Ordening plant en dier thema 4 leerjaar 3 GL

Ordening plant en dier thema 4 leerjaar 3 GL
Mevrouw Steegstra
1 / 18
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieVoortgezet speciaal onderwijsLeerroute 4

In deze les zitten 18 slides, met interactieve quiz en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Ordening plant en dier thema 4 leerjaar 3 GL
Mevrouw Steegstra

Slide 1 - Tekstslide

Wat gaan we doen?
  • Opstart (5 min)
  • Lesdoelen (3 min)
  • Theorie plant (5 min)
  • Werkvorm: combinaties zoeken (10 min)
  • Theorie dier (5 min)
  • Werkvorm: pictionary (10 min)
  • Afsluiting (7 min)

Slide 2 - Tekstslide

Lesdoelen
Aan het eind van de les kan je...
  • zaadplanten van sporenplanten onderscheiden 
  • de groepen van het plantenrijk onderscheiden en herkennen
  • de groepen van het dierenrijk onderscheiden en herkennen

Slide 3 - Tekstslide

Zaadplanten
• Wortels, stengels en bladeren
• Vaten voor transport
• Voortplanting door zaden

Slide 4 - Tekstslide

Paardenstaarten
• Wortels, stengels en bladeren
• Stengels zijn hol en geleed
• Vaten voor transport
• Voortplanting door sporen

Slide 5 - Tekstslide

Varens
• Wortels, stengels en bladeren
• Grote, ingesneden bladeren
• Vaten voor transpoort
• Voortplanting door sporen

Slide 6 - Tekstslide

Mossen
• Stengels en bladeren
• Geen echte wortels
• Geen vaten
• Voortplanting door sporen

Slide 7 - Tekstslide

Combinaties zoeken
  • Groepjes van 4 
  • Maximaal 3 kaartjes per groep 
  • 10 minuten de tijd 
  • Hulp? klasgenoten, boek, internet 
  • Laatste redmiddel = docent 
  • Klaar? even iets voor jezelf

Slide 8 - Tekstslide

Sponsdieren (sponzen)
• Niet-symmetrisch
• Zitten meestal vast op de bodem van de zee
• Voorbeelden: badspons & olifantoorspons

Slide 9 - Tekstslide

Neteldieren (holtedieren)
• Veelzijdig symmetrisch
• Meestal geen skelet
• Leven in het water
• Vangen hun prooi met tentakels (vangarmen)
• Voorbeelden: zeeanemoon & kwal

Slide 10 - Tekstslide

Wormen
• Tweezijdig symmetrisch
• Geen skelet
• Het lichaam is lang en dun
• Voorbeelden: spoelworm, 
regenworm, lintworm

Slide 11 - Tekstslide

Weekdieren
• Tweezijdig symmetrisch
• Meestal een schelp of huisje als skelet
• Voorbeelden: mossel, inktvis, zeenaaktslak & slak

Slide 12 - Tekstslide

Geleedpotigen
• Tweezijdig symmetrisch
• Het skelet is een pantser
• Voorbeelden: spin, vlieg & krab

Slide 13 - Tekstslide

Stekelhuidigen
• Veelzijdig symmetrisch
• Inwendig skelet van kalk
• De huid bedekt met stekels of knobbels
• Leven op de bodem van de zee
• Voorbeelden: zeester & zee-egel

Slide 14 - Tekstslide

Gewervelden 
• Tweezijdig symmetrisch
• Een inwendig skelet
• Voorbeelden: kikker, meeuw, haring & paard

Slide 15 - Tekstslide

Pictionary
  • Klassikaal
  • Kaartje trekken uit de pot 
  • Groepje raden 
  • Sponsdieren, neteldieren, wormen, weekdieren, geleedpotigen, stekeldieren en gewervelden

Slide 16 - Tekstslide

Pictionary
  • Klassikaal
  • Kaartje trekken uit de pot 
  • Groepje raden 
  • Sponsdieren, neteldieren, wormen, weekdieren, geleedpotigen, stekeldieren en gewervelden

Slide 17 - Tekstslide

Werkvormen vandaag

Slide 18 - Woordweb