les 1: bespreken alle tekstdoelen

• Nederlands
• Praktijkonderwijs
• Leerjaar 2

les 1:

Doel na 5 lessen: 

A. Ik herken de verschillende tekstdoelen: informeren, overtuigen, mening geven en amuseren 

Tekstdoelen

Waarom en hoe lees ik een tekst?

Aan het einde van de les:

* Kan ik de tekstdoelen noemen.

* Kan ik bij de tekstdoelen uitleggen wat de schrijver wil.

* Kan ik bij de tekstdoelen voorbeelden van tekstsoorten geven.

Waarom tekst?

• De schrijver wil met zijn tekst iets bij de lezer bereiken.
• De tekst die geschreven wordt, heeft een doel.
• Er zijn verschillende tekstdoelen.
• Na het tekstdoel kiest de schrijver een tekstsoort.
• Er zijn verschillende tekstsoorten.

5 tekstdoelen 

1. Vermaken  (amuseren, fictie)
2.  Informeren
3. Overtuigen 
4. Overhalen/ tot handelen aansporen/activeren
5. Leren, instrueren

Tekstdoel: vermaken/amuseren

• Schrijver wil je vermaken (= verzonnen tekst!)

Voorbeelden

- gedicht

- cabaret

- jeugdroman

-verhaal

- sinterklaasrijmpjes

Tekstdoel: informeren

• Schrijver wil dat je iets te weten komt

 Voorbeeld

- schoolboeken

- kranten

- tijdschrift

- recept

- gebruikershandleiding... etc. 

krant

rekenboek

Tekstdoel: overtuigen

• Schrijver wil dat je het met hem eens bent (zelfde mening)

Voorbeelden

- reclame 

- godsdienst

- politici 

Tekstdoel: overhalen/aansporen/activeren

• Schrijver wil dat je iets gaat doen

Voorbeelden

- reclametekst

- uitnodiging

Tekstdoel: leren, instrueren

• Schrijver wil dat je iets leert, iets onthoudt 

Voorbeeld

- schoolboek

-  recept

- gebruiksaanwijzing

Speel de quiz en kijk of je het nog weet?

create.kahoot.it