Begrippen H4 4.1 + 4.2 + 4.3

Ronde 1
paragraaf 4.1
1 / 23
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 2

In deze les zitten 23 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Ronde 1
paragraaf 4.1

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Welk  begrip zoek ik?
Alles wat we uit de natuur halen om te producten mee te maken

Slide 2 - Tekstslide

Natuurlijke hulpbronnen
Welk begrip zoek ik?
Als iets niet of minder belastend is voor het milieu en lang meegaat

Slide 3 - Tekstslide

duurzaam
Welk begrip zoek ik?
Brandstoffen die gemaakt zijn van niet- hernieuwbare hulpbronnen.

Slide 4 - Tekstslide

fossiele brandstoffen
Welk begrip zoek ik?
Leefomgeving van de mens bestaande uit lucht, water en bodem

Slide 5 - Tekstslide

milieu
Ronde 2
Paragraaf 4.2

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies


Luchtlaag om de aarde. Heet ook dampkring.
A
atmosfeer
B
luchtdrukgordel
C
broeikasgassen
D
natuurlijk broeikaseffect

Slide 7 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is het verschil tussen het natuurlijke en versterkte broeikaseffect?
A
Er is geen verschil tussen het natuurlijke en versterkte broeikaseffect
B
Het versterkte broeikaseffect komt alleen voor in de zomer
C
Het natuurlijke broeikaseffect ontstaat door menselijk handelen
D
Bij het versterkte broeikaseffect wordt de concentratie broeikasgassen in de atmosfeer kunstmatig verhoogd

Slide 8 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Hoe warm/koud zou het zijn als er geen broeikasgassen waren?
A
12 graden
B
4 graden
C
-4 graden
D
-18 graden

Slide 9 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Welke 3 vormen van milieuverontreiniging zijn er?

Slide 10 - Tekstslide

Waterverontreiniging, bodemverontreiniging en luchtverontreiniging
Ronde 3
Heb je opgelet in de les?

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat is draagkracht?
A
Hoeveelheid kilo's dat een iemand kan dragen zonder moe te worden.
B
Kracht die je nodig hebt om iets de dragen zonder moe te worden.
C
Het vermogen van de aarde om alle mensen te laten leven
D
Hoeveel mensen kan aarde dragen zonder dat de bodem onder onze voeten instort.

Slide 12 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Welk begrip past er bij deze omschrijving:
"De ruimte die we per persoon innemen op aarde, weergegeven in hectare. Het is een maat voor de duurzaamheid van een land en zijn inwoners."
A
duurzaam produceren
B
duurzaam consumeren
C
recyclen
D
ecologische voetafdruk

Slide 13 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is geen gevolg als onze ecologische voetafdruk te groot is geworden?
A
Klimaatverandering
B
voedseltekorten
C
voedseloverschot
D
uitsterven van dieren en planten

Slide 14 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

In welk rijtje staan alleen maar fossiele brandstoffen?
A
steenkool - aardolie - mest - aardgas
B
bruinkool - aardolie - mest - aardgas
C
steenkool - bruinkool - mest - plantenresten
D
bruinkool - aardgas - aardolie - steenkool

Slide 15 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies


Zijn de volgende stellingen juist of onjuist?
 
I. Hout is een hernieuwbare natuurlijke hulpbron.

II.  Aardolie is een hernieuwbare natuurlijke hulpbron.
A
I is juist, II is onjuist.
B
I is onjuist, II is juist.
C
Beide zijn juist.
D
Beide zijn onjuist.

Slide 16 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Dit is een goed voorbeeld van duurzame landbouw.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 17 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is geen groene stroom?
A
Zonne-energie
B
Waterkracht
C
Windenergie
D
Aardgas

Slide 18 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Fossiele energiebronnen
Duurzame energiebronnen
Co2
Olie
Steenkool
Koolstofdioxide
Zonnepanelen
Windmolens
Isoleren

Slide 19 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Ronde 4
Paragraaf 4.3

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Welk begrip zoek ik: bedrijven die doen alsof ze milieubewust bezig zijn, terwijl dat in werkelijkheid niet zo is.
A
dumping
B
greenwashing
C
energietransitie
D
circulaire economie

Slide 21 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Welk begrip zoek ik: trendgevoelige mode die snel vervangen wordt door een nieuwe collectie
A
circulaire fashion
B
wegwerp fashion
C
Mode
D
fast fashion

Slide 22 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Welk begrip zoek ik: stappen die gezet worden in de productie van grondstof tot eindproduct
A
Mensenrechten
B
Uitputting
C
Productieketen
D
Keten

Slide 23 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies