Als het regent in het lage deel van Nederland, stroomt het water niet zomaar weg. Dit komt doordat het lager ligt dan de zee. Om te zorgen dat het land toch gebruikt kan worden voor huizen en landbouwgrond wordt er water weggepompt. Een gebied waarin dit gebeurt, heet een
polder.
Het water gaat naar een rivier en de rivier brengt het water naar de zee. Vroeger zijn er ook hele meren en stukken zee drooggelegd. Voorbeelden hiervan zijn Flevoland en de Haarlemmermeerpolder, waar nu Schiphol ligt. Nieuw land dat zo ontstaat, heet een droogmakerij.