KERN 57_signaalwoorden.

1 / 12
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolmavoLeerjaar 1

In deze les zitten 12 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

Quiz: test je kennis!
KERN 57
4 vragen.

Slide 4 - Tekstslide

1. Noteer het signaalwoord:
Vandaag moest ik een presentatie geven en daarna was ik vrij. (T1)

Slide 5 - Open vraag

Uitleg
Vandaag moest ik een presentatie geven en daarna was ik vrij.

Signaalwoord - Tijd.
Je leest namelijk de volgorde waarin dingen gebeuren: presentatie geven, vrije tijd. 

Slide 6 - Tekstslide

2.Vul het juiste signaalwoord in:
Voor atletiek moet je ten eerste hard kunnen lopen en ..... moet je sterk zijn.
A
Maar
B
Daarnaast
C
Ten tweede
D
Anderzijds

Slide 7 - Quizvraag

Uitleg
Voor atletiek moet je ten eerste hard kunnen lopen en ten tweede moet je sterk zijn.



Signaalwoord opsomming.

Slide 8 - Tekstslide

3. Nee, ik ben niet boos. ......: ik ben blij dat je het hebt gezegd.
A
Voordat
B
Integendeel
C
Bovendien
D
Daarnaast

Slide 9 - Quizvraag

Uitleg
Nee, ik ben niet boos. Integendeel: ik ben blij dat je het hebt gezegd.

Signaalwoord- tegenstelling.


Slide 10 - Tekstslide

4. Welk signaalwoord past op de puntjes?
.... ik aan mijn huiswerk begin, lees ik.
A
Hoewel
B
Aangezien
C
Voordat
D
Toen

Slide 11 - Quizvraag

5. Wat is het signaalwoord in de zin?

Als ik lees, voel ik me ontspannen.
A
Als
B
lees
C
me
D
ontspannen

Slide 12 - Quizvraag