H4, herhaling par 4 & 5

1 / 34
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 2

In deze les zitten 34 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Wat wordt er bedoeld met de zin: 'Nederland is het afvoerputje van Europa'?

Slide 2 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

H 4.4 Soms te veel

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Zet de kringloop in de juiste volgorde
De grote waterkringloop
1.
2.
3.
4.
5.
Verdamping van zeewater
Verplaatsing van wolken
Neerslaan van wolken boven land
Water stroomt via rivieren
Water komt terug in zee

Slide 4 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Weet je nog?
Infiltratie
Vloeibaar naar gasvormig
Gasvormig naar vloeibaar
Opgeslagen in de vorm van ijs
Motor van de kringloop van het water
Oppervlaktewater

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

in rivieren zit vernieuwbaar water?
A
waar
B
niet waar
C
meestal
D
soms

Slide 6 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

in landen rondom de evenaar blijft er minder nuttige neerslag over hoe komt dit?
A
minder regen
B
meer condensatie
C
meer verdamping
D
ze slaan minder op

Slide 7 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Welke risicofactoren ken je die de kans op een overstroming vergroten?

Slide 9 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

6 risicofactoren --> grotere kans op overstroming
1. Gebied ligt in rivier- of kustvlakte
2. Gebied ligt aan de voet van een berg
3. Gebied ontvangt veel regenval tegelijk met piekafvoer smeltwater
4. Gebied ligt in zone waar tropische orkanen voorkomen
5. Gebied kent ontbossing (stroomopwaarts)
6. Gebied heeft te maken met verstening

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Heeft het gebied waar jij woont overstromingsgevaar?
A
ja
B
nee
C
geen idee

Slide 12 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

1. rivier en kustvlakte 
  •  70 % procent van de mensen 
woont in  overstromingsgebied 
  • dubbel gevaar door zee en 
rivier

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

2. gebieden aan de voet van een berg 
Als het hard regent, kan de regen niet de grond in trekken > alles stroomt snel naar de rivier > piekafvoer

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

3.afsmelten sneeuw + regentijd
In gebieden waar het zomers warm en regentijd is

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 17 - Video

Deze slide heeft geen instructies

4. tropische orkanen 

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

5.ontbossing 
Door ontbossing kan er minder water de grond in trekken
Het stroomt dan over het oppervlak sneller naar de rivieren > veel water tegelijk in de rivier = piekafvoer

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

6. verstedelijking 

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Meer overstromingen door
  1. Water kan niet de grond intrekken (infiltratie) door ontbossing en verstening
  2. Rivieren worden 'opgesloten' tussen dijken > Ze kunnen hierdoor ook niet meer overstromen in gebieden waar het niet gevaarlijk voor mensen zou zijn > meer water blijft in de rivieren 

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Meer overstromingen door
  1. Bodemdaling: door het oppompen van grondwater krimpt de grond en daalt de bodem
  2. Zeespiegelstijging door het versterkte broeikaseffect > doordat het gemiddeld warmer wordt op aarde smelten gletsjers op de zuidpool en in de bergen. Dit water komt extra erbij in de zee en rivieren

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Is de nuttige neerslag hoog of laag in droge gebieden?
A
Hoog
B
Laag

Slide 25 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Met de stroom mee, dus in de richting van de monding noemen we ...
A
stroomopwaarts
B
stroomafwaarts

Slide 26 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is een voorbeeld van
economisch water tekort?
A
Te weinig water aanwezig in de ondergrond
B
Te weinig neerslag
C
Te weinig geld om waterpompen te maken
D
Te weinig geld voor irrigatie

Slide 27 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Waterstress
"Gevolgen van een tekort aan water in een gebied"

Twee soorten:
1. Fysiek watertekort: er is te weinig water in een gebied om aan de wensen van bewoners te voldoen zonder de natuur te verstoren.
2. Economisch watertekort: er is in een gebied te weinig geïnvesteerd om het wel aanwezige water bij de bewoners te brengen. 

Slide 28 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wateroorlog
"Conflict om water, in droge gebieden, zoals: Afrika of China"

Wat zijn de belangrijkste problemen?
1. Tekort aan schoon drinkwater;
2. Tekort aan irrigatiewater.
Water
Irrigatiewater is nodig om planten genoeg water te geven in droge gebieden. Dit is nodig om de hongerige bevolking te kunnen voeden.
Een voorbeeld is cirkelirrigatie, zie afbeelding.

Slide 29 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Perzische golf
Wateroorlog?
= Een gewapend conflict tussen staten om water

2 belangrijkste problemen:
  1. Tekort aan schoon drinkwater
  2. Tekort aan irrigatiewater

Slide 30 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Rondom de evenaar in Afrika is het watertekort ...
A
economisch
B
fysiek
C
economisch en fysiek
D
niet van toepassing

Slide 31 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Water sparen: minder gebruiken
Droge gebieden gebruiken veel vernieuwbaar water, maar dit wordt niet snel aangevuld. De nuttige neerslag is niet hoog in deze gebieden, er verdampt veel water.

Oplossingen zijn:


Druppelirrigatie
Dit is irrigatie door niet ineens heel het land te bevloeien, maar door planten druppelend water te geven. Hierdoor is de verdamping van water minder groot.
Hergebruik
Door water te hergebruiken wordt er water bespaard. Dit kunnen gezinnen bijvoorbeeld doen door regenwater op te vangen en daar hun wc mee door te spoelen.

Slide 32 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Stuwmeren
Voordelen:
  • enorme watervoorraad (irrigatie, drinkwater etc.)
  • elektriciteit opwekken
  • Hoeveelheid water stroomafwaarts bepalen (geen overstromingen meer)
  • Toerisme

Nadelen:
  • gedwongen verhuizen bewoners
  • stuwmeer slibt dicht
  • gevaar bij doorbraak dam
  • verdamping water in stuwmeer
  • visvangst stroomafwaarts neemt af
  • stroomafwaarts geen vruchtbaar slib meer afgezet

Slide 33 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Vragen over de eerste 4 paragrafen?

Slide 34 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies