TL-3 - 2.5 Dieren bewegen

2.5: Dieren bewegen
1 / 50
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

In deze les zitten 50 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 6 videos.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

2.5: Dieren bewegen

Slide 1 - Tekstslide

Planning
Herhalen en huiswerk 2.4: blessures
Theorie 2.5: dieren bewegen
Quiz

Slide 2 - Tekstslide

Toets inhalen
Lokaal: 214 
Maandag 21/10/202 (8E/9E uur)
Geld voor:
3tbi1: Mick & Magdalena
3tbi2: Noortje, Mees, Jill & Manon


Slide 3 - Tekstslide

Pak opdracht 16 (p. 102)

Slide 4 - Tekstslide

  • 16 a een zweepslag
  • 16 b Ze heeft een scheurtje in haar linker kuitspier.

Slide 5 - Tekstslide

  1. bescherming gebruiken (zoals een helm)
  2. gewrichten intapen: tape om gewrichten doen
  3. warming-up : oefeningen extra bloed naar spieren 
  4. cooling-down : rustige oefeningen om afvalstoffen uit spieren  

Slide 6 - Tekstslide

Wat is een blessure aan het bot?
A
kneuzing
B
ontwrichting
C
bloeduitstorting
D
blauwe plek

Slide 7 - Quizvraag

Beschadiging van een weefsel, zonder dat er iets breekt of scheurt
A
Verzwikking/verstuiking
B
Kneuzing
C
Voetbalknie
D
spierscheuring

Slide 8 - Quizvraag

Wat is er gescheurd in je knie bij een voetbalknie?
A
Je kruisbanden
B
Je kapselbanden
C
Je meniscus
D
Je bot

Slide 9 - Quizvraag

Wat kan er ontstaan als afvalstoffen niet genoeg worden afgevoerd door bloed in spieren?
A
Blauwe plekken
B
Kneuzing
C
Spierpijn
D
Kramp

Slide 10 - Quizvraag

2.5: Dieren bewegen

Slide 11 - Tekstslide

Er zijn 5 groepen gewervelden:
  1. Vissen
  2. Amfibieën
  3. Reptielen
  4. Vogels
  5. Zoogdieren

Slide 12 - Tekstslide

Er zijn 5 groepen gewervelden:
  1. Vissen
  2. Amfibieën
  3. Reptielen
  4. Vogels
  5. Zoogdieren

Slide 13 - Tekstslide

Er zijn 5 groepen gewervelden:
  1. Vissen
  2. Amfibieën
  3. Reptielen
  4. Vogels
  5. Zoogdieren

Slide 14 - Tekstslide

Er zijn 5 groepen gewervelden:
  1. Vissen
  2. Amfibieën
  3. Reptielen
  4. Vogels
  5. Zoogdieren

Slide 15 - Tekstslide

Er zijn 5 groepen gewervelden:
  1. Vissen
  2. Amfibieën
  3. Reptielen
  4. Vogels
  5. Zoogdieren

Slide 16 - Tekstslide

Er zijn 5 groepen gewervelden:
  1. Vissen
  2. Amfibieën
  3. Reptielen
  4. Vogels
  5. Zoogdieren

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Tekstslide

Vissen, Amfibieën, Reptielen
  • Bewegen met de wervelkolom van links naar rechts
  • Amfibieën en reptielen: poten aan zijkant van het lichaam
Vogels, Zoogdieren
  • Bewegen met de wervelkolom op en neer
  • Hebben poten aan de onderkant van het lichaam

Slide 19 - Tekstslide

Video vogelskelet
Kijkvraag: Welke bijzonderheden heeft een vogels-skelet waardoor een vogel kan vliegen?

Slide 20 - Tekstslide

0

Slide 21 - Video

Zoogdieren
  • Topganger  (Hoefganger) - loopt op puntje van de teenkootjes, hier omheen hebben ze hoeven
  • Teengangers - loopt op de teenkootjes
  • Zoolgangers - loopt op de gehele voet

Slide 22 - Tekstslide

topganger (hoefganger)

Slide 23 - Tekstslide

Slide 24 - Tekstslide

Slide 25 - Tekstslide

Slide 26 - Tekstslide

Slide 27 - Video

Maken
Opdracht 2.5: 1 t/m 13  (p. 105)

Slide 28 - Tekstslide

Skelet en leefwijze
  • Gewervelde dieren hebben vaak hetzelfde bouwplan
  • De vorm van deze botten verschilt vaak 
  • Aangepast aan leefwijze
  • Vorm past bij de functie

Slide 29 - Tekstslide

Slide 30 - Tekstslide

Slide 31 - Video

 Ongewervelde dieren

Slide 32 - Tekstslide

Ongewervelde dieren

  • Geen wervelkolom 
  • Bewegen anders dan de gewervelde dieren
  • Voorbeeld is worm (segmenten)

Slide 33 - Tekstslide

Slide 34 - Video

Uitwendig skelet

Slide 35 - Tekstslide

Uitwendig skelet
(1) Weekdieren en  (2) Geleedpotigen 

Slide 36 - Tekstslide

Weekdieren
  • Uitwendig skelet die het lichaam beschermt 
  • Slakken: spieren aan de onderkant van het lichaam en glijden over het slijm dat ze zelf maken

Slide 37 - Tekstslide

Geleedpotigen
  • Uitwendig skelet
  • Gewrichten ook aan de buitenkant 
  • Spieren binnen in 

Slide 38 - Tekstslide

Maken
Opdracht 2.5:  17 /m 23  (p. 112)

1 t/m 23 huiswerk

Slide 39 - Tekstslide

Hoeveel groepen gewervelden zijn er?
A
4
B
5
C
6
D
7

Slide 40 - Quizvraag

De meeste gewervelden hebben hetzelfde bouwplan. De vorm van hun botten verschilt vaak, die is aangepast aan hun:
A
Leeftijd
B
Geslacht
C
Leefwijze
D
Wervels

Slide 41 - Quizvraag

Een gorilla loopt op de gehele voet. Hij is daarom een:
A
Voetganger
B
Zoolganger
C
Topganger
D
Hoefganger

Slide 42 - Quizvraag

Bij beweging van de vis beweegt de wervelkolom...
A
Van links naar rechts
B
Van boven naar beneden
C
Helemaal niet
D
In alle richtingen

Slide 43 - Quizvraag

Waar hoort een hert bij?
A
Zoolgangers
B
Teengangers
C
Hoefgangers/Topgangers

Slide 44 - Quizvraag

Waar hoort een kat bij?
A
Zoolgangers
B
Teengangers
C
Hoefgangers/Topgangers

Slide 45 - Quizvraag

Alle ongewervelden hebben een gelijke manier van bewegen
A
Waar
B
Niet waar

Slide 46 - Quizvraag

Hoeveel soorten spieren gebruiken wormen om vooruit te bewegen?
A
1
B
2
C
4
D
8

Slide 47 - Quizvraag

Reptielen hebben een erg beweeglijke wervelkolom
A
Waar
B
Niet waar

Slide 48 - Quizvraag

Slide 49 - Video

Slide 50 - Video