19-11-2024: Schrijven en formuleren h2

Aan het eind van deze week:
- ken je de briefconventies die horen bij het schrijven van een zakelijke brief;  
- weet je hoe je verwijswoorden op de juiste manier moet gebruiken; 
- weet je welke signaalwoorden je in een zakelijke brief gebruikt. 

Open je boek op bladzijde 124
1 / 15
volgende
Slide 1: Tekstslide

In deze les zitten 15 slides, met tekstslides.

Onderdelen in deze les

Aan het eind van deze week:
- ken je de briefconventies die horen bij het schrijven van een zakelijke brief;  
- weet je hoe je verwijswoorden op de juiste manier moet gebruiken; 
- weet je welke signaalwoorden je in een zakelijke brief gebruikt. 

Open je boek op bladzijde 124

Slide 1 - Tekstslide

OPDRACHTEN

De volgende opdrachten maak je in je schrift.

Noteer de nummers van de opdrachten

steeds voor de antwoorden.


Schrijf netjes en leesbaar.


Slide 2 - Tekstslide

1. Lees de zakelijke brief.

Slide 3 - Tekstslide

2.1. Achter welke letter vind je de aanhef?

Slide 4 - Tekstslide

2.2. Achter welke letter vind je de groet?

Slide 5 - Tekstslide

2.3. Achter welke letter vind je de inleiding?

Slide 6 - Tekstslide

2.4. Achter welke letter vind je de korte formulering van het onderwerp?

Slide 7 - Tekstslide

2.5. Achter welke letter vind je de bijlage?

Slide 8 - Tekstslide

2.6. Achter welke letter vind je de slotzin?

Slide 9 - Tekstslide

2.7. Achter welke letter vind je de naam en adres van de ontvanger?

Slide 10 - Tekstslide

2.8. Achter welke letter vind je het middenstuk?

Slide 11 - Tekstslide

2.9. Achter welke letter vind je de naam en het adres van de afzender?

Slide 12 - Tekstslide

2.10. Achter welke letter vind je de dagtekening?

Slide 13 - Tekstslide

Opdracht deze week
Schrijf een zakelijke brief met de juiste briefconventies en lever hem aan het eind van de week bij mij in (inleverbox). 

Lever je een goede brief in, gaat er +0,3 bij je cijfer op. 

Slide 14 - Tekstslide

Weet je nu:
- Wat een zakelijke brief is? 
- Wat briefconventies zijn? 
- Hoe je verwijswoorden op de juiste manier gebruikt? 
- Waar je signaalwoorden in je zakelijke brief zet? 







Huiswerk: 
    Schrijven en formuleren 2.4
    bladzijde 125 t/m 128
    • Opdracht 2 + 3 + 5


    Slide 15 - Tekstslide