gehouden. Leg aan de hand van je interactieschema uit wat dat dit leidt tot geen nieuwe ontwikkeling van een follikel

Slide 24 - Open vraag

Aan de slag (iedereen)
Wat? Opg 16 t/m 25 van 11.1

Hoe? Individueel en in stilte

Wie? Iedereen 

Vragen? Sla eerst de vraag over. 

Klaar?
Ga naar biologiepagina.nl -> vwo 2 -> nectar je verandert -> oefenen
-> Maak daar alle oefeningen en oefentoetsen



Slide 25 - Tekstslide