Mens en zorg hoofdstuk 8

Mens en zorg.
Verschillende wonden en ander letsel.

1 / 30
volgende
Slide 1: Tekstslide
Zorg en WelzijnMiddelbare schoolvmbo gLeerjaar 4

In deze les zitten 30 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 4 videos.

Onderdelen in deze les

Mens en zorg.
Verschillende wonden en ander letsel.

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Doelen:
De leerling weet welke verschillende soorten wonden en letsels zijn.
De leerling weet welke eerste hulp je bij de wonden en letsel toepast.
De leerling weet wat het verschil is tussen verslikken en verstikken en welke hulp je toepast.
De leerling oefent voor het praktijk pta.

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Keuzeformulier:
Keuzeformulier inleveren.

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Controle overig letsel:
Er ligt iemand op de straat.
Welke 5 punten zijn belangrijk bij het  verlenen van de eerste hulp (blz. 248)?
Welke 2 vragen zijn belangrijk?

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Verschillende wonden:
Kleine wonden: bijv. schaafwond.
Grote wonden: bijv. diepe snijwond.
Brandwonden.
Wanneer professionele hulp nodig?

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Brandwonden:
Eerstegraads.
Tweedegraads.
Derdegraads.
Wanneer professionele hulp nodig?

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 7 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Slide 8 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Eerste hulp:
Kleine wond, splinter, grote wond en bij brandwond.


Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Andere letsels:
Bloedneus.
Insectenbeet.
Kneuzing voet.


Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 11 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Slide 12 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Uitleg opdrachten:
Uitleg deelopdracht 1.02 (blz. 101/102), leerling voor laten doen en de opdrachten.
Leshouding tijdens de les.

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Opdracht:
Lezen blz. 261-277. Maken: opdracht 8.02, 8.03, 8.05, 8.07, 8.08, 8.09, 8.10, 8.12 en 8.14 (blz. 263 t/m 277).

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Opdracht:
De leerlingen oefenen in groepjes deelopdracht 1.02 (blz. 101/102).
Ondertussen opdrachten maken.

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

1. Verplaats het slachtoffer bij gevaar
2. controleer het bewustzijn
3. let op gevaar
4. Controleer de ademhaling
5. handel bij levensbedreigend letsel en ziekte
A
1 - 2 - 3 - 5 - 4
B
3 - 1 - 2 - 4 - 5
C
3 - 4 - 2 - 1 - 5
D
1 - 3 - 2 - 4 - 5

Slide 16 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Bij EHBO zijn er 4 regels waaraan je je moet houden. Wat is geen regel van de EHBO?
A
Let op gevaar
B
Zorg voor deskundige hulp
C
Versleep het slachtoffer van de plaats waar hij ligt of zit.
D
Stel het slachtoffer gerust en zorg voor beschutting.

Slide 17 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Welke handeling doe je bij iemand die bewusteloos is?
A
Greep van Heimlich
B
Stabiele zijligging
C
Greep van rautek
D
Reanimeren

Slide 18 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Iemand heeft een grote bloedende wond waar een voorwerp uitsteekt. Wat moet de EHBO’er doen?
A
Het voorwerp eruit halen en dan de wond dichtdrukken.
B
Het voorwerp laten zitten en daaromheen drukken, direct op de wond.
C
Het voorwerp eruit halen en dan de wond verbinden.
D
Op het voorwerp drukken en iemand anders vragen om op de huid rondom de wond te duwen.

Slide 19 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is dit voor wond?
A
Snijwond
B
Brandwond
C
Schaafwond
D
Schuifwond

Slide 20 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Mark is met de fiets gevallen op de grond. Hij heeft een schaafwond. Wat moet je eerst doen?
A
een pleister op de wond plakken
B
De wond onder lauw stromend water houden
C
Jodium/dettol/... erop doen
D
Een verband er omheen

Slide 21 - Quizvraag

Altijd eerst de wond schoon spoelen. Daarna maak je de omgeving van de wond voorzichtig droog en als het nodig is, dan kan er een verbande op met een gaas eronder zodat het niet vast plakt. Het is beter om de wond aan de lucht te laten drogen. Let erop dat je werkt met handschoenen i.v.m. infecties.

Is deze brandwond
A
1e graads
B
2e graads
C
3e graads
D
1e graads en 2de graads

Slide 22 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wanneer gebruik je de
greep van Heimlich?
A
als iemand zuurstof nodig heeft
B
als iemand stikt
C
als iemand zich verslikt
D
als iemand buikpijn heeft

Slide 23 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is een complicatie van verslikken?
A
Slijmproductie
B
ontstoken tong
C
longontsteking
D
verschuiving longvliezen

Slide 24 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat gebeurt er bij verslikken?
A
Er komt voedsel in de luchtpijp
B
Er komt lucht in de slokdarm
C
De huig sluit niet op tijd
D
Er komt maagzuur omhoog

Slide 25 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Iemand krijgt een tetanus injectie.
Wat is tetanus?
A
Een virus die je kan oplopen door een verkoudheid.
B
Een bacterie die je kan oplopen door straatvuil.
C
Een bacterie die je kan oplopen door bloedcontact.
D
Een virus die je kan oplopen door een bacterie in een wond.

Slide 26 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Een tetanusvaccin is ................ opgenomen in het Nederlandse rijksvaccinatieprogramma
A
wel
B
niet

Slide 27 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is er fout?
Als iemand een bloedneus heeft dan...
A
laat je hem zitten in schrijfhouding
B
knijp je zijn neus 10 minuten dicht onder het tussenschot
C
als het bloeden stopt laat je hem zachtjes snuiten
D
moet je hem eerst gerust stellen

Slide 28 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Hoeveel minuten moet je gelijk koelen bij een brandwond?
A
5
B
15
C
10
D
1

Slide 29 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Afsluiting:
Lesevaluatie.
Vooruitblik volgende les.
Huiswerk.

Slide 30 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies