Schrijfvaardigheid

Schrijfvaardigheid  Duits

Theorie
1 / 34
volgende
Slide 1: Tekstslide
DuitsMiddelbare schoolmavoLeerjaar 4

In deze les zitten 34 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Schrijfvaardigheid  Duits

Theorie

Slide 1 - Tekstslide

Aanhef:
Als je aan een meisje schrijft:
Liebe Amelie,
Als je aan een jongen schrijft:
Lieber Tim,

Achter de naam schrijf je ALTIJD een komma. Daarna sla je een regel over!

Slide 2 - Tekstslide

Begin van je brief
De eerste letter van je brief is ALTIJD een kleine letter.
Dit komt door de komma achter de aanhef.

Bijvoorbeeld: 
Liebe Amelie, 

wie geht es dir? 

Slide 3 - Tekstslide

Inleiding
Zorg altijd voor een paar simpele standaardzinnen. Denk aan:
- hoe gaat het met je, met mij gaat het goed.
- dankjewel voor je brief
- verwijs kort naar iets wat in de brief is genoemd waarop je
    antwoord/reactie geeft. (bijvoorbeeld een verjaardag, een beterschapswens, een bedankje)
- leer de gegeven zinnen uit je hoofd! (je hoeft dan niets op te zoeken!)

Slide 4 - Tekstslide

Kern
  • De onderdelen staan op volgorde, doe dat ook zo bij het SE.
  • Zorg dat je ALLE onderdelen ook opschrijft.
  • Denk aan de gegeven alinea's.
  • Controleer of je je aan de geleerde briefregels hebt gehouden (bijvoorbeeld witregels, kleine letters, hoofdletters, aanhef, slot)
  • Check op Umlauten, spelling en vooral leesbaarheid!

Slide 5 - Tekstslide

Afsluiting - zin
Ook bij de afsluiting kun je een paar standaardzinnen gebruiken, zoals: 
- Ik hoop snel van je te horen.
- Schrijf je snel terug?
- Tot gauw!

Slide 6 - Tekstslide

Afsluiting: Groet
Na de laatste zin groet je met:
Tschüss
Mach's gut
Liebe Grüße
Alles Gute

Na je groet schrijf je GEEN leesteken (geen komma of punt).

Bijvoorbeeld: 
Liebe Grüße 

Amelie

Slide 7 - Tekstslide

Afsluiting: Naam
Na de groet, sla je een regel over en schrijf je je voornaam.

Let op, ook achter je voornaam schrijf je GEEN leestekens.

Mark / Dein Mark               of
Julia / Deine Julia

Slide 8 - Tekstslide

Datum en tijd
op + dag = am + dag (op donderdag = am Donnerstag

op + datum = am + getal. Maand (op 14 mei = am 14. Mai)

om + tijd = um + tijd (om 18 uur = um 18 Uhr)

van 13 tot 15 uur = von 13 bis 15 Uhr 

Slide 9 - Tekstslide

Datum en tijd
van tot datum, bijvoorbeeld bij het maken van een afspraak: 

van 14 maart t/m 18 april 
vom 14. März bis zum 18. April 

Slide 10 - Tekstslide

Persoonlijk schrijven

Slide 11 - Tekstslide

Lieber Peter,
wie geht es dir?
Liebe Grüße
je voornaam

Slide 12 - Sleepvraag

de aanhef - Hoe is de aanhef als je een brief of e-mail aan Julia stuurt?

Slide 13 - Open vraag

de aanhef - Hoe is de aanhef als je een brief of e-mail aan Peter stuurt?

Slide 14 - Open vraag

kern - de eerste letter van de inhoud (na de aanhef) is een...
A
hoofdletter
B
kleine letter

Slide 15 - Quizvraag

Een juiste afsluiting is:
A
liebe Grüße
B
grüße
C
Liebe Grüße
D
Liebe grüße

Slide 16 - Quizvraag

na de afsluitende groet komt een.....
A
komma
B
niets
C
punt
D
uitroepteken

Slide 17 - Quizvraag

Je eindigt de persoonlijke brief of e-mail met je...
A
voornaam
B
voor- en achternaam
C
voorletter en achternaam
D
je achternaam

Slide 18 - Quizvraag

Bij een persoonlijke brief of e-mail spreek je degene aan met "Sie"
A
waar
B
niet waar

Slide 19 - Quizvraag

In een persoonlijke e-mail spreek je degene altijd aan met...

Slide 20 - Open vraag

Auf Deutsch bitte ...

Slide 21 - Tekstslide

Hoe zeg je:
Dankjewel voor je e-mail.

Slide 22 - Open vraag

Hoe zeg je:
Hoe gaat het met je?

Slide 23 - Open vraag

Hoe zeg je:
Met mij gaat het goed.

Slide 24 - Open vraag

Hoe zeg je:
Schrijf je snel terug.

Slide 25 - Open vraag

Hoe schrijf je de dag?
op maandag

Slide 26 - Open vraag

Hoe schrijf je de dag?
op vrijdag

Slide 27 - Open vraag

Hoe schrijf je de datum?
Op 15 april

Slide 28 - Open vraag

Hoe schrijf je de datum?
Op 2 september

Slide 29 - Open vraag

Hoe schrijf je de tijd?
om 16.00 uur

Slide 30 - Open vraag

Hoe schrijf je de tijd?
om 9.30 uur

Slide 31 - Open vraag

Hoe schrijf je de tijd?
van 9 tot 10 uur

Slide 32 - Open vraag

Hoe schrijf je de datum?
van 15 april t/m 10 mei

Slide 33 - Open vraag

Hoe schrijf je de datum?
van 9 mei t/m 2 juni

Slide 34 - Open vraag