TOETS TREDE 9
1 / 24
Lesduur is: 45 minOnderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Vul de juiste vorm van het bijvoegelijk naamwoord in:
¿Es tu cama ....y .....?
¿Es tu cama ....y .....?
A
granda y cómoda
B
grandes y cómodes
C
grande y cómodo
D
grande y cómoda
Slide 2 - Quizvraag
En mi cuarto los paredes son
A
azulas
B
azulos
C
azules
D
azul
Slide 3 - Quizvraag
Vul het juiste werkwoord in:
En mi habitación ............ un escritorio
En mi habitación ............ un escritorio
A
está
B
es
C
hay
Slide 4 - Quizvraag
¿ Dónde ....... el cine ?
A
hay
B
es
C
está
Slide 5 - Quizvraag
Carmen ..... una chica muy guapa
A
hay
B
está
C
es
Slide 6 - Quizvraag
En mi cuarto ..... una lámpara
A
es
B
hay
C
está
Slide 7 - Quizvraag
El gato está debajo de la cama
De kat is ......... het bed
De kat is ......... het bed
A
onder
B
boven
C
links
D
achter
Slide 8 - Quizvraag
El cine está al lado del banco
De bank is ...... van de bank
De bank is ...... van de bank
A
achter
B
voor
C
naast
D
links van
Slide 9 - Quizvraag
Nuestra casa está a la izquierda de la escuela
Ons huis staat .... van de school
Ons huis staat .... van de school
A
rechts
B
links
C
voor
D
achter
Slide 10 - Quizvraag
Slide 11 - Tekstslide
el aseo
A
het bad
B
het toilet
C
de trap
D
de stoel
Slide 12 - Quizvraag
preguntar
A
werken
B
lopen
C
vragen
D
praten
Slide 13 - Quizvraag
el escritorio
A
de kast
B
de computer
C
het bureau
D
de auto
Slide 14 - Quizvraag
encontrar
A
ontmoeten
B
vinden
C
centreren
D
praten
Slide 15 - Quizvraag
querer
A
moeten
B
lopen
C
werken
D
willen
Slide 16 - Quizvraag
atrévete
A
durf
B
wil
C
koop
D
kom
Slide 17 - Quizvraag
estar roto
A
klaar zijn
B
thuis zijn
C
kapot zijn
D
boos zijn
Slide 18 - Quizvraag
La sala de estar
A
de slaapkamer
B
de kelder
C
de slaapkamer
D
de woonkamer
Slide 19 - Quizvraag
las llaves
A
de spullen
B
de sleutels
C
de deuren
D
de huizen
Slide 20 - Quizvraag
ir en bici
A
te voet gaan
B
met de motor gaan
C
met de bus gaan
D
met de fiets gaan
Slide 21 - Quizvraag
afuera
A
binnen
B
buiten
C
in het centrum
D
naast
Slide 22 - Quizvraag
querer
Yo ................ ir a Barcelona
Yo ................ ir a Barcelona
A
quieres
B
quiere
C
queremos
D
quiero
Slide 23 - Quizvraag
querer
Nosotros ........ ir a casa
Nosotros ........ ir a casa
A
queréis
B
queremos
C
quiereo
D
quieres
