3M P2 Les 4 Miljoenennota

Welkom
Ga zitten volgens de plattegrond.
Pak je schoolspullen: etui, boek, schrift, rekenmachine en wisbordje.
Maak de startopdracht zelfstandig in stilte.
Klaar? Lees de leerteksten van § 7.4.

timer
5:00
1 / 34
volgende
Slide 1: Tekstslide
EconomieMiddelbare schoolvmbo g, t, mavoLeerjaar 4

In deze les zitten 34 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 80 min

Onderdelen in deze les

Welkom
Ga zitten volgens de plattegrond.
Pak je schoolspullen: etui, boek, schrift, rekenmachine en wisbordje.
Maak de startopdracht zelfstandig in stilte.
Klaar? Lees de leerteksten van § 7.4.

timer
5:00

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Programma
  • Startopdracht
  • Voorkennis
  • Video Prinsjesdag
  • Uitleg miljoenennota
  • Toepassen
  • Uitleg staatsschuld
  • Samenwerkingsopdracht
  • Toepassen
  • Afsluiting

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Leerdoelen
Aan het einde van de les kun je:
  • Uitleggen wat de betekenis van de Rijksbegroting is.
  • Uitleggen dat de Miljoenennota de toelichting op de Rijksbegroting is.
  • Uitleggen dat de Rijksoverheid prioriteiten moet stellen.
  • Uitleggen hoe een begrotingstekort of begrotingsoverschot ontstaat.
  • Uitleggen dat de staatsschuld gevolgen voor de toekomst heeft.

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Voorkennis

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat is Prinsjesdag?

Slide 5 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Stijn heeft € 7.500 geleend van zijn bank. Na drie jaar moet hij € 9.000 terugbetalen aan de bank.
Waarom moet hij € 1.500 meer terugbetalen aan de bank?
A
Vanwege rente
B
Vanwege aflossing
C
Vanwege rente en aflossing

Slide 6 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Video

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

0

Slide 8 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Wat is de Troonrede?

Slide 9 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat zit er in het koffertje?

Slide 10 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat kan de overheid doen als zij geld tekort komt?

Slide 11 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Uitleg

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Rijksbegroting
Overzicht van de verwachte inkomsten en uitgaven van het Rijk van het volgende jaar.
Miljoenennota
De toelichting op de Rijksbegroting.

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Begrotingstekort
Verwachte inkomsten lager dan verwachte uitgaven.
De staatschuld neemt toe.
Begrotingsoverschot
Verwachte Inkomsten hoger dan verwachte uitgaven.
Inkomsten verhogen
Bezuinigen

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Quiz

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Het overzicht van de verwachte inkomsten en uitgaven van het Rijk van het volgende jaar.
A
Troonrede
B
Rijksbegroting
C
Miljoenennota
D
Prinsjesdag

Slide 17 - Quizvraag

C en D zijn collectieve voorzieningen.
De toelichting op de Rijksbegroting.
A
Prinsjesdag
B
Regering
C
Troonrede
D
Miljoenennota

Slide 18 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Is er een begrotingsoverschot of een begrotingstekort?
A
Begrotingstekort
B
Begrotingsoverschot

Slide 19 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Welke gebeurtenis verlaagt het begrotingstekort?
A
De uitgaven aan de WW-uitkeringen dalen.
B
De btw-inkomsten dalen.
C
De aanleg van een snelweg wordt duurder.
D
De uitgaven aan het onderwijs stijgen.

Slide 20 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Toepassen
Wat? § 7.4 opdracht 2 t/m 13 (blz. 202-205).
Hoe? Zelfstandig met overleg.
Klaar? Maak de plusopdrachten.


timer
10:00

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Uitleg

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Staatsschuld
Het totaal aan leningen van de overheid.
Gevolgen voor de toekomst.

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Staatsschuld
Bereken de staatsschuld per hoofd van de bevolking in 2017. Ga uit van 17,1 miljoen inwoners. Rond je antwoord af op hele euro's.

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Pak je wisbordje

Slide 25 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Bereken de staatsschuld per hoofd van de bevolking in 2009. Ga uit van 16,5 miljoen inwoners. Rond je antwoord af op hele euro's.

Slide 26 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Samenwerken
Wat? Samenwerkingsopdracht staatsschuld.
Hoe? 
  • Bespreek in tweetallen. 
  • Schrijf het antwoord op je wisbordje.
Klaar? Maak § 7.4 opdracht 2 t/m 13 (blz. 190-195).
timer
3:00

Slide 27 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Toepassen
Wat? § 7.4 opdracht 2 t/m 13 (blz. 202-205).
Hoe? Zelfstandig met overleg.
Klaar? Maak de plusopdrachten.


timer
15:00

Slide 28 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Afsluiting

Slide 29 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Het overzicht van de verwachte inkomsten en uitgaven van het Rijk van het volgende jaar.
A
Troonrede
B
Rijksbegroting
C
Miljoenennota
D
Prinsjesdag

Slide 30 - Quizvraag

C en D zijn collectieve voorzieningen.
De overheid kan het begrotingstekort verlagen door het verhogen van de uitgaven aan onderwijs.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 31 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

De staatsschuld is het gevolg van begrotingstekorten.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 32 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

De staatsschuld kan worden verlaagd door rente te betalen.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 33 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Pak je agenda
Datum
Maken: § 7.4 opdracht 2 t/m 13 (blz. 190-195).
Leren: leerteksten § 7.1 t/m 7.4.

timer
0:30

Slide 34 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies