Ontdek de wereld van tekstdoelen!

Ontdek de wereld van tekstdoelen!

Leerdoel

Aan het eind van de les weet je wat tekstdoelen zijn en kun je ze herkennen in verschillende soorten teksten.

Vertel de leerlingen wat ze aan het eind van de les moeten kunnen.

Wat weet je al over tekstdoelen?

Wat zijn tekstdoelen?

Tekstdoelen zijn de redenen waarom een tekst geschreven wordt, zoals informeren, overtuigen of amuseren.

Leg kort uit wat tekstdoelen zijn en geef voorbeelden.

Informatieve teksten

Informatieve teksten hebben als doel om feitelijke informatie over te brengen, zoals in een encyclopedie of nieuwsartikel.

Beschrijf wat informatieve teksten zijn en geef voorbeelden.

Overtuigende teksten

Overtuigende teksten proberen de lezer te overtuigen van een bepaald standpunt of idee, zoals in een betoog of reclame.

Beschrijf wat overtuigende teksten zijn en geef voorbeelden.

Amuserende teksten

Amuserende teksten hebben als doel om de lezer te vermaken en plezier te bieden, zoals in een verhaal of gedicht.

Beschrijf wat amuserende teksten zijn en geef voorbeelden.

Herkenningsoefening

Lees de volgende tekst en bepaal het tekstdoel: 'De nieuwste smartphone heeft geweldige functies en een prachtig design. Koop hem nu en ervaar de ultieme technologie!'

Laat de leerlingen in groepjes het tekstdoel bespreken en daarna klassikaal bespreken.

Praktijkopdracht

Kies een willekeurige tekst uit een tijdschrift of krant. Lees de tekst en bepaal het tekstdoel. Schrijf op waarom je denkt dat het teksttype bij dat tekstdoel hoort.

Laat de leerlingen individueel of in tweetallen de praktijkopdracht uitvoeren en bespreek daarna de antwoorden klassikaal.

Samenvatting

Tekstdoelen zijn de redenen waarom een tekst geschreven wordt, zoals informeren, overtuigen of amuseren. Het herkennen van tekstdoelen helpt bij het begrijpen en analyseren van teksten.

Vat de belangrijkste punten van de les samen en benadruk het belang van het herkennen van tekstdoelen.

Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd.

De leerlingen voeren hier drie dingen in die ze in deze les hebben geleerd. Hiermee geven ze aan wat hun eigen leerrendement van deze les is.

Schrijf 2 dingen op waarover je meer wilt weten.

De leerlingen voeren hier twee dingen in waarover ze meer zouden willen weten. Hiermee vergroot je niet alleen betrokkenheid, maar geef je hen ook meer eigenaarschap.

Stel 1 vraag over iets dat je nog niet zo goed hebt begrepen.

De leerlingen geven hier (in vraagvorm) aan met welk onderdeel van de stof ze nog moeite. Voor de docent biedt dit niet alleen inzicht in de mate waarin de stof de leerlingen begrijpen/beheersen, maar ook een goed startpunt voor een volgende les.