In deze les zitten 19 slides, met interactieve quiz en tekstslides.
Onderdelen in deze les
Schoonmaak/Dienstverlening
Slide 1 - Tekstslide
Werken in de schoonmaak?
Slide 2 - Tekstslide
Schoonmaken in de praktijk
Waar kun je terecht?
een kantoorgebouw
een schoolgebouw
een ziekenhuis
een zorginstelling
een kinderdagverblijf
enzovoort
Slide 3 - Tekstslide
Schoonmaken
Thuis bepaal je zelf:
wat je schoonmaakt
hoe je het schoonmaakt
hoe vaak je schoonmaakt
In de praktijk:
wat: verschillende gebouwen
hoe: je werkt met andere materialen
hoe vaak: is vastgelegd in een schoonmaakprogramma
Slide 4 - Tekstslide
Hoe vaak wordt thuis de woonkamer schoongemaakt?
Slide 5 - Open vraag
De woonkamer
Wordt dan overal het stof weggehaald?
Worden dan alle meubels verplaatst?
Worden de vensterbanken leeggehaald?
Wordt dan ook alle spinrag weggehaald?
Slide 6 - Tekstslide
Voorbeeld
De Spaanse mopemmer.
Voor het reinigen van een vloertje thuis is deze mopemmer misschien voldoende.
Maar hij is wel heel onhygiënisch!
Hiermee verspreid je het vuil.
Slide 7 - Tekstslide
Deze materiaalwagen gebruik je voor het reinigen van kantoorruimten en dergelijke.
Alles wat je nodig hebt staat
op de wagen.
Dat is handig: je hebt gelijk alles bij je wat je nodig hebt.
Slide 8 - Tekstslide
Dubbele rolemmer-combinatie
Die gebruik je om vlakke en gesloten vloeren te moppen.
Voor de keukenvloer bij je thuis heb je deze niet nodig, maar wel voor een groot gebouw
Slide 9 - Tekstslide
Schoonmaken in de praktijk
In de praktijk leer je volgens een vaste route te werken.
De route is de volgorde waarin je schoonmaakt.
Als je een vaste route volgt, is de kans dat je iets vergeet kleiner.
Slide 10 - Tekstslide
Schoonmaken in een toilet
Het werken volgens een vaste route is in een toilet van nog groter belang.
Daar werk je van ‘schoon’ naar ‘vuil’.
Slide 11 - Tekstslide
Een aantal verschillen met het schoonmaken thuis en schoonmaken in de praktijk zijn:
Er wordt schoongemaakt op basis van afspraken: een ‘schoonmaakprogramma’.
Een schoonmaker moet volgens dat programma werken.
Wanneer het gebouw schoon is, dan heeft men recht op geld.
Slide 12 - Tekstslide
Een schoonmaakprogramma
Wat staat er in een schoonmaakprogramma?
Welke ruimten in het gebouw worden schoongemaakt.
Wat wordt schoongemaakt en op welke wijze.
Wat wordt elke dag schoongemaakt, één keer per week, één keer per maand of één keer per jaar.
Slide 13 - Tekstslide
Schoonmaken en tijd
De afspraken die in het schoonmaakprogramma staan, moet je in een tijd die daarvoor staat uitvoeren!
Een toilet in bijvoorbeeld 4 - 5 minuten.
Belangrijk is dat je leert om goed en snel schoon te maken.
Slide 14 - Tekstslide
Opleiding SVS op school!
In deze opleiding leer je hier op school hoe je moet werken bij het dagelijks onderhoud van een gebouw (Niveau 1 opleiding inclusief diploma!) Daarna mag je aan het werk in de schoonmaak!
Stofwissen
Stofzuigen / Werken met de rolveger
Enkelvoudig moppen
Interieuronderhoud
Sanitaironderhoud
Slide 15 - Tekstslide
Werken in de schoonmaak iets voor jou?
Slide 16 - Tekstslide
Eliza van Nivo Noord
Eliza vertelt nu wat over het werken in de schoonmaak.
Daarna mag je vragen stellen
Slide 17 - Tekstslide
Quiztime!
Hebben jullie goed opgelet tijdens de les van Eliza?