In deze les zitten 26 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.
Lesduur is: 60 min
Onderdelen in deze les
De Tweede Wereldoorlog
(oorlog in Europa)
Slide 1 - Tekstslide
De leerdoelen
1. Je kunt beschrijven waarom en hoe Hitler de oorlog veroorzaakte.
2. Je kunt beschrijven hoe Duitsland zijn macht uitbreidde in de oorlog.
3. Je kunt beschrijven hoe Duitsland de oorlog verloor.
Slide 2 - Tekstslide
Wat weet je al van de Tweede Wereldoorlog?
Slide 3 - Woordweb
Uitbreiding Duitse Rijk
Hitler begon al in de jaren '30 met de uitbreiding van het Duitse Rijk. Alle Duitsers moesten in het Duitse Rijk wonen en meer leefruimte (Lebensraum) krijgen. In 1938 lijfde hij Oostenrijk in.
Slide 4 - Tekstslide
Sudetenland
Na Oostenrijk wilde Hitler een stuk van Tsjecho-Slowakije (Sudetenland). Op de conferentie van München werd d.m.v. diplomatie een oorlog voorkomen en kreeg Hitler zijn zin...
Slide 5 - Tekstslide
Hoe en waarom kreeg Duitsland Sudetenland in handen?
A
Tijdens de conferentie van Munchen 'gaven' Eng + FR dit aan Hitler. Ze wilden de vrede bewaren.
B
Hitler viel dit gebied met geweld binnen en voegde het toe aan Duitsland
C
Tsjecho-Slowakije gaf dit gebied op aan de Duitsers omdat ze bang waren voor een oorlog
D
De mensen in dit gebied stemden voor een aaneensluiting met Duitsland
Slide 6 - Quizvraag
Waarom wilden de Duitsers het gebied Sudetenland innemen in 1938?
A
Er woonden 3 miljoen etnische Duitsers
B
Voor het creëren van lebensraum
C
Om een bufferstaat te creëren
D
Om meer soldaten te werven
Slide 7 - Quizvraag
Begin Tweede Wereldoorlog
Oostenrijk en Tsjecho-Slowakije waren niet genoeg voor Hitler. Op 1 september 1939 viel Duitsland Polen binnen met een blitzkrieg. Hiermee begon de Tweede Wereldoorlog.
Slide 8 - Tekstslide
Slide 9 - Video
Wat is een Blitzkrieg?
A
Zo snel mogelijk wapens maken
B
Zo snel mogelijk tanks naar het front krijgen
C
Zo snel mogelijk, zoveel mogelijk land veroveren
D
Zo lang mogelijk niet vechten
Slide 10 - Quizvraag
Aanval West-Europa
In april 1940 begon de strijd in West-Europa. Duitsland viel eerst Denemarken en Noorwegen binnen. Vervolgens Nederland, België, Luxemburg en Frankrijk. Alle landen werden verslagen.
Slide 11 - Tekstslide
Wanneer capituleerde Nederland?
A
10 mei 1940
B
1 september 1939
C
5 mei 1940
D
5 mei 1945
Slide 12 - Quizvraag
De Slag om Engeland
In juli 1940 begon de Battle of Britain. Om Groot-Brittannië binnen te kunnen vallen, moest Hitler eerst het luchtruim in handen krijgen. De Engelsen hielden echter stand.
Slide 13 - Tekstslide
Operatie Barbarossa
Nadat Hitler Noord, West en Zuid-Europa onder controle had, begon Duitsland op 22 juni 1941 met deaanval op de Sovjet-Unie (operatie Barbarossa). De Russen hielden moeizaam stand
Slide 14 - Tekstslide
Het Japanse wereldrijk
In Azië was Japan (bondgenoot van Duitsland) bezig grote gebieden te veroveren. Op 7 december 1941 deed Japan een verassingsaanval op de Amerikaanse marinebasis Pearl Harbor.
Slide 15 - Tekstslide
De Slag om Stalingrad
In de winter van 1942-1943
werden de Duitsers in een
grote slag verslagen in de
strijd om Stalingrad. Dit was
een keerpunt in de oorlog.
Hierna werden de Duitsers
langzaam teruggedrongen.
Slide 16 - Tekstslide
D-Day
Op 6 juni 1944 kwam er eindelijk een tweede front in Europa. De geallieerden openden de aanval op de stranden van Normandië (Frankrijk) en braken ook daar door de Duitse linies heen.
Slide 17 - Tekstslide
Slide 18 - Video
Wat ontstaat doordat de Duitsers de slag bij Stalingrad verloren en door de invasie in Normandië (D-day)?
A
Een gezamenlijk front
B
Tweefrontenoorlog
C
Een nieuw bondgenootschap
D
Loopgravenoorlog
Slide 19 - Quizvraag
De slag om Stalingrad begon in 1942. Waarom was de slag om Stalingrad een keerpunt in de oorlog?
A
Duitsland kon eindelijk verder Rusland in
B
Duitsland werd voor het eerst echt verslagen
C
Stalin ging meevechten in de oorlog
D
Amerika ging Rusland helpen, waardoor Duitsland hier verloor
Slide 20 - Quizvraag
Datum D-day
A
6 juni '44
B
6 augustus '44
C
6 juni '45
D
6 augustus '45
Slide 21 - Quizvraag
Wat is D-day?
A
Dat de geallieerden landden op Normandië.
B
Dat Duitsland Nederland aanviel.
C
Dat er atoombommen in Azië werden gebruikt.
D
Een blitzkrieg
Slide 22 - Quizvraag
De bevrijding van Europa
Na D-Day werd West-Europa bevrijdt. Maar in de winter van 1944-1945 liep het vast. Uiteindelijk kwamen de Russen in Oost-Europa steeds dichter bij Berlijn. Overal werd zwaar gevochten.
Slide 23 - Tekstslide
Einde Tweede Wereldoorlog
Duitsland werd aan alle kanten verslagen. Hitler zat ondertussen in zijn bunker in Berlijn. Daar pleegde hij op 30 april 1945 zelfmoord. Op 8 mei 1945 capituleerde Duitsland.
Slide 24 - Tekstslide
Welke gebeurtenis is het einde van de Tweede Wereldoorlog in Europa?
A
De slag om Stalingrad
B
D-day
C
De dood van Hitler
D
Capitulatie van Duitsland
Slide 25 - Quizvraag
Bekijk de tijdlijn over de Tweede Wereldoorlog met daarin alle belangrijke gebeurtenissen. Klik op onderstaande link: