Activiteit en halfwaardetijd

3H Natuurkunde
Activiteit en halfwaardetijd
1 / 11
volgende
Slide 1: Tekstslide
NatuurkundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

In deze les zitten 11 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

3H Natuurkunde
Activiteit en halfwaardetijd

Slide 1 - Tekstslide

bespreking huiswerk
opgave 36
A: α, γ
B: γ
C: β
D: α

Slide 2 - Tekstslide

bespreking huiswerk
opgave 37
a: alfastraler is een bron die alfastraling uitzend
b: Door de bron in te ademen
c: Dan blijft de bron in je lichaam stralen en kan je longweefsel beschadigen

Slide 3 - Tekstslide

bespreking huiswerk
opgave 38
a: 12 mm
b: 90% absorberen is 10% overhouden; 40 mm

Slide 4 - Tekstslide

bespreking huiswerk
opgave 39
a: gammastraling, die kan makkelijk diep doordringen
b: NEE! Jij raakt ook niet besmet als er een röntgenfoto wordt gemaakt.
c: de straling moet alleen richting de tomaten gaan en niet naar de rest van de omgeving.

Slide 5 - Tekstslide

bespreking huiswerk
opgave 40
a: 2; was je handen...
b: 4; draag een loodschort...
c: 3; pak de stralingsbron met een tang...
d: 1; voer de handelingen snel...

Slide 6 - Tekstslide

Activiteit meten
Een Geigerteller kan straling meten
Elke keer als de teller een stralingsdeeltje meet dan geeft hij een klik. Dit geld zowel voor α, β en γ-straling.

Slide 7 - Tekstslide

Stralingsbronnen
Achtergrondstraling:
mineralen in de grond
de zon en andere objecten in de ruimte

kunstmatige straling:
ziekenhuizen
kernreactoren
atoomproeven/atoomongelukken

Slide 8 - Tekstslide

halveringstijd
De halveringstijd is de tijd waarmee de helft van de bronnen verdwenen zijn. 
Dit kan enorm verschillen, van een paar miljoenste seconde tot miljarden jaren.

Het is nooit te voorspellen welk deeltje precies zal vervallen (straling uitzenden) maar wel wanneer de helft verdwenen is.

Slide 9 - Tekstslide

Activiteit
Als een stof een grote activiteit heeft dan vervallen de deeltjes snel en is de halfwaardetijd dus kort.

Andersom geldt ook: Als een stof een lage activiteit heeft dan vervallen er weinig deeltjes per seconde en is de halfwaardetijd dus lang.

Slide 10 - Tekstslide

Huiswerk
Lezen blz 288 en 289
maken 44, 45, 49 en 51


Slide 11 - Tekstslide