Formatieve evaluatie SA H1
1 / 21
Lesduur is: 15 minOnderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Slide 2 - Tekstslide
Stratovulkanen ontstaan bij subductie
A
Waar
B
Niet waar
Slide 3 - Quizvraag
Een hotspot
A
kan midden op een plaatgrens voorkomen
B
komt voor bij convergente breuken
Slide 4 - Quizvraag
Tsunami: sleep de juiste omschrijvingen in de afbeelding
ondiepe kust: afnemende snelheid, hogere golf
onderzeese aardbeving (zeebeving)
golven, zeer hoge snelheid. Tot 800 km/uur
Slide 5 - Sleepvraag
Een stratovulkaan is...
A
Explosief
B
Effusief
Slide 6 - Quizvraag
strato
vulkaan
schild
vulkaan
Slide 7 - Sleepvraag
De lava van een schildvulkaan
A
is erg vloeibaar
B
is dik er stroperig
Slide 8 - Quizvraag
oceanische korst is lichter dan continentale korst
A
waar
B
niet waar
Slide 9 - Quizvraag
Continentale korst bestaat uit
A
graniet
B
basalt
C
kalksteen
Slide 10 - Quizvraag
We gaan ervan uit dat processen die nu op aarde voorkomen ook in het verleden zo werkten. Wat is de bijpassende term?
A
Paleoklimaten
B
Actualiteitsprincipe
C
geleidelijke klimaatverandering
D
klimaatonderzoek
Slide 11 - Quizvraag
Hoe noemde Alfred Wegener het supercontinent?
A
Gondwana
B
Laurazië
C
Pangea
D
Tethys
Slide 12 - Quizvraag
Welke oceanische korst is het oudst?
A
Rood
B
Geel
C
Groen
D
Blauw
Slide 13 - Quizvraag
Divergent
Convergent
Transform
Slide 14 - Sleepvraag
Wanneer ontstaat er een plooiingsgebergte?
A
als 2 oceanische platen botsen
B
als 2 continentale platen uit elkaar bewegen
C
als 2 oceanische platen uit elkaar bewegen
D
als 2 continentale platen botsen
Slide 15 - Quizvraag
Bij een mid-oceanische rug is er een...
A
divergente beweging
B
convergente beweging
C
transforme beweging
Slide 16 - Quizvraag
Convectiestromen komen voor in:
A
De oceaan
B
De aardkorst
C
De kern
D
De aardmantel
Slide 17 - Quizvraag
Bij welke plaatgrens komt vulkanisme NIET voor?
A
Convergente
B
Divergente
C
Transforme
Slide 18 - Quizvraag
Waar vind je een diepzeetrog?
A
Bij een divergente beweging
B
Bij een transforme beweging
C
Bij een convergente subductiezone
D
Bij een divergente subductiezone
Slide 19 - Quizvraag
mantel
continentale korst
trog
oceanische korst
subductie
Slide 20 - Sleepvraag
Een laaggelegen deel van de aardkorst dat langs een breuk naar beneden is gegleden, noemen we een:
A
Horst
B
Slenk
